Besluit van 2 mei 2012 houdende de overdracht van de bevoegdheid tot het stellen van regels met het oog op een integere bedrijfsvoering door trustkantoren (Overdrachtbesluit 2012 integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 12 maart 2012, FM/2012/359 M, Generale Thesaurie, directie Financiële Markten, afdeling Institutioneel Beleid en Integriteit;

Gelet op artikel 10, eerste lid, van de Wet toezicht trustkantoren;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 4 april 2012, no. W0612.0096/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 25 april 2012, FM/2012/568 U;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De regels met het oog op een integere bedrijfsvoering, bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Wet toezicht trustkantoren, worden gesteld bij regeling van Onze Minister.

Artikel 2

Het besluit van 7 februari 2004, houdende de overdracht van de bevoegdheid tot het stellen van regels met het oog op een integere bedrijfsvoering door trustkantoren (Overdrachtsbesluit integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren) (Stb. 2004, 58) wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit wordt aangehaald als: Overdrachtbesluit integere 2012 bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 2 mei 2012

Beatrix

De Minister van Financiën, J. C. de Jager

Uitgegeven de vierentwintigste mei 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Inleiding

Bij besluit van 7 februari 2004 (Overdrachtsbesluit integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren) is de bevoegdheid van artikel 10, eerste lid, van de Wet toezicht trustkantoren (Wtt) overgedragen aan de toezichthouder op de trustkantoren, De Nederlandsche Bank N.V. (DNB).

Met de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren heeft DNB invulling gegeven aan die bevoegdheid.

In 2009 is de Wtt geëvalueerd; het desbetreffende rapport is in april 2010 vastgesteld.1 Een van de aanbevelingen in het rapport betreft het opschalen van de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren van een toezichthouderregel naar een ministeriële regeling in lijn met de wijze waarop de vroegere toezichthouderregelingen ingevolge voorlopers van de Wet op het financieel toezicht thans als ministeriële regeling onder die wet zijn gebracht.

Om uitvoering te geven aan die aanbeveling is de bevoegdheid van artikel 10, eerste lid, van de Wtt tot het stellen van regels aan de minister overgedragen.

Tegelijk met de inwerkingtreding van het onderhavige besluit zal, ter vervanging van de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren van DNB, een ministeriële regeling integere bedrijfsvoering worden vastgesteld.

De Minister van Financiën, J. C. de Jager


X Noot
1

Bijlage bij Kamerstukken II 2009/10, 32 384, nr. 1.

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid j° vijfde lid van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven