Openstellingsbesluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Openstelling van het Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland 2018

Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland van 26 september 2017, nr. 17020172 , tot vaststelling van de subsidieplafonds, de aanvraagperioden en de tarieven voor het subsidiejaar 2018 ten behoeve van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland 2016 (SVNL2016), de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland (SVNL (2010)) en de Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls natuur en landschap Zeeland (SKNL).

 

Gedeputeerde staten van Zeeland ,

  • gelet op artikel 93 van de Wet inrichting landelijk gebied;

  • gelet op artikel 1.2 van de Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer Zeeland 2016;

  • gelet op artikel 1.3 van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland (2010);

  • gelet op artikel 2 van de Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap Zeeland;

Besluiten vast te stellen:

 

Hoofdstuk 1 Natuur- en landschapsbeheer binnen natuurterreinen van het Natuurnetwerk Zeeland

Paragraaf 1.1 Continuering natuur- en landschapsbeheer (SVNL-N 2016)

Artikel 1 Doelgroep en activiteiten

Aan aanvragers als bedoeld in artikel 2.1 van de SVNL2016 kan subsidie worden verstrekt voor de continuering van natuur- en landschapsbeheertypen binnen een natuurterrein, waarvoor:

  • a.

    door of namens Gedeputeerde Staten subsidie is verstrekt op basis van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland (2010) en waarbij deze subsidie eindigt op 31 december 2017;

  • b.

    door of namens de provincie een subsidie of vergoeding is verstrekt voor inrichting en/of functieverandering SKNL en deze inrichting/functieverandering uiterlijk op 31 december 2017 is afgerond.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

Uitsluitend de volgende activiteiten komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1 in aanmerking:

  • a.

    kosten voor het beheer van een natuurterrein ten behoeve van de natuurbeheertypen van het Natuurbeheerplan Zeeland met de aanduiding N01.01, N01.02, N01.03, N04.02, N04.03, N04.04, N05.01, N06.01, N06.05, N08.01, N08.02, N08.03, N08.04, N09.01, N10.02, N11.01, N12.01, N12.02, N12.03, N12.04, N12.05, N12.06, N13.01, N14.01, N14.03, N15.01, N16.03, N16.04, N17.03, N17.04, N17.06;

  • b.

    kosten voor het beheer van een natuurterrein ten behoeve van de landschapsbeheertypen van het Natuurbeheerplan Zeeland met de aanduiding L01.01, L01.02, L01.03, L01.05, L01.06, L01.07, L01.08, L01.09;

  • c.

    kosten voor monitoring van een natuurbeheertype;

  • d.

    kosten voor het recreatief toegankelijk maken en houden van een natuurterrein;

  • e.

    kosten die verband houden met het beheer van natuur- en landschapsbeheertypen op een natuurterrein dat alleen varend kan worden bereikt.

Artikel 2a Aanvraag om wijziging in verband met nieuwe beheertypen en bijdrage

  • 1.

    Begunstigden van een subsidieverleningsbeschikking op grond van de SVNL2016 die is ingegaan per 1 januari 2017 kunnen een aanvraag tot wijziging en/of uitbreiding van die beschikking indienen, waarbij de aangepaste beheertypen[1] zoals opgenomen op de beheertypekaart voor 2018 van het natuurbeheerplan en de openstellingsbijdrage, met bijbehorende “tarieven 2017 ten behoeve van herbeschikken” zoals aangegeven in bijlage 1 bij dit besluit, met ingang van 1 januari 2018 worden toegepast.

  • 2.

    Aanvragen om deze wijziging en/of uitbreiding kunnen worden ingediend in de periode van 15 november 2017 tot en met 31 december 2017 bij de Provincie Zeeland door middel van het beschikbaar gestelde Aanvraagformulier 2018 voor Subsidie Natuur- en landschapsbeheer SVNL2016.

[1] Dit betreft in Zeeland de nieuwe natuurbeheertypen N16.03 en N16.04 en de openstellingsbijdrage (onderdeel voorzieningenbijdrage). Voor de natuurbeheertypen N17.05 en N17.06 worden met ingang van 1 januari 2018 nieuwe tarieven van kracht.

