Besluit van 26 oktober 2010 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet griffierechten burgerlijke zaken

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 20 oktober 2010, Directie Wetgeving, nr. 5671804/10/6;

Gelet op artikel 57 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De artikelen 1 tot en met 31, 32, onderdelen A, N, O, R, S en V, 33 tot en met 38, 40 tot en met 45, 45a, onderdeel B, 45b tot en met 56, 57, leden 1 en 3, en 58 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken, treden in werking met ingang van 1 november 2010.

  • 2. De artikelen 32, onderdelen B tot en met M, P, Q, T, U, W tot en met Zg, 39, 45a, onderdeel A, en 56a, tweede lid, treden in werking met ingang van 1 januari 2011.

Onze Minister van Veiligheid en Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 26 oktober 2010

Beatrix

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Uitgegeven de achtentwintigste oktober 2010

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Op 28 september 2010 heeft de Eerste Kamer ingestemd met het wetsvoorstel houdende de invoering van een nieuw griffierechtenstelsel in burgerlijke zaken (Wet griffierechten in burgerlijke zaken). De wet beoogt – kort gezegd – de heffing en inning van griffierechten in burgerlijke zaken te vereenvoudigen en voorziet daartoe in een nieuw griffierechtenstelsel. Daarnaast leidt de wet tot de introductie in het burgerlijk procesrecht van het uitgangspunt van inning van het griffierecht aan het begin van de procedure.

Artikel 57 van de Wet griffierechten in burgerlijke zaken bepaalt dat de artikelen van die wet in werking zullen treden op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen dan wel subonderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. In dit koninklijk besluit is bepaald dat de Wet griffierechten in burgerlijke zaken in twee fasen in werking zal treden. Het nieuwe griffierechtenstelsel en de daarin voorziene nieuwe staffelindeling en tarieven zal in werking treden op 1 november 2010 (eerste lid). De artikelen die uitvoering geven aan het uitgangspunt van inning van het griffierecht aan het begin van de procedure zullen op 1 januari 2011 in werking treden (tweede lid).

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Naar boven