Wet van 2 december 2010 tot wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in verband met onder meer niet-indexering normbedragen voor 2011 en 2012 en aanpassing aanvullende beurs

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten aan te passen in verband met onder meer de niet-indexering van normbedragen voor de studiejaren 2011 en 2012 en aanpassing van de aanvullende beurs;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WET STUDIEFINANCIERING 2000

De Wet studiefinanciering 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2.14, tweede lid, onder c, wordt een tweede volzin toegevoegd, luidende:

De periode gedurende welke een student is ingeschreven aan een opleiding buiten Nederland als bedoeld onder a, telt niet mee voor de bepaling van de 6 jaren, bedoeld in de vorige volzin.

B

In artikel 5.2, eerste lid, wordt «12 maanden» vervangen door: 5 maanden.

C

In artikel 6.2, tweede lid, wordt «dertiende maand» vervangen door: zesde maand.

Ca

In de artikelen 10a.7, eerste lid, en 10a.8, achtste lid, wordt «de IB-Groep» telkens vervangen door: Onze Minister.

D

Voor artikel 12.10 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12.9. Afwijking van de artikelen 5.2 en 6.2

Op de student die vóór 1 september 2010 voor het volgen van hoger onderwijs studiefinanciering ontving, blijven de artikelen 5.2, eerste lid, en 6.2, tweede lid, van toepassing, zoals die artikelen op 31 augustus 2010 luidden.

E

Na artikel 12.10a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12.10b. Tijdelijke afwijking van artikel 11.1

Artikel 11.1 is niet van toepassing in de kalenderjaren 2011 en 2012, met uitzondering van hetgeen in dat artikel is bepaald ten aanzien van de artikelen 3.4, tweede lid, en 3.9, derde lid.

ARTIKEL II. WET TEGEMOETKOMING ONDERWIJSBIJDRAGE EN SCHOOLKOSTEN

Voor artikel 12.11 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12.10. Tijdelijke afwijking van artikel 11.1

Artikel 11.1, eerste lid, is niet van toepassing in de kalenderjaren 2011 en 2012, met uitzondering van hetgeen in dat artikel is bepaald ten aanzien van artikel 2.23, tweede lid.

ARTIKEL IIA. ALGEMENE WET ERKENNING EG-BEROEPSKWALIFICATIES

Artikel 19, eerste lid, van de Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties komt te luiden:

  • 1. Onze minister die het aangaat bevestigt binnen een maand de ontvangst van een aanvraag om erkenning van beroepskwalificaties, en deelt bij die gelegenheid in voorkomend geval mede met welke documenten de aanvraag dient te worden aangevuld.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, en terugwerkt tot en met 1 september 2007.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 2 december 2010

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Uitgegeven de veertiende december 2010

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 32 263

Naar boven