 

Artikel 3 Subsidieplafond continuering natuurbeheer

Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 bedraagt:

Subsidieplafond continuering natuurbeheer in 2018 € 375.000,- per jaar voor ten hoogste zes jaar,

 

Paragraaf 1.2 Nieuw areaal natuur- en landschapsbeheer (SVNL-N 2016)

Artikel 4 Doelgroep en activiteiten

Aan aanvragers als bedoeld in artikel 2.1 van de SVNL2016 kan subsidie worden verstrekt voor nieuw areaal voor natuur- en landschapstypen binnen een natuurterrein.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Uitsluitend de volgende activiteiten komen voor subsidie als bedoeld in artikel 4 in aanmerking:

  • a.

    kosten voor het beheer van een natuurterrein ten behoeve van de natuurbeheertypen van het Natuurbeheerplan Zeeland met de aanduiding N01.01, N01.02, N01.03, N04.02, N04.03, N04.04, N05.01, N06.01, N06.05, N08.01, N08.02, N08.03, N08.04, N09.01, N10.02, N11.01, N12.01, N12.02, N12.03, N12.04, N12.05, N12.06, N13.01, N14.01, N14.03, N15.01, N16.03, N16.04, N17.03, N17.04, N17.06;

  • b.

    kosten voor het beheer van een natuurterrein ten behoeve van de landschapsbeheertypen van het Natuurbeheerplan Zeeland met de aanduiding L01.01, L01.02, L01.03, L01.05, L01.06, L01.07, L01.08, L01.09;

  • c.

    kosten voor monitoring van een natuurbeheertype;

  • d.

    kosten voor het recreatief toegankelijk maken en houden van een natuurterrein;

  • e.

    kosten die verband houden met het beheer van natuur- en landschapsbeheertypen op een natuurterrein dat alleen varend kan worden bereikt.

Artikel 6 Subsidieplafond nieuw areaal natuurbeheer

Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 5 bedraagt:

Subsidieplafond nieuw areaal natuurbeheer in 2018 € 200.000,- per jaar voor ten hoogste zes jaar,

 

Paragraaf 1.3 Aanvraagperiode en loket voor indiening subsidies (SVNL-N 2016)

Artikel 7 Aanvraagperiode

Aanvragen voor subsidies natuur en landschapsbeheer op grond van de SVNL2016 kunnen in de periode van 15 november 2017 tot en met 31 december 2017 worden ingediend bij de provincie Zeeland door middel van het beschikbaar gestelde Aanvraagformulier 2018 voor Subsidie Natuur- en landschapsbeheer SVNL2016.

 

Hoofdstuk 2 Agrarisch natuur- en landschapsbeheer (SVNL-A)

Paragraaf 2.1 Collectief agrarisch natuurbeheer (SVNL-A (2010) oud stelsel)

Artikel 8 subsidieplafond collectief agrarisch natuurbeheer (oud stelsel)

Voor het collectief agrarisch natuurbeheer via de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland (SVNL (2010)) wordt voor het begrotingsjaar 2018 het volgende subsidieplafond vastgesteld:

Subsidieplafond collectief agrarisch natuurbeheer SVNL (2010) (oud stelsel) € 529.000,- voor 2018,

Dit plafond is bestemd voor subsidies als bedoeld in:

  • a.

    artikel 4.1.1.1. SVNL (2010) ten behoeve van de agrarische beheertypen en beheerpakketten met de aanduiding A01.01, A01.02 en A02.01, welke pakketten op grond van artikel 2.1, vierde lid, SVNL (2010) zijn aangewezen voor collectief agrarisch natuurbeheer (agrarisch natuurbeheer in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer);

  • b.

    artikel 5.1.1.1, eerste lid, onderdeel b, SVNL (2010) ten behoeve van de landschapselementen of beheerpakketten landschap met de aanduiding L01.01, L01.02, L01.03, L01.05, L01.06, L01.07, L01.08, L01.09 welke pakketten op grond van artikel 2.1, vierde lid, SVNL (2010) zijn aangewezen voor collectief landschapsbeheer (collectief landschapsbeheer buiten natuurterreinen).

Dit subsidieplafond is alleen beschikbaar voor het uitdienen van de in 2018 nog van kracht zijnde subsidiebeschikkingen op grond van de SVNL Zeeland (2010) voor collectief agrarisch natuur- en landschapsbeheer. Voor aanvragen zoals bedoeld in artikel 7.5 van de SVNL (2010) is geen budget beschikbaar.

 

Paragraaf 2.2 Collectief beheer agrarische leefgebieden (SVNL-A 2016 (nieuw stelsel))

Artikel 9 Subsidieplafond collectief agrarisch beheer leefgebieden (nieuw stelsel)

  • 1.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 3.13 van de SVNL2016 voor de leefgebieden met de aanduiding Open Akkerland, Open Grasland, Droge Dooradering en Natte Dooradering samen:

    Subsidieplafond € 192.010,- per jaar (€ 768.040,- voor de periode 2018 tot en met 2021),

  • 2.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 3.13 van de SVNL2016 voor de categorie water:

    Subsidieplafond € 40.000,- per jaar (€ 160.000,- voor de periode 2018 tot en met 2021),

Paragraaf 2.3 Aanvraagperioden en loket voor indiening

Artikel 10  

  • 1.

    Aanvragen voor subsidies voor collectief agrarisch natuurbeheer op grond van de SVNL (2010) (oud stelsel), als bedoeld in artikel 8, kunnen tot uiterlijk 15 februari 2018 ingediend worden bij de provincie Zeeland in de vorm van een Collectief agrarisch beheerplan.

  • 2.

    Aanvragen voor subsidies voor collectief agrarisch natuur- en landschapsbeheer van leefgebieden op grond van de SVNL2016 (nieuw stelsel), als bedoeld in artikel 9, kunnen in de periode van 2 tot en met 6 oktober 2017 ingediend worden bij de Provincie Zeeland door middel van het beschikbaar gestelde Aanvraagformulier subsidie agrarisch natuur- en landschapsbeheer Zeeland 2018.

Hoofdstuk 3 Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap SKNL

Paragraaf 3.1 Investeringssubsidie

Artikel 11 Subsidiabele activiteiten

Subsidie als bedoeld in artikel 8 SKNL kan worden verstrekt voor de percelen, die zijn aangegeven in de onderstaande tabel en op de Subsidiekaart SKNL (bijlage 7) behorende bij dit besluit.

 

Artikel 12 Subsidiabele kosten

Voor subsidie als bedoeld in artikel 8 SKNL komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor realisatie van natuurbeheertypen op grond die functieverandering heeft ondergaan, voor zover het de realisatie van de natuurbeheertypen ambitie betreft zoals vermeld in het Natuurbeheerplan Zeeland;

  • b.

    kosten voor realisatie van landschapselementen op grond die functieverandering heeft ondergaan;

  • c.

    kosten voor kwaliteitsimpuls van een natuurbeheertype;

Artikel 13 Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 12 bedraagt :

Subsidieplafond investeringen SKNL in 2018

1.

Voor subsidies voor realisatie van natuurbeheertypen en landschapsbeheertypen

€ 223.399

2.

Voor subsidies kwaliteitsimpuls natuurbeheertypen(nazorg)

€ 721.400

 

totaal

€ 498.000

 

Paragraaf 3.2 Subsidie functieverandering

Artikel 14 Subsidiabele activiteiten

Subsidie als bedoeld in artikel 15 SKNL kan worden verstrekt voor de percelen, die zijn aangegeven in onderstaande tabel en op de subsidiekaart SKNL (bijlage 7) behorende bij dit besluit.

 

Artikel 15 Subsidiabele kosten

Voor subsidie als bedoeld in artikel 14 komt uitsluitend in aanmerking de waardedaling van de grond ten gevolge van:

  • a.

    de omzetting van landbouwgrond in natuurterrein;

  • b.

    de omzetting van landbouwgrond ten behoeve van de daaropvolgende aanleg van een landschapsbeheertype

Artikel 16 Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 14 bedraagt:

Subsidieplafond functieverandering SKNL in 2018 € 1.510.831

 

Tabel subsidiabele percelen maximale subsidie SKNL functieverandering en investeringen 2018

SKNL - functieverandering en realisatie beheertypen 2018

maximale

 

 

 

 

subsidie (€)

maximale

 

 

 

functie-

subsidie (€)

 

 

 

verandering

inrichting

naam gebied

kadastraal nr.

opp (ha)

(85%)

(95%)

Oude Veerseweg

Veere E 1260

7,12

411.334

60.846

Wallen Sluis

Sluis M 558

1,12

0

10.103

Zwaakse Weel

Borsele W 841 (ged.)

9,91

589.484

84.707

Grote Putting

Hontenisse M 599

1,02

0

5.700

Braakman fase 3

Sas van Gent H 946

8,29

496.328

59.073

Pereboomsgat

Axel O 663 (ged.)

0,33

13.685

2.970

Totaal

 

27,78

1.510.831

223.399

 

 

 

 

 

SKNL - kwaliteitsimpuls bestaande natuur (nazorg) 2018

 

 

maximale

 

 

 

 

subsidie (€)

 

 

 

 

nazorg

naam gebied

kadastraal nr.

opp (ha)

 

(95%)

Braakman

Sas van Gent Q 87, H 867, H 948

14,84

 

126.844

Isabellasluis

Sas van Gent Q 177, Q 176, Q 225, Q 226, Q 228

12,31

 

105.221

Inlaag Hoofdplaat

Oostburg K 1299

2,93

 

23.750

Hans Vrieseschans

Oostburg U 376

1,01

 

2.850

Kruisdijk - Groene weg

Sluis N 396

0,77

 

2.850

Kruisdijk - Praatvlietweg

Sluis N 728

1,19

 

3.800

De Blikken

Oostburg R 1403, R 1404, R 1654

16,75

 

23.750

Oosterschenge

Goes AC 295 (ged.), AC 286 (ged.)

7,97

 

41.350

Neeltje jans

Veere V 84 G D3, V 84 G D4, V 84 G D5

117,00

 

90.250

Klein Beierenpolder

Duiveland E 452

12,83

2.708

De Val

Zierikzee N 349

1,46

13.122

Inlaag Hoedekenskerke

Borsele T 270, T 271, T 272

13,85

 

57.000

Pereboomsgat

Axel O 663

8,60

 

4.507

Totaal

 

211,50

 

498.000

 

Paragraaf 3.3 Aanvraagperiode en loket voor indiening

Artikel 17 Aanvraagperiode en loket voor indiening

Aanvragen voor subsidies SKNL op grond van dit openstellingsbesluit kunnen in de periode vanaf 1 januari 2018 tot en met 31 oktober 2018 ingediend worden bij de provincie Zeeland door middel van het beschikbaar gestelde Aanvraagformulier Subsidies SKNL Zeeland 2018.

 

Hoofdstuk 4 Tarieven

Artikel 18 tarieven begrotingsjaar 2018

  • 1.

    De jaarvergoeding voor de landschapsbeheertypen binnen een natuurterrein als bedoeld in bijlage 1 van de SVNL2016 is opgenomen in bijlage 2 behorende bij dit besluit.

  • 2.

    De jaarvergoeding voor de natuurbeheertypen als bedoeld in bijlage 2 van de SVNL2016 is opgenomen in bijlage 1 behorende bij dit besluit.

  • 3.

    De jaarvergoeding monitoring van natuurbeheertypen binnen een natuurterrein is opgenomen in bijlage 3 behorende bij dit besluit.

  • 4.

    De jaarvergoeding voor de toeslagen als bedoeld in artikel 2.4 van de SVNL2016 is opgenomen in bijlage 1 behorende bij dit besluit. De vaartoeslag is beperkt tot maximaal 100 ha per vaargebied.

  • 5.

    De jaarvergoeding voor de agrarische beheerpakketten, opgenomen in bijlage 3, onderdelen B.1 en B.2, van de SVNL, worden voor dit begrotingsjaar conform de bij dit besluit gevoegde bijlage 4, in euro’s per eenheid vastgesteld;

  • 6.

    De jaarvergoeding voor de beheerpakketten landschap buiten natuurterreinen, opgenomen in bijlage 6, onderdelen B.1 en B.2 van de SVNL, worden voor dit begrotingsjaar conform de bij dit besluit gevoegde bijlage 5, in euro’s per eenheid vastgesteld;

  • 7.

    De maximale subsidie voor aanleg en herstel van een natuurterrein wordt op grond van artikel 14 lid 3 van de SKNL bepaald en bedraagt € 9.000,- /ha voor de realisatie van een natuurbeheertype en bedraagt € 11.428,- /ha voor de realisatie van een landschapstype.

  • 8.

    Het percentage voor dit begrotingsjaar als bedoeld in artikel 44, vierde lid, van de Subsidieregeling natuurbeheer 2000, zoals die luidde tot 1 oktober 2004, waarmee de subsidie functieverandering voor de subsidies die zijn verleend op grond van aanvragen voor de begrotingsjaren 2000 tot en met 2006 wordt verhoogd, bedraagt 0,32 %.

  • 9.

    De opslag voor prijsstijging zoals bedoeld in artikel 1.1 sub v van de SVNL2016, waarmee de tarieven in bijlage 1 worden verhoogd, bedraagt 3,93%.

Hoofdstuk 5 Voorbehouden

Artikel 19 Subsidiabele terreinen

  • 1.

    De subsidies als opgenomen in hoofdstuk 1 van dit besluit (natuurbeheer) worden uitsluitend verstrekt voor zover het perceel/terrein als subsidiabel is aangemerkt op de Subsidiekaart SVNL Zeeland 2018 behorende bij dit besluit (bijlage 6).

    De Subsidiekaart SVNL Zeeland 2018 wordt ter inzage gelegd op het Provinciehuis en wordt geplaatst op het portaal Natuur en Landschap (https://www.portaalnatuurenlandschap.nl/) en de provinciale website https://www.zeeland.nl.

  • 2.

    De subsidies als opgenomen in hoofdstuk 3 van dit besluit (investering en functieverandering) worden uitsluitend verstrekt voor zover het perceel/terrein als subsidiabel is aangemerkt op de Subsidiekaart SKNL Zeeland 2018 behorende bij dit besluit (bijlage 7).

    De Subsidiekaart SKNL Zeeland 2018 wordt ter inzage gelegd op het Provinciehuis en wordt geplaatst op het portaal Natuur en Landschap (http://www.portaalnatuurenlandschap.nl/) en de provinciale website https://www.zeeland.nl/.

  • 3.

    De subsidieaanvragen als bedoeld in artikel 8 en 9 worden getoetst aan het vigerende Natuurbeheerplan Zeeland (2018).

Artikel 20 Voorbehoud goedkeuring Europese Commissie en Minister van Economische Zaken

De subsidies als opgenomen in dit besluit worden uitsluitend verleend voor die onderdelen die ook door de Europese Commissie en de Minister van Economische zaken zijn of worden goedgekeurd.

 

Artikel 21 Voorbehoud PS

De subsidieplafonds als opgenomen in dit besluit worden vastgesteld onder het voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2018 door provinciale staten van Zeeland.

 

Artikel 22 Voorbehoud middelen Impuls agrarisch natuurbeheer

Het subsidieplafond collectief agrarisch natuurbeheer leefgebieden (nieuwe stelsel) als opgenomen in dit besluit onder artikel 9 wordt vastgesteld onder voorbehoud van het beschikbaar komen van benodigde middelen (€ 100.000) via het rijk.

 

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 23 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

 

Artikel 24 Uitwisselbaarheid

  • 1.

    De plafonds genoemd onder hoofdstuk 1 zijn onderling uitwisselbaar

  • 2.

    De plafonds genoemd onder hoofdstuk 2 zijn onderling uitwisselbaar

  • 3.

    De plafonds genoemd onder hoofdstuk 3 zijn onderling uitwisselbaar

Artikel 25 Verdeling subsidiebedrag

De verdeling van het in artikel 9 genoemde beschikbare subsidiebedrag vindt plaats op de wijze als bepaald in artikel 3.8 van de SVNL2016.

 

Artikel 26 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit Natuursubsidies SNL Zeeland 2018.

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van 26 september 2017.

Drs. J.M.M. Polman, voorzitter

A.W. Smit, secretaris

Uitgegeven 28 september 2017

De secretaris, A.W. Smit

Bijlage 1 Tarieven natuurbeheertypen en toeslagen SNL Zeeland 2018

tarief 2017 tbv

herbeschikking

tarief 2018

Natuurbeheertype

 

 

 

€/ha/j

€/ha/j

 

7301

N01.01

Zee en wad

0,36

0,36

7302

N01.02

Duin- en kwelderlandschap

54,76

57,34

7303

N01.03

Rivier- en moeraslandschap

93,14

96,72

7304

N01.04

Zand- en kalklandschap

70,19

74,23

7311

N02.01

Rivier

3,64

3,87

7321

N03.01

Beek en bron

73,93

76,19

7331

N04.01

Kranswierwater

42,56

42,82

7332

N04.02

Zoete plas

42,86

43,13

7333

N04.03

Brak water

53,51

53,51

7334

N04.04

Afgesloten zeearm

0,36

0,36

7341

N05.01

Moeras

715,71

705,71

7342

N05.02

Gemaaid rietland

475,04

485,34

7351

N06.01

Veenmosrietland en moerasheide

1.648,83

1.614,62

7352

N06.02

Trilveen

1.938,14

1.898,07

7353

N06.03

Hoogveen

145,16

150,09

7354

N06.04

Vochtige heide

220,31

233,93

7355

N06.05

Zwakgebufferd ven

54,38

55,60

7356

N06.06

Zuur ven of hoogveenven

70,05

72,11

7361

N07.01

Droge heide

146,31

155,79

7362

N07.02

Zandverstuiving

91,29

93,82

7381

N08.01

Strand en embryonaal duin

7,85

8,75

7382

N08.02

Open duin

210,97

237,11

7383

N08.03

Vochtige duinvallei

951,63

981,86

7384

N08.04

Duinheide

168,54

179,66

7391

N09.01

Schor of kwelder

103,64

110,83

7401

N10.01

Nat schraalland

1.631,45

1.619,84

7402

N10.02

Vochtig hooiland

947,16

969,46

7411

N11.01

Droog schraalland

553,49

573,00

7421

N12.01

Bloemdijk

1.468,17

1.766,85

7422

N12.02

Kruiden- en faunarijk grasland

173,08

171,11

7423

N12.03

Glanshaverhooiland

362,09

371,87

7424

N12.04

Zilt- en overstromingsgrasland

440,49

429,44

7425

N12.05

Kruiden- en faunarijke akker

701,79

713,69

7426

N12.06

Ruigteveld

82,49

85,28

7431

N13.01

Vochtig weidevogelgrasland

511,41

536,93

7432

N13.02

Wintergastenweide

19,06

22,60

7441

N14.01

Rivier- en beekbegeleidend bos

31,56

33,58

7442

N14.02

Hoog- en laagveenbos

16,14

17,23

7443

N14.03

Haagbeuken- en essenbos

47,84

51,28

7451

N15.01

Duinbos

53,93

58,10

7452

N15.02

Dennen-, eiken en beukenbos

84,74

90,58

N16.01

Droog bos met productie (vervallen per 1-1-2018)

-

-

N16.02

Vochtig bos met productie (vervallen per 1-1-2018)

-

-

N16.03

Droog bos met productie (nieuw vanaf 1-1-2018)

20,80

24,33

N16.04

Vochtig bos met productie (nieuw vanaf 1-1-2018)

40,29

43,77

7482

N17.02

Droog hakhout

394,72

401,13

7483

N17.03

Park- en stinzenbos

243,47

248,72

7484

N17.04

Eendenkooi

2.164,76

2.169,72

N17.05

Wilgengriend (tarief vanaf 1-1-2018)

3.225,79

3.269,03

N17.06

Vochtig en hellinghakhout (tarief vanaf 1-1-2018)

552,32

565,43

 

Recreatietoeslag (vervallen per 1-1-2018)

-

-

7590

Openstellingsbijdrage: voorzieningenbijdrage (nieuw vanaf 1-1-2018)

37,07

37,18

Openstellingsbijdrage: toezichtsbijdrage (nieuw vanaf 1-1-2018)

16,68

16,73

7841

toeslag gescheperde kuddes hoog

452,08

439,59

8499

toeslag gescheperde kuddes laag

277,80

272,26

8494

toeslag vaarland

466,14

467,63

Bijlage 2 Tarieven landschapsbeheertypen SNL Zeeland 2018

tarief 2017 tbv

herbeschikking

tarief 2018

landschapsbeheertype

 

 

€/ha/j

€/ha/j

eenheid

 

L01.01.00

Poel en klein historisch water - gemiddeld

stuks

128,73

129,54

L01.02.00

Houtwal en houtsingel - gemiddeld

ha

2.997,32

3.057,08

L01.03.00

Elzensingel bedekking - gemiddeld

100 m

95,00

96,60

L01.05.00

Knip- of scheerheg jaarlijkse cyclus - gemiddeld

100 m 

210,45

216,50

L01.06.00

Struweelhaag 

100 m 

264,74

257,21

L01.07.00

Laan 

100 m

259,23

264,45

L01.08.00

Knotboom - gemiddeld

stuks

11,12

11,37

L01.09.00

Hoogstamboomgaard

ha

1.684,50

1.705,31

L01.16.00

Bossingel (tarief vanaf 1-1-2018)

ha

1.518,56

1.547,41

Bijlage 3 Tarieven monitoring natuurbeheertypen SNL Zeeland 2018

tarief 2017 tbv

herbeschikking

tarief 2018

natuurbeheertype

 

 

€/ha/j

€/ha/j

 

N01.02

Duin- en kwelderlandschap

15,64

16,71

N01.03

Rivier- en moeraslandschap

9,48

10,13

N01.04

Zand- en kalklandschap

8,52

9,10

N05.01

Moeras

19,40

23,65

N05.02

Gemaaid rietland

11,79

12,60

N06.01

Veenmosrietland en moerasheide

24,64

26,33

N06.02

Trilveen

21,14

22,59

N06.03

Hoogveen

28,57

30,53

N06.04

Vochtige heide

14,71

15,72

N06.05

Zwakgebufferd ven

91,59

97,88

N06.06

Zuur ven of hoogveenven

91,50

97,77

N07.01

Droge heide

13,54

14,47

N07.02

Zandverstuiving

13,54

14,47

N08.01

Strand en embryonaal duin

7,45

7,96

N08.02

Open duin

19,60

20,95

N08.03

Vochtige duinvallei

25,08

26,80

N08.04

Duinheide

13,54

14,47

N09.01

Schor of kwelder

17,48

18,68

N10.01

Nat schraalland

28,48

30,43

N10.02

Vochtig hooiland

20,67

22,09

N11.01

Droog schraalland

16,93

18,09

N12.01

Bloemdijk

15,08

16,12

N12.02

Kruiden- en faunarijk grasland

2,89

5,08

N12.03

Glanshaverhooiland

15,67

16,74

N12.04

Zilt- en overstromingsgrasland

17,48

18,68

N12.05

Kruiden- en faunarijke akker

8,50

9,08

N12.06

Ruigteveld

4,80

5,13

N13.01

Vochtig weidevogelgrasland

7,66

8,19

N14.01

Rivier- en beekbegeleidend bos

18,08

19,32

N14.02

Hoog- en laagveenbos

9,68

10,34

N14.03

Haagbeuken- en essenbos

16,32

17,44

N15.01

Duinbos

7,07

7,55

N15.02

Dennen-, eiken- en beukenbos

7,07

7,55

N16.03

Droog bos met productie (nieuw vanaf 1-1-2018)

4,74

5,06

N16.04

Vochtig bos met productie (nieuw vanaf 1-1-2018)

4,74

5,06

N17.02

Droog hakhout

2,87

3,07

N17.03

Park- en stinzenbos

2,87

3,07

N17.05

Wilgengriend (tarief vanaf 1-1-2018)

13,36

14,27

N17.06

Vochtig en hellinghakhout (tarief vanaf 1-1-2018)

13,36

14,27

Bijlage 4 Tarieven agrarisch natuurbeheer SNL Zeeland (oud stelsel) 2018

Agrarisch beheertype/beheerpakket

 

€/ha/j

A01.01.01

Weidevogelgrasland met een rustperiode

 

 

A01.01.01a

Rustperiode van 1 april tot 1 juni

 

274,95

A01.01.01b

Rustperiode van 1 april tot 8 juni

 

400,09

A01.01.01c

Rustperiode van 1 april tot 15 juni

 

531,75

A01.01.01d

Rustperiode van 1 april tot 22 juni

 

598,98

A01.01.01e

Rustperiode van 1 april tot 1 juli

 

1028,35

A01.01.01f

Rustperiode van 1 april tot 15 juli

 

1190,39

A01.01.01g

Rustperiode van 1 april tot 1 augustus

 

1375,57

A01.01.02

Weidevogelgrasland met voorweiden

 

 

A01.01.02a

Voorweiden 1 mei tot 15 juni

 

229,73

A01.01.02b

Voorweiden 8 mei tot 22 juni

 

229,73

A01.01.03

Plas-dras

 

 

 

Plas-dras

 

 

A01.01.03a

Inundatieperiode 15 februari tot 15 april

 

758,5

A01.01.03b

Inundatieperiode 15 februari tot 15 mei

 

1211,05

A01.01.03c

Inundatieperiode 15 februari tot 15 juni

 

1981,43

A01.01.03d

Inundatieperiode 15 februari tot 1 augustus

 

1981,43

 

Greppel plas-dras

 

 

A01.01.03e

Inundatieperiode 15 februari tot 15 april

 

758,5

A01.01.03f

Inundatieperiode 15 februari tot 15 mei

 

1211,05

A01.01.03g

Inundatieperiode 15 februari tot 15 juni

 

1981,43

A01.01.03h

Inundatieperiode 15 februari tot 1 augustus

 

1981,43

A01.01.04

Landbouwgrond met legselbeheer

 

 

A01.01.04a1

Legselbeheer op grasland 35 broedparen

 

69,17

A01.01.04a1

Legselbeheer op grasland 50 broedparen

 

87,82

A01.01.04a1

Legselbeheer op grasland 75 broedparen

 

108,41

A01.01.04a1

Legselbeheer op grasland 100 broedparen

 

129,84

A01.01.04b

Legselbeheer op bouwland en/of grasland

 

51,66

A01.01.04c1.ut

Legselbeheer op grasland 150 broedparen plus maaitrappen

 

316,31

A01.01.04c2.ut

Legselbeheer op grasland 200 broedparen plus maaitrappen

 

359,11

A01.01.04c3.ut

Legselbeheer op grasland 300 broedparen plus maaitrappen

 

380,9

A01.01.05

Kruidenrijk weidevogelgrasland

 

 

A01.01.05a

Kruidenrijk weidevogelgrasland

 

1028,35

A01.01.05b

Kruidenrijk weidevogelgraslandrand

 

