Besluit van 29 mei 1995, houdende inwerkingtreding van de Wet van 4 mei 1995 tot wijziging van de Algemene Wet bestuursrecht in verband met opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer (Stb. 302)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, J. Kohnstamm, van 24 mei 1995, directoraat-generaal Openbaar Bestuur, nr. BW95/U885;

Gelet op artikel III van de Wet van 4 mei 1995 tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer (Stb. 302);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 4 mei 1995 tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer (Stb. 302), treedt in werking met ingang van 1 juli 1995.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 29 mei 1995

Beatrix

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken,

J. Kohnstamm

Uitgegeven de vijftiende juni 1995

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven