34 049 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten in verband met Verordening (EU) Nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (PbEU 2013, L 287) (Uitvoeringswet verordening bankentoezicht)

Nr. 11 MOTIE VAN HET LID MERKIES

Voorgesteld 10 februari 2015

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat nationale parlementen de ECB schriftelijk om opheldering kunnen vragen, alsmede de ECB-bestuursleden kunnen uitnodigen voor een gedachtewisseling maar dat de ECB niet verplicht is om hierop in te gaan;

overwegende dat de verantwoording over Europees bankentoezicht aan nationale parlementen van groot belang is om de taak als medewetgever naar behoren te kunnen invullen;

verzoekt de regering, zich er op Europees niveau voor in te zetten dat het recht van nationale parlementen om ECB-bestuursleden te spreken, geborgd wordt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Merkies

Naar boven