Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 november 2014
In het debat van 12 maart 2013 heb ik met u gesproken over de Wijziging van Boek 7
van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging
op grond van een tweede categorie huishoudinkomens). Tijdens dit debat heb ik een
aantal toezeggingen gedaan. De nog openstaande toezeggingen betreffen de toezeggingen
T01670, T01671 en T01737.
In toezegging T01670 heb ik aangegeven met de betrokken maatschappelijke organisaties
te overleggen over het tot stand komen van een nationaal akkoord op het terrein van
het wonen. In de afgelopen twee jaar heb ik veelvuldig gesproken met relevante stakeholders,
waaronder Aedes, Woonbond, IVBN, Vastgoedbelang, VNG. Ik ben niet alleen het gesprek
aangegaan met deze koepelorganisaties maar ben ook het land door geweest om het gesprek
op het lokale niveau te voeren. Op basis van deze gesprekken en overleggen moet ik
de conclusie trekken dat voor een omvattend nationaal woonakkoord geen draagvlak is.
De inhoudelijke verschillen, niet alleen tussen de door het Kabinet voorgestane beleid
en de inzet van deze partijen, maar ook tussen deze partijen onderling, zijn hiervoor
te groot.
In deze gesprekken is mij overigens ook gebleken dat op specifieke beleidsdossiers
weliswaar geen algemene consensus bereikt kan worden, maar vaak wel een gezamenlijke
uitwerking en verdergaande overeenstemming over maatregelen kon worden gevonden. Dit
geldt ondermeer voor de vormgeving van het nieuwe woningwaarderingsstelsel (WWS).
Ik zal de komende periode op specifieke dossiers daarom met partijen het gesprek blijven
voeren.
De afgelopen periode heb ik zo ook intensief contact gehad met de diverse partijen
over de vormgeving en effecten van de huursombenadering. Ik moet concluderen dat de
uitwerking op dit moment nog meer aandacht en overleg vraagt. Daarnaast is verzocht
om de invoering van het nieuwe woningwaarderingsstelsel en de huursom niet in één
en hetzelfde jaar door te voeren. Daarmee wordt de invoering van de huursombenadering
met een jaar uitgesteld. Het kabinet doet in het voorjaar van 2015 een voorstel tot
invoering van de huursombenadering. Ik zal ook uw Kamer op dat moment nader informeren
over bovengenoemde toezeggingen T01671 en T01737.
Bijgaand ontvangt u een afschrift van de brief1 over de voortgang van de uitwerking van de huursombenadering die ik op 28 oktober
2014 aan de Tweede Kamer heb gezonden.
De Minister voor Wonen en Rijksdienst,
S.A. Blok