Provinciaal blad van Noord-Holland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Holland | Provinciaal blad 2019, 6886 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Holland | Provinciaal blad 2019, 6886 | Beleidsregels |
Beleidsregel van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent klein grondverzet (Beleidsregel klein grondverzet Noord-Holland)
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;
Gelet op artikel 28, 39 en 39b van de Wet bodembescherming en artikel 6, 8, 9, 10, 11, 13 en 14 van het Besluit uniforme saneringen;
dat Gedeputeerde Staten van Noord-Holland bevoegd gezag zijn in het kader van de Wet bodembescherming; dat de uitvoering van die taken is neergelegd bij de volgende uitvoeringsorganen: de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, Omgevingsdienst IJmond, Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek en de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord; dat bij ontgravingen van sterk verontreinigde grond, ongeacht de omvang van de ontgraving, een melding gedaan dient te worden volgens het Besluit uniforme saneringen of artikel 28 van de Wet bodembescherming; dat het wenselijk is een procedure voor de melding van ontgravingen van minder dan 10m3 vast te stellen.
Bij de beoordeling van een melding worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:
Haarlem, 8 oktober 2019,
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
A.TH.H. van Dijk, voorzitter.
R.M. Bergkamp, secretaris.
Deze Beleidsregel klein Grondverzet (hierna: RKG) is opgezet naar aanleiding van verzoeken vanuit Omgevingsdiensten om tot een provinciale regeling te komen vergelijkbaar aan de vier eigen bevoegd gezag gemeenten in Noord-Holland (Amsterdam, Alkmaar, Zaanstad en Haarlem). Vanuit de praktijk is gebleken dat de afgelopen jaren de Besluit Uniforme Saneringen (BUS)-meldingen categorie tijdelijk uitplaatsen zijn toegenomen. Momenteel zijn de nutsbedrijven degene die de meeste meldingen indienen. Meldingen voor kleine grondwerkzaamheden aan bijvoorbeeld straatverlichting en oplaadpunten voor auto’s blijven achter of worden niet gedaan, omdat het te omslachtig is. Met deze regeling wordt beoogd deze in het kader van de Wet bodembescherming (hierna: wet) feitelijk al verplichte meldingen te faciliteren door de procedure te vergemakkelijken. Met de regeling zal het meldgedrag en daarmee het aantal meldingen komende jaren, naar verwachting volgens de ervaringen van genoemde gemeenten stijgen. Daarmee wordt het naleefgedrag en het verantwoord omgaan met sterk verontreinigde grond verbeterd, de risico’s verminderd, evenals het toezicht door het bevoegd gezag beter mogelijk gemaakt.
Voor de kleine grondwerkzaamheden in sterk verontreinigde grond en gevallen van ernstige bodemverontreiniging door diverse grondroerders, moeten veelal complete BUS-meldingen worden ingediend die buitenproportionele administratieve lasten met zich meedragen. Dit geldt voor zowel de opdrachtgevers/melders als de beoordelaars en toezichthouders van de bevoegde gezagen. In veel gevallen dienen er tevens langdurige procedures te worden gevolgd in verband met criteria die aan de meldingen verbonden zijn (gelaagdheid en afvoer) dit conform toepasselijke wet- en regelgeving. De kans op toezicht is door de kortdurende werkzaamheden gering.
Langdurige en uitgebreide meldingen zijn onwenselijk voor de relatief simpele grondwerkzaamheden die uitgevoerd moeten worden. Voor deze kleine hoeveelheden aan grond geldt onder het Aanvullingsbesluit bodem van de Omgevingswet zelfs geen algemene verplichting meer tot melding. Het kost tijd en geld om bepaalde kleine tijdelijke uitplaatsingen in verhouding tot de qua omvang beperkte risico’s op een omslachtige manier te regelen.
Doel van de RKG is dan ook om de melding voor relatief kleine en simpele grondwerkzaamheden, eenvoudiger en doelmatiger te maken zodat de mogelijkheid voor overheidstoezicht wordt bevorderd. Hierbij wordt de meldingsprocedure vereenvoudigd door een snellere doorlooptijd dan de huidige procedures voor BUS-locaties (5 weken). Hierbij worden de administratieve lasten en doorlooptijden verminderd. Met de RKG wordt de drempel voor het melden van kleine werkzaamheden verlaagd en zal er, naar verwachting, een beter naleefgedrag van de wet- en regelgeving ontstaan.
Middels het toepassen van dezelfde beleidsregel in Noord-Holland ontstaat een door marktpartijen gewenst level-playingfield door het uniformeren van regelgeving. Daarnaast draagt deze RKG bij aan het effectief en efficiënt naleven van de regels, waarbij bedrijven zo min mogelijk onnodig worden belast.
Tijdens het tot stand komen van de RKG is samenwerking gezocht met diverse omgevingsdiensten en eigen bevoegde gezag gemeenten binnen Noord-Holland (Alkmaar, Zaanstad, Amsterdam en Haarlem). Met deze regeling is zoveel als mogelijk rekening gehouden met ervaringen en wensen van de bevoegde gezagen. Om tot één geheel dezelfde regeling te komen met voorgenoemde partijen, is op dit moment niet mogelijk gebleken. Het belangrijkste verschil betreft het wel of niet toestaan van afvoer van de grond. Geadviseerd wordt dit in te toekomst verder op te pakken onder de Omgevingswet na het opdoen van ervaringen in de rest van de provincie door omgevingsdiensten.
De saneringswerkzaamheden blijven binnen de kaders en regels van de wet. De relatief beoogde simpele saneringswerkzaamheden zijn door deze regeling meer in samenhang gezien de lasten door het toepassen van deze vereenvoudigde meldingsprocedure. Omdat de meldingsprocedure sterk is vereenvoudigd zal er, naar verwachting, een beter naleefgedrag worden bewerkstelligd. Er dient dan ook rekening gehouden te worden met de benodigde uren voor de toename van toezicht op deze meldingen. Anderzijds zal het aantal beoordelingen van BUS-melding categorie ‘tijdelijk uitnemen’, afnemen.
Het grootste risico van de invoering van de regeling zou kunnen zitten in het vervallen van de vereiste milieukundige begeleiding (MKB) bij gelaagdheid in grondsoorten (verschillende kwaliteiten). Het risico daarvan is, dat zonder deskundig toezicht van MKB mogelijk lagen met verschillende kwaliteiten plaatselijk geroerd kunnen worden. Veelal is er bij bestaande kabels en leidingen en/of andere infrastructurele werken al sprake van geroerde grond door werkzaamheden in het verleden. Bij de meeste gemeenten in de kop van Noord-Holland, is er sprake van een binnenstedelijke ophooglaag en vaak sprake van één diffuse, heterogeen verontreinigde laag onder een laag “straatzand”. Deze laag straatzand wordt tevens apart gehouden voor de civieltechnische eigenschappen. Dit risico wordt ondervangen doordat de uitvoerder vanuit zijn beoordelingsrichtlijn (BRL)-certificering en artikel 13 wet verplicht is verschillende lagen gescheiden te houden en verder blijft het stand-still principe van kracht. De opdrachtgever en de uitvoerder van de werkzaamheden blijven beide verantwoordelijk voor het terug brengen in dezelfde gelaagdheid.
Dit wordt niet als een groot risico gezien nu de werkzaamheden beperkt in omvang zijn. Daarnaast zal er steekproefsgewijs toezicht worden gehouden en kan het normale handhavingstraject worden aangewend.
Integrale tekst Beleidsregel klein grondverzet Noord-Holland
Deze regeling is van kracht voor kleine graaf- of saneringswerkzaamheden met een volume minder dan 10 m3, die vnl. vallen onder het Besluit Uniforme Saneringen categorie Tijdelijke Uitplaatsingen met de volgende criteria:
Middels (historisch-)bodemonderzoek waarbij is aangetoond dat sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging of sterk verontreinigde grond (omvang niet bepaald, cf. BUS tijdelijk uitplaatsen); Zolang de werkzaamheden plaatsvinden in < 50 m3 grond waarvan door bodemonderzoek of historisch onderzoek bekend is dat deze onverdacht of niet (ernstig) verontreinigd is, vallen de graafwerkzaamheden niet binnen het kader van de wet. Deze situatie wordt daarom in deze regeling zoveel mogelijk buiten beschouwing gelaten;
De werkzaamheden betreffen bijvoorbeeld:
U kunt geen gebruik maken van de beleidsregel klein grondverzet:
Melding onder Beleidsregel klein grondverzet
Middels het meldingsformulier wordt een melding gedaan bij het bevoegde gezag, deze e-formulieren zijn te vinden op de site van de betreffende omgevingsdienst.
Op het formulier worden onder andere onderstaande gegevens vermeld:
Een vooronderzoek van de bodem dient te worden uitgevoerd conform NEN5725 (puntbronnencheck). Blijkt de locatie niet verdacht, dan mag met een bodemkwaliteitskaart een grove schatting worden gemaakt van de lokale situatie. Blijkt de locatie wel verdacht, dan is de kans groot dat er ook andere verontreinigingen in de bodem aanwezig zijn, dan wel de stoffen van de bodemkwaliteitskaart in andere gehalten voorkomen. In dat geval moet een verkennend onderzoek (NEN5740/NEN5707/NTA5755) zijn uitgevoerd.
Als er grond wordt afgevoerd (conform melding) moet binnen twee weken na de gemelde uitvoering moet door de verwerker ter acceptatie ondertekende afvaltransportbon van de afgevoerde verontreinigde grond (binnen de daarvoor geldende zaak) naar de toezichthoudende instantie (omgevingsdiensten in Noord-Holland) worden gemaild onder begeleidend schrijven en locatie kenmerken.
Alle saneringswerkzaamheden die in strijd met de voorwaarden van deze beleidsregel worden uitgevoerd zullen worden beschouwd als niet gemelde sanering. Deze niet gemelde sanering zal volgens de reguliere handhavings- en sanctiestrategie worden afgehandeld.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2019-6886.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.