Provinciaal blad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2023, 15765 | ruimtelijk plan of omgevingsdocument |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2023, 15765 | ruimtelijk plan of omgevingsdocument |
Provinciale Staten van Utrecht; In vergadering bijeen op 13 december 2023.
Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 07 november 2023,
met nummer UTSP-1016476851-670,
van afdeling SLO, team SRO;
Overwegende dat:
de voorbeschermingsregels noodzakelijk zijn om te voorkomen dat ongewenste ontwikkelingen plaatsvinden omdat bepaalde regels uit de (Interim) Omgevingsverordening nog geen doorwerking hebben in de omgevingsplannen;
Besluiten:
Het Voorbereidingsbesluit Omgevingsverordening provincie Utrecht 2023 vast te stellen.
Gedeputeerde staten de opdracht te geven het Voorbereidingsbesluit provincie Utrecht 2023 conform de vereisten uit de Omgevingswet bekend te maken en beschikbaar te stellen in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
Voor het omgevingsplan van gemeente Amersfoort de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage A.
Voor het omgevingsplan van gemeente Baarn de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage B.
Voor het omgevingsplan van gemeente De Bilt de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage C.
Voor het omgevingsplan van gemeente Bunnik de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage D.
Voor het omgevingsplan van gemeente Bunschoten de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage E.
Voor het omgevingsplan van gemeente Eemnes de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage F.
Voor het omgevingsplan van gemeente Leusden de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage G.
Voor het omgevingsplan van gemeente Lopik de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage H.
Voor het omgevingsplan van gemeente Montfoort de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage I.
Voor het omgevingsplan van gemeente Renswoude de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage J.
Voor het omgevingsplan van gemeente Rhenen de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage K.
Voor het omgevingsplan van gemeente Soest de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage L.
Voor het omgevingsplan van gemeente Utrecht de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage M.
Voor het omgevingsplan van gemeente Veenendaal de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage N.
Voor het omgevingsplan van gemeente Woudenberg de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage O.
Voor het omgevingsplan van gemeente Wijk bij Duurstede de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage P.
Voor het omgevingsplan van gemeente IJsselstein de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage Q.
Voor het omgevingsplan van gemeente Zeist de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage R.
Voor het omgevingsplan van gemeente Nieuwegein de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage S.
Voor het omgevingsplan van gemeente Oudewater de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage T.
Voor het omgevingsplan van gemeente Woerden de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage U.
Voor het omgevingsplan van gemeente De Ronde Venen de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage V.
Voor het omgevingsplan van gemeente Utrechtse Heuvelrug de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage W.
Voor het omgevingsplan van gemeente Stichtse Vecht de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage X.
Voor het omgevingsplan van gemeente Vijfheerenlanden de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage Y.
Voor het omgevingsplan van gemeente Houten de voorbeschermingsregels vast te stellen die zijn vastgelegd in bijlage Z.
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt per 1 januari 2024
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Neder-Germaanse Limes (bufferzone)de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten
Als uitzonderlijke universele waarde van de Neder-Germaanse Limes gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Neder-Germaanse Limes (bufferzone)de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten
Als uitzonderlijke universele waarde van de Neder-Germaanse Limes gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
Een gebouw, bijvoorbeeld een kantoor, kan getransformeerd worden tot een woning (geluidgevoelig gebouw). De binnenwaarde van die woning mag maximaal 33 Lden zijn. Is de binnenwaarde hoger, dan is de transformatie verboden.
Nieuw geluidgevoelige gebouwen zijn in het Beperkingengebied lokale spoorwegen mogelijk als de binnenwaarde maximaal 33 Lden is.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Een gebouw, bijvoorbeeld een kantoor, kan getransformeerd worden tot een woning (geluidgevoelig gebouw). De binnenwaarde van die woning mag maximaal 33 Lden zijn. Is de binnenwaarde hoger, dan is de transformatie verboden.
Nieuw geluidgevoelige gebouwen zijn in het Beperkingengebied lokale spoorwegen mogelijk als de binnenwaarde maximaal 33 Lden is.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Een gebouw, bijvoorbeeld een kantoor, kan getransformeerd worden tot een woning (geluidgevoelig gebouw). De binnenwaarde van die woning mag maximaal 33 Lden zijn. Is de binnenwaarde hoger, dan is de transformatie verboden.
Nieuw geluidgevoelige gebouwen zijn in het Beperkingengebied lokale spoorwegen mogelijk als de binnenwaarde maximaal 33 Lden is.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Neder-Germaanse Limes (bufferzone)de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten
Als uitzonderlijke universele waarde van de Neder-Germaanse Limes gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
In de Bethunepolder is sprake van een specifieke situatie, waar meerdere functies bij elkaar komen:
drinkwaterwinning;
zomerwaterrecreatie op de nabijgelegen locatie De Strook (Loosdrechtse Plassen);
schaatsen in de winter op de omliggende plassen.Dit veroorzaakt soms grote verkeers- en parkeerdrukte. Hierdoor wordt op plaatsen geparkeerd die met het oog op de bescherming van het grondwater voor de drinkwaterwinning onwenselijk zijn.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden een nieuwe begraafplaats of uitstrooiveld, genoemd in de Wet op de lijkbezorging, of een dierenbegraafplaats aan te leggen in een Grondwaterbeschermingsgebied.
Het is verboden een bestaande begraafplaats, uitstrooiveld of dierenbegraafplaats uit te breiden, als daardoor de kwaliteit van het grondwater met het oog op de openbare drinkwaterwinning negatief wordt beïnvloed.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Als het gaat om de lijkbezorging (bijvoorbeeld begraving of crematie) zijn er risicovolle stoffen die de kwaliteit van het grondwater kunnen aantasten. Denk aan medicijnresten, bacteriële verontreinigingen en rottingsproducten. De risico’s bij dierenbegraafplaatsen zijn vergelijkbaar. Nieuwe begraafplaatsen, uitstrooivelden of dierenbegraafplaatsen in een grondwaterbeschermingsgebied zijn daarom verboden.
In aanvulling op of in afwijking van de bepalingen in het omgevingsplan van de gemeente gelden de navolgende voorbeschermingsregels. Voor zover deze voorbeschermingsregels afwijken van de regels van het omgevingsplan gelden alleen de voorbeschermingsregels.
Het is verboden om:
een geitenhouderij te vestigen of een bestaande geitenhouderij uit te breiden;
een agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk om te schakelen naar een geitenhouderij;
het aantal geiten dat wordt gehouden uit te breiden;
de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde of het aantal gemelde geiten aantoonbaar niet toeneemt; en
bouwwerken en gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.
Het eerste lid geldt niet:
voor veehouderijen waar minder dan 25 geiten worden gehouden;
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke melding voor die activiteit is gedaan; of
als voor 11 juli 2018 een op dat moment ontvankelijke aanvraag voor een omgevingsvergunning voor die activiteit bij het bevoegd gezag is ingediend, uitgezonderd een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een aangewezen stads- of dorpsgezicht.
Het is verboden in het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies de uitzonderlijke universele waarde aan te tasten.
Als uitzonderlijke universele waarde van de Hollandse Waterlinies gelden de kernkwaliteiten, bedoeld in de Bijlage XV Cultuurhistorie bij de Omgevingsverordening provincie Utrecht en de Gebiedsanalyses Kernkwaliteiten Hollandse Waterlinies.
In dit artikel is de zogeheten “geitenstop” opgenomen. De geitenstop is in 2018 ingevoerd omdat er zorgen zijn over de gevolgen van het houden van grote aantallen geiten voor de gezondheid. Daarom is het verboden om nieuwe geitenhouderijen te starten of bij bestaande veehouderijen geiten te gaan houden of het aantal geiten uit te breiden.
Het verbod geldt volgens het tweede lid niet voor minder dan 25 geiten in totaal. Dat is de grens die in artikel 3.200 van het Besluit activiteiten leefomgeving is opgenomen voor overige landbouwhuisdieren. Boven die grens zijn de regels van dat besluit van toepassing (waaronder meldplichten). Het verbod geldt ook niet voor geiten die direct voorafgaand aan het voorbereidingsbesluit van 2018 legaal werden gehouden. Het aantal geiten dat destijds mocht worden gehouden op basis van een melding of vergunning is als het ware bevroren.
Er is sprake van een tweede bouwlaag wanneer er een voor de mens begaanbare verdiepingsvloer is voor het stallen van vee. Het binnen één bouwlaag stallen van vee in meerdere lagen is toegestaan als voldaan wordt aan dierenwelzijnseisen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2023-15765.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.