Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1
Artikel IV wordt als volgt gewijzigd:
a. In het in onderdeel B opgenomen artikel 13d, tiende lid, wordt «op enig tijdstip
met de belastingplichtige verbonden is geweest» vervangen door: met de belastingplichtige
verbonden is of op enig tijdstip is geweest.
b. In het in onderdeel D opgenomen artikel 15ac, achtste lid, onderdeel c, wordt «op
enig tijdstip met de belastingplichtige verbonden is geweest» vervangen door: met
de belastingplichtige verbonden is of op enig tijdstip is geweest.
2
In de in artikel VII, onderdeel C, onder 1, opgenomen post a.3 wordt in onder a, aanhef,
«schepen voor de vaart op volle zee» vervangen door: schepen die voor 70 percent of
meer worden gebruikt voor de vaart op volle zee.
TOELICHTING
I. Algemeen
Deze nota van wijziging voorziet in onderdeel 1 in een redactionele aanpassing in
twee voorgestelde bepalingen in de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb
1969).
De wijziging in onderdeel 2 heeft betrekking op de voorwaarden voor de toepassing
van het btw-nultarief voor schepen voor de vaart op volle zee, alsmede de goederen
en diensten die worden geleverd met betrekking tot die schepen. In het voorstel van
wet is er blijkens de memorie van toelichting van uitgegaan dat een schip pas kan
worden aangemerkt als zijnde een schip voor de vaart op volle zee wanneer het voor
ten minste 90% wordt gebruikt voor de vaart op volle zee.
De gedachtewisseling over dit onderdeel van het voorstel van wet met de Tweede Kamer
geeft het kabinet aanleiding deze voorwaarde enigszins af te zwakken. Het voorstel
wordt daarom gewijzigd in die zin dat in de wet wordt vastgelegd dat de levering van
een schip dat voor ten minste 70% wordt gebruikt voor de vaart op de volle zee, onder
de toepassing van het btw-nultarief zal vallen. Dit zal dan ook het geval zijn voor
de goederen en diensten die worden geleverd met betrekking tot een schip dat voor
ten minste 70% wordt gebruikt voor de vaart op volle zee.
Uitvoeringskosten Belastingdienst
De voorstellen in deze nota van wijziging zijn beoordeeld met de uitvoeringstoets
nieuwe stijl. Voor de wijzigingen in de vennootschapsbelasting geldt dat de eerder
uitgebrachte uitvoeringstoetsen onverkort van kracht zijn. De gevolgen voor de uitvoering
met betrekking tot de voorwaarden voor de toepassing van het btw-nultarief voor schepen
voor de vaart op volle zee, zijn beschreven in de uitvoeringstoets die als bijlage
is bijgevoegd1. De nota van wijziging heeft geen gevolgen voor de uitvoeringskosten van de Belastingdienst.
II. Onderdeelsgewijs
Onderdeel 1
Artikel IV, onderdelen B en D (artikelen 13d en 15ac van de Wet op de vennootschapsbelasting
1969)
Met deze nota van wijziging worden de in het voorstel van wet opgenomen artikelen
13d, tiende lid, en 15ac, achtste lid, onderdeel c, van de Wet Vpb 1969 ter verduidelijking
aangepast om expliciet in de voorgestelde tekst van die bepalingen tot uitdrukking
te brengen dat onder de in die bepalingen geregelde situaties ook de situatie valt
dat het betreffende lichaam nog steeds met de belastingplichtige verbonden is.
Onderdeel 2
Artikel VII, onderdeel C (tabel II bij de Wet op de omzetbelasting 1968)
In artikel VII, onderdeel C, onder 1, van het voorstel van wet is voorzien in een
wijziging van tabel II, posten a.3 en a.4, bij de Wet op de omzetbelasting 1968. Daarbij
is in genoemde post a.3 een opsomming gegeven van de goederen die bestemd zijn voor
de bevoorrading van bepaalde vervoermiddelen gebruikt in het internationale vervoer.
Het gaat daarbij onder meer om de bevoorrading van schepen voor de vaart op volle
zee waarmee tegen betaling passagiersvervoer plaatsvindt of die worden gebruikt voor
de uitoefening van een industriële, handels- of visserijactiviteit. In post a.4 van
genoemde tabel II gaat het om de levering van die schepen voor de vaart op volle zee
zelf en in post b.1 van die tabel om onder meer diensten die worden verricht ten aanzien
van die schepen zoals loodsdiensten en reparatie- en onderhoudsdiensten. De onderhavige
wijziging voorziet erin dat gesproken kan worden van een schip voor de vaart op volle
zee, wanneer dat schip voor ten minste 70% voor de vaart op volle zee wordt gebruikt.
De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel