Besluit van 20 juni 2006, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 1 juni 2006, houdende implementatie van het kaderbesluit nr. 2004/757/JBZ van de Raad van de Europese Unie van 25 oktober 2004 betreffende de vaststelling van minimumvoorschriften met betrekking tot de bestanddelen van strafbare feiten en met betrekking tot straffen op het gebied van de illegale drugshandel (PbEU L 335)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni 2006, kenmerk WJZ/SWW-2692773, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Justitie;

Gelet op artikel II van de Wet van 1 juni 2006, houdende implementatie van het kaderbesluit nr. 2004/757/JBZ van de Raad van de Europese Unie van 25 oktober 2004 betreffende de vaststelling van minimumvoorschriften met betrekking tot de bestanddelen van strafbare feiten en met betrekking tot straffen op het gebied van de illegale drugshandel (PbEU L 335);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

De Wet van 1 juni 2006, houdende implementatie van het kaderbesluit nr. 2004/757/JBZ betreffende de vaststelling van minimumvoorschriften met betrekking tot bestanddelen van strafbare feiten en met betrekking tot straffen op het gebied van de illegale drugshandel (PbEU L 335) treedt in werking met ingang van 1 juli 2006.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 20 juni 2006

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst

Uitgegeven de negenentwintigste juni 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven