Provinciaal blad van Groningen
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Groningen | Provinciaal blad 2025, 7325 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Groningen | Provinciaal blad 2025, 7325 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven
[Bijlage 3: Postcodelijst van deze bekendmaking is overeenkomstig artikel 7 lid 2 Bekendmakingswet bekendgemaakt en hier beschikbaar: Bijlage 3 Postcodelijst Investeringsregeling voor micro-mkbers met schadeherstel- of versterkingsopgaven.]
Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen:
op 6 november 2020 door de colleges van de provincie Groningen en gemeenten Eemsdelta, Het Hogeland, Groningen, Midden-Groningen en Oldambt met de minister van Economische Zaken en Klimaat bestuurlijke afspraken zijn gemaakt die onder meer tot doel hebben inwoners van het aardbevingsgebied een tegemoetkoming te geven, het gebied beter achter te laten en toekomstperspectief te bieden aan sectoren en de algehele economische structuur van de regio;
bij ondernemingen die in belangrijke mate afhankelijk zijn van hun bedrijfsgebouwen, de uitvoering van versterking, de uitvoering van schadeherstel of het verkrijgen van schadevergoeding sterk vertragend kan werken bij het realiseren van investeringen in bedrijfsgebouwen of in andere met bedrijfsgebouwen samenhangende kapitaalgoederen waardoor de ontwikkeling van deze ondernemingen vertraagd kan raken;
Besluiten vast te stellen de volgende regeling:
Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven
In deze regeling wordt verstaan onder:
AGVV: Verordening EU Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 187/1 van 26 juni 2014 en Verordening EU 2017/1084 van de Commissie van 14 juni 2017 tot wijziging van Verordening EU Nr. 651/2014 wat betreft steun voor haven- en luchthaveninfrastructuur, aanmeldingsdrempels voor steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed en voor steun voor sportinfrastructuur en multifunctionele recreatieve infrastructuur, en regelingen inzake regionale exploitatiesteun voor ultraperifere gebieden, en tot wijziging van Verordening EU Nr. 702/2014 wat betreft de berekening van de in aanmerking komende kosten, PbEU L 156/1 van 20 juni 2017;
bedrijfsgebouw van de onderneming: een gebouw of gedeelte daarvan dat niet voor bewoning bestemd is, waarin de onderneming van aanvrager haar bedrijfsmatige activiteiten feitelijk en rechtmatig ontplooit of zou hebben ontplooid als aan dat gebouw geen versterkingsmaatregelen of schadeherstel uitgevoerd werd;
micro-onderneming: micro-onderneming als bedoeld in artikel 2 van de Bijlage bij de Aanbeveling van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (2003/361/EG), met uitzondering van ondernemingen bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) 2022/2472 van de Europese Commissie van 14 december 2022, PbEU 2022, L 327/1;
versterking: het treffen van versterkingsmaatregelen:
waarvan de kosten geheel of gedeeltelijk betaald worden met een subsidie van burgemeester en wethouders, teneinde een gebouw behorend tot batch 1588 als bedoeld in artikel 15a, eerste lid, van de Tijdelijke wet Groningen of de Zandplatenbuurt Zuid te Delfzijl te laten voldoen aan de in artikel 1 van de Tijdelijke wet Groningen bedoelde veiligheidsnorm;
Onder bedrijfsgebouw van de onderneming als bedoeld in het eerste lid wordt niet verstaan een gebouw of gedeelte daarvan dat door de onderneming aan een ander in gebruik is gegeven of verhuurd, anders dan in het kader van de exploitatie van een horeca-, evenementen of congreslocatie door de onderneming zelf.
Tot de doelgroep van deze regeling behoren voorts andere micro-ondernemingen dan die bedoeld in de voorgaande leden, die hun bedrijfsmatige activiteiten geheel of gedeeltelijk verrichten in een in de provincie Groningen gelegen bedrijfsgebouw, voor zover naar het oordeel van Gedeputeerde Staten de uitvoering van versterking of schadeherstel in doorslaggevende mate het ritme vertraagt of vertraagd heeft waarin die micro-ondernemingen hun investeringen kunnen realiseren.
