Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 oktober 2010
Ik heb toegezegd u te informeren over een eventuele gedifferentieerde aanpak van de Transportverordening voor hobbydierhouders
(TK 28 286, nr. 287). Met deze brief voldoe ik aan de toezegging.
Huidige regelgeving
De Transportverordening is van toepassing op transport van alle gewervelde dieren die uit hoofde van een economische bedrijvigheid
worden vervoerd. De Transportverordening maakt daarbij geen onderscheid tussen transport van hobby- en niet-hobbydieren.
Bezwaren hobbydierhouders
De hobbydierhouders zijn van mening dat de Transportverordening alleen van toepassing is op commercieel vervoer en per definitie
niet van toepassing op transporten van hobbydieren. De eisen uit de Transportverordening zouden een disproportionele lastenverzwaring
voor de hobbydiertransporteur met zich mee brengen.
Differentiatie in beleid
De hobbydiersector is globaal in drie sectoren te verdelen: paarden, schapen en geiten en vogels. Om te voorkomen dat een
hobbydierhouder die een enkele keer een dier verkoopt, onverkort onder de Transportverordening valt en om tegemoet te komen
aan de bezwaren van de hobbydiersector met betrekking tot de lastenverzwaring, is gezocht naar een mogelijk toe te passen
differentiatie.
De differentiatie die hieraan tegemoet komt, is het maken van een onderscheid tussen hobbydiertransporten met een hobbymatig
en met een bedrijfsmatig karakter aan de hand van het aantal dieren dat tegelijkertijd wordt vervoerd. Bij hobbydiertransporten
met een hobbymatig karakter zullen alleen de basiseisen van artikel 3 van de Transportverordening, voor zover van toepassing,
worden gehandhaafd. De eisen uit artikel 3 zijn algemeen van aard zoals geschiktheid voor transport en stellen geen extra
administratieve verplichtingen aan de transporteur.
Transporten naar een slachthuis vinden per definitie uit hoofde van een economische bedrijvigheid plaats en vallen hier dus
niet onder. Op deze transporten is de Transportverordening onverkort van toepassing.
De uitwerking is als volgt:
1. Hobbydiertransporten met een hobbymatig karakter.
Paarden
In overleg met de Sectorraad Paarden (SRP) is besloten nationale transporten van maximaal 2 paarden te beschouwen als transporten
met een hobbymatig karakter.
Schapen en geiten
In overleg met het Platform Kleinschalige Schapen- en Geitenhouderij (PKSG) is besloten nationale transporten van maximaal
10 dieren te beschouwen als transporten met een hobbymatig karakter.
Vogels
Overleg met de vertegenwoordiger van De Nederlandse Bond van Hobbydierhouders, Aviornis Internationaal, De Kleindierliefhebbers
Nederland en de Confederation Ornithologic Mondial heeft tot de conclusie geleid dat er geen onderscheidend criterium te bedenken
is op grond waarvan een handhaafbaar onderscheid te maken is tussen transporten met een hobbymatig en een bedrijfsmatig karakter.
Daarom zal per aangehouden transport bepaald moeten worden of de Transportverordening (onverkort) van toepassing is.
2. Hobbydiertransporten met een bedrijfsmatig karakter.
Bij vervoer met een bedrijfsmatig karakter zal ik de volledige Transportverordening onverkort handhaven.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg