Wet van 26 april 2006 tot wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 ingeval wetsvoorstel 28 873 houdende uitbreiding van de niet-aftrekbaarheid van kosten en lasten die verband houden met omkoping kracht van wet verkrijgt

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de bewijslast inzake de niet-aftrekbaarheid van kosten en lasten die verband houden met omkopen te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Indien het bij koninklijke boodschap van 13 mei 2003 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Uitbreiding van de niet-aftrekbaarheid van kosten en lasten die verband houden met omkoping) (28 873) tot wet wordt verheven, wordt in artikel I, onderdeel 3, van die wet «aannemelijk is» vervangen door: blijkt.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 13 mei 2003 ingediende voorstel van wet (Uitbreiding van de niet-aftrekbaarheid van kosten en lasten die verband houden met omkoping) (28 873), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 26 april 2006

Beatrix

De Staatssecretaris van Financiën,

J. G. Wijn

Uitgegeven de elfde mei 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner


XHistnoot

Kamerstuk 30 405

Naar boven