Onder ‘erkende schade’ als bedoeld in dit artikel wordt verstaan:
een in rechte vaststaande toegekende schadevergoeding voor fysieke schade aan het in de aanhef van het eerste lid bedoelde bedrijfsgebouw door het Instituut Mijnbouwschade Groningen of de Tijdelijke commissie mijnbouwschade bedoeld in het besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat, in overeenstemming met de Minister voor Rechtsbescherming van 31 januari 2018, nr. WJZ / 18018309, tot vaststelling van het Protocol mijnbouwschade Groningen en tot instelling van de Tijdelijke commissie mijnbouwschade Groningen en van de Tijdelijke commissie advisering bezwaarschriften mijnbouwschade Groningen (Staatscourant 2018, 6398);
Artikel 5. Subsidiabele activiteiten
Op grond van deze regeling kan subsidie worden verstrekt voor een investeringsproject waarmee de aanvrager ten behoeve van de bedrijfsmatige activiteiten van zijn onderneming één of meer van de op Bijlage 1 vermelde investeringen realiseert.
Artikel 6. Subsidiabele kosten
Artikel 8. Algemene weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 2.5 en 2.6 van de Procedureregeling en het bepaalde in deze regeling wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien zich één of meer van de volgende omstandigheden voordoet:
niet aannemelijk is dat de onderneming van aanvrager na verstrekking van de aangevraagde subsidie structureel een economische bijdrage, maatschappelijke bijdrage of een bijdrage in de leefbaarheid kan blijven leveren aan de geheel of grotendeels in de provincie Groningen gelegen regio waar de onderneming gevestigd is;
Artikel 9. Weigeringsgronden met betrekking tot de hoogte van het subsidiebedrag
Artikel 13. Vergoeding vanwege vermogensvorming
Bij het bepalen van de hoogste van de in het eerste lid bedoelde vergoeding houden Gedeputeerde Staten in ieder geval rekening met de omstandigheden waaronder de in artikel 4:41, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht bedoelde situatie zich heeft voorgedaan en de gevolgen van die situatie voor de subsidieontvanger.
Groningen, 1 april 2025
Gedeputeerde Staten van Groningen:
René Paas, voorzitter
Hans Schrikkema, secretaris
Toelichting op de Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven
De Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven (hierna: de Investeringsregeling) is een subsidieregeling die wordt uitgevoerd door Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen als onderdeel van het zogenoemde Mkb-programma. Het Mkb-programma is een samenwerking tussen provincie Groningen, ondernemers en gemeenten in het aardbevingsgebied en de Rijksoverheid. Met het Mkb-programma worden mkb’ers in het aardbevingsgebied op allerlei wijzen ondersteund.
Schadeherstel en versterkingsvraagstukken bij mkb’ers in het algemeen en micro-mkb'ers in het bijzonder zijn voor de betrokken ondernemers ingrijpend en vanwege de grote diversiteit van mkb-bedrijven vaak complex. Daardoor duren schadeherstel- en versterkingstrajecten vaak lang, waardoor mkb’ers investeringen uitstellen en hun concurrentievermogen beschadigd raakt. Dit werkt door in de economische en maatschappelijke structuren waar die bedrijven deel vanuit maken.
Met de Investeringsregeling kan aan micro-mkb'ers in het versterkingsgebied een subsidie worden verstrekt, waarmee zij de investeringen in hun bedrijf weer op gang kunnen brengen.
De uitvoering van de Investeringsregeling wordt betaald uit het budget van het Mkb-programma. Het Rijk verstrekt de provincie in totaal € 36 miljoen voor de uitvoering van het Mkb-programma.
Opgemerkt wordt, dat de subsidies niet worden verstrekt met het oogmerk om schade als bedoeld in de Tijdelijke wet Groningen te vergoeden of om versterkingsmaatregelen te financieren: schadeherstel (en schadevergoeding) en versterken blijven de verantwoordelijkheid van onderscheidenlijk IMG en NCG.
De juridische grondslag van deze regeling is artikel 3, derde lid, van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017 (hierna: de Kaderverordening). In die bepaling hebben Provinciale Staten aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid tot het stellen van nadere regels over subsidieverstrekking en de daarmee gepaard gaande procedure gedelegeerd. Verder zijn in het bijzonder de bepalingen van titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018 (hierna: de Procedureregeling) van belang.
Subsidieverstrekking aan ondernemingen is vaak een vorm van staatssteun. De Investeringsregeling is ontworpen om binnen de kaders van de zogeheten reguliere de-minimisverordening (de verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023, PbEU 2023, L-serie d.d. 15 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun) subsidie te kunnen verstrekken.
De reguliere de-minimisverordening is niet van toepassing op een aantal branches, zie artikel 1 van de reguliere de-minimisverordening. Het gaat, kort gezegd, om visserij- en landbouwbedrijven. Voor deze bedrijven gelden specifieke de-minimisverordeningen.
Dit artikel bevat de begripsbepalingen. Begrippen waarvan de betekenis op grond van de Algemene wet bestuursrecht, de Kaderverordening of de Procedureregeling voldoende duidelijk zijn, zijn niet opnieuw gedefinieerd.
Artikel 2. Doel van deze regeling en toepasselijk staatssteunkader
Het eerste lid van dit artikel bevat het algemene doel van deze Investeringsregeling: het versterken van de door de gaswinningsproblematiek aangetaste economische structuur van de in de provincie Groningen gevestigde micro-ondernemingen. In het tweede lid wordt vermeld dat de op grond van de Investeringsregeling te verstrekken subsidies binnen de reikwijdte van de reguliere de-minimisverordening vallen.
Dit artikel bevat de beschrijving van de doelgroep.
Op grond van het eerste en tweede lid behoren kort gezegd twee categorieën micro-ondernemingen de doelgroep:
Micro-ondernemingen die sinds 6 november 20201 hun activiteiten verrichten vanuit een in de provincie Groningen gelegen bedrijfsgebouw. En uit een versterkingsadvies blijkt dat voor dat bedrijfsgebouw versterkingsmaatregelen nodig zijn of nodig zijn geweest.
Micro-ondernemingen die sinds 6 november 2020 hun activiteiten verrichten vanuit een in de provincie Groningen gelegen bedrijfsgebouw, dat gelegen is op een adres dat vermeld is in Bijlage 3. En er is sprake geweest van erkende schade aan dat bedrijfsgebouw. In het vierde lid wordt uitgelegd wat onder 'erkende schade' wordt verstaan.
Ook micro-ondernemingen die op grond van het eerste en tweede lid niet tot de doelgroep behoren, kunnen onder omstandigheden op grond van het derde lid tot de doelgroep behoren. Namelijk als naar het oordeel van Gedeputeerde Staten de uitvoering van versterking of schadeherstel in doorslaggevende mate het ritme waarin de micro-ondernemingen hun investeringen kunnen realiseren vertraagt of vertraagd heeft.
Een toets aan het derde lid is voorbehouden aan situaties die weliswaar gelet op het eerste en tweede lid niet tot de doelgroep behoren, maar waar mogelijk toch sprake is van de in het eerste lid bedoelde vertraging van het investeringsritme. De toets aan het derde lid vindt plaats door een maatwerkbeoordeling van specifieke omstandigheden, waaronder de financiële en bedrijfsmatige situatie, van de onderneming van aanvrager.
Artikel 4. Subsidievorm en wijze van subsidieverstrekking
De subsidie wordt verstrekt in de vorm van een geldbedrag. Er wordt geen subsidie verstrekt in de vorm van bijvoorbeeld een borgstelling.
Artikel 5. Subsidiabele activiteiten
De subsidie wordt verstrekt voor investeringsprojecten waarmee aanvrager één of meer van de op de bijlage vermelde subsidiabele activiteiten verricht. Bijlage 1 somt concrete typen investeringen op. Deze zijn verdeeld over drie categorieën: investeringen in bedrijfsgebouwen van de onderneming, investeringen in percelen van aanvrager en overige investeringen, bijvoorbeeld in machines.
Zie voor de definitie van 'bedrijfsgebouw van de onderneming' artikel 1. Kort gezegd gaat het om een gebouw of deel daarvan waarin de onderneming van aanvrager haar bedrijfsmatige activiteiten feitelijk ontplooit.
Uit de definitie van 'bedrijfsgebouw van de onderneming' volgt, dat het kan gaan bedrijfsgebouw dat aanvrager huurt of in eigendom heeft. Beiden is mogelijk, zolang op grond artikel 1 maar sprake is van een 'bedrijfsgebouw van de onderneming'.
Van belang is verder, dat gebouwen van aanvrager (of delen daarvan) die aan anderen verhuurd worden, niet onder het begrip 'bedrijfsgebouw van de onderneming' vallen, zie artikel 1 lid 3.
Artikel 6. Subsidiabele kosten
De subsidie kan worden verstrekt voor de kosten die aanvrager maakt bij het realiseren van de op Bijlage 1 vermelde investeringen.
Aanvrager krijgt alleen subsidie voor de kosten van zijn of haar eigen investeringen. Dit betekent dat de investeringen die aanvrager met de subsidie doet, op de balans van de onderneming van aanvrager komen te staan.
In lid 2 wordt vermeld welke kosten niet voor subsidie in aanmerking komen.
Als de subsidieontvanger door het uitvoeren van het investeringsproject inkomsten genereert - bijvoorbeeld: bij inruil van machines of verkoop van sloopschroot - dan worden die inkomsten in mindering gebracht op de subsidiabele kosten, zie lid 3.
Artikel 7. Maximaal subsidiebedrag en maximale subsidie-intensiteit
Het subsidiebedrag moet aan de volgende twee voorwaarden voldoen:
Artikel 8 en artikel 9 Weigeringsgronden
Artikel 8 en 9 van de regeling bevatten gronden waarop een aangevraagde subsidie wordt geweigerd. Dit in aanvulling op de weigeringsgronden die in de Algemene wet bestuursrecht en de Procedureregeling zijn opgenomen. Artikel 8 bevat algemene weigeringsgronden. Artikel 9 bevat de weigeringsgronden die gaan over het subsidiebedrag.
Subsidie kan worden aangevraagd tijdens door Gedeputeerde Staten vast te stellen aanvraagperiodes. Per aanvraagperiode stellen Gedeputeerde Staten een subsidieplafond vast. Dit is geldbedrag dat maximaal beschikbaar is voor subsidies die verstrekt worden naar aanleiding van aanvragen die tijdens de aanvraagperiode zijn ingediend. Als verstrekking van een subsidie tot gevolg hebben dat het subsidieplafond overschreden zou worden, wordt de subsidie geweigerd. Zie artikel 4:25 lid 2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 11. Verdeelsystematiek
Omdat gewerkt wordt met een subsidieplafond, wordt in dit artikel beschreven hoe de volgorde bepaald wordt waarin de tijdens een aanvraagperiode ingediende aanvragen voor subsidie in aanmerking komen. Als uitgangspunt geldt, dat de volgorde van binnenkomst bepalend is. Het gaat daarbij om de dag waarop de volledige aanvragen ontvangen is of een onvolledige aanvraag volledig is gemaakt.
Als het subsidieplafond op enig moment overschreden dreigt te worden, wordt met loting bepaald in welke volgorde de aanvragen die op de bewuste dag zijn ontvangen, voor subsidieverstrekking in aanmerking komen. Dit kan betekenen dat aanvankelijk alle aanvragen geloot worden. Zodra de volledigheid van de aanvragen beoordeeld is, worden de onvolledige aanvragen 'doorgehaald' op volgordelijst die door loting tot stand is gekomen.
Artikel 12. Verplichtingen van de subsidieontvanger.
De subsidieontvanger krijgt in dit artikel een aantal verplichtingen opgelegd. Die verplichtingen waarborgen dat de subsidie - die betaald wordt met schaarse publieke middelen - daadwerkelijk tot gevolg heeft dat de subsidiabele activiteiten worden uitgevoerd en het met de subsidieregeling beoogde doel kan worden bereikt. De meeste verplichtingen eindigen vijf jaar na subsidievaststelling.
Artikel 14. Vergoeding vanwege vermogensvorming
Op grond van artikel 4:41 van de Algemene wet bestuursrecht kan de subsidieontvanger in bepaalde situaties de verplichting opgelegd krijgen, om een vergoeding vanwege vermogensvorming te betalen. Het gaat bijvoorbeeld om:
De verplichting wordt opgelegd door Gedeputeerde Staten. De hoogte van de verplichting loopt af van 100 % van het subsidiebedrag tot en met het eerste jaar na de subsidievaststelling tot uiteindelijk 20 % van het subsidiebedrag in het vijfde jaar.
Een verleende maar nog niet vastgestelde subsidie is na voorafgaande toestemming van Gedeputeerde Staten overdraagbaar. Het tweede en derde lid bevat het kader waaraan Gedeputeerde Staten een verzoek om toestemming toetst. Aan een toestemming kunnen verplichtingen verbonden worden.
Bijlage 1: subsidiabele activiteiten
Bijlage bij artikel 5 en artikel 6, eerste lid, van de Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven.
De investeringen bedoeld in artikel 5 zijn vermeld in onderstaande tabel.
Bijlage 2: positieflijst rollend materieel
Bijlage bij artikel 3, eerste, onder b, van de Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven.
Investeringen in hieronder vermeld rollend materieel zijn wel subsidiabel:
Bijlage bij artikel 1, eerste lid, onder b, van de Investeringsregeling voor micro-mkb'ers met schadeherstel- of versterkingsopgaven.
Link naar “Bijlage 3 Postcodelijst Investeringsregeling voor micro-mkbers met schadeherstel- of versterkingsopgaven”
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2025-7325.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.