926,62

A01.01.06

Extensief beweid weidevogelgrasland

 

 

A01.01.06

Extensief beweid weidevogelgrasland

 

495,04

A01.02.01

Bouwland met broedende akkervogels

 

 

A01.02.01a1 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op kleigrond

 

2138,73

A01.02.01a2 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op zandgrond

 

1652,31

A01.02.01b1 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april te worden geploegd op kleigrond

 

2138,73

A01.02.01b2 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april te worden geploegd op zandgrond

 

1652,31

A01.02.01c1 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: In het derde of vierde jaar dient de gehele beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april te worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op kleigrond

 

2138,73

A01.02.01c2 (2010)

Bouwland met broedende akkervogels: In het derde of vierde jaar dient de gehele beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april te worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op zandgrond

 

1652,31

A01.02.01a1

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op kleigrond

 

2138,73

A01.02.01a2

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 maart en 15 april worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel op zandgrond

 

1652,31

A01.02.01b1

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 sept en 15 april te worden geploegd op kleigrond

 

2138,73

A01.02.01b2

Bouwland met broedende akkervogels: Jaarlijks dient 20-50% van de beheereenheid opnieuw tussen 1 sept en 15 april te worden geploegd op zandgrond

 

1652,31

A01.02.01c1

Bouwland met broedende akkervogels: In 3e en 4e jaar dient de gehele beheereenheid opnieuw tussen 1 sept en 15 april te worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel… Roulatie mogelijk op klei

 

2138,73

A01.02.01c2

Bouwland met broedende akkervogels: In 3e en 4e jaar dient de gehele beheereenheid opnieuw tussen 1 sept en 15 april te worden geploegd en opnieuw ingezaaid met een in het natuurbeheerplan voorgeschreven zaaimengsel… Roulatie mogelijk op zand

 

1652,31

A01.02.01d1

De beheereenheid is minimaal 12 meter breed. Tussen 15 april en 31 aug mag max. 10% van de oppervlakte bedekt zijn met rijsporen …. Roulatie mogelijk op klei

 

1739,63

A01.02.01d2

De beheereenheid is minimaal 12 meter breed. Tussen 15 april en 31 aug mag max. 10% van de oppervlakte bedekt zijn met rijsporen …. Roulatie mogelijk op zand

 

1302,33

A01.02.02

Bouwland met doortrekkende en overwinterende akkervogels

 

 

A01.02.02a

Bouwland met doortrekkende en overwinterende akkervogels klei

 

2028,24

A01.02.02b

Bouwland met doortrekkende en overwinterende akkervogels zand

 

1744,97

A01.02.03

Bouwland voor hamsters

 

 

A01.02.03a

Bouwland voor hamsters, vollevelds

 

2240,05

A01.02.03b

Opvangstrook voor hamsters

 

2028,24

 

 

 

 

Agrarisch beheertype/beheerpakket

 

€/ha/j

A01.03.01

Overwinterende ganzen

 

 

A01.03.01a

Ganzen op grasland

min

118

 

 

max

725,81

A01.03.01b

Ganzen op bouwland

min

73

 

 

max

756,8

A01.03.01c

Ganzen op vroege groenbemester

 

252

A01.03.01d

Ganzen op late groenbemester

 

252

A01.03.02

Overzomerende ganzen

 

 

A01.03.02.Lb

Opvang overzomerende grauwe ganzen Maasplassen

 

940

A01.04

Insectenrijke graslanden

 

A01.04.01a.Lb

Insectenrijk graslandperceelsbeheer Roerdal: basis

 

1386,98

A01.04.01b.Lb

Insectenrijk graslandperceelsbeheer Roerdal: plus

 

1991,11

A01.04.02.Lb

Insectenrijke graslandranden Roerdal

 

1991,11

A01.05.01

Foerageerrand Bever

 

 

A01.05.01.Lb

Foerageerrand Bever

 

0

A02.01

Botanisch grasland

 

 

A02.01.01

Botanisch weiland

 

1020,09

A02.01.02

Botanisch hooiland

 

1164,83

A02.01.03

Botanische weide-of hooilandrand

 

 

A02.01.03a

Botanische weiderand

 

1020,09

A02.01.03b

Botanische hooilandrand

 

1350,02

A02.01.04

Botanisch bronbeheer

 

1803,98

A02.02

Akker met waardevolle flora

 

 

A02.02.01a

Akker met waardevolle flora: Drie van de zes jaar graan

 

149,63

A02.02.01b

Akker met waardevolle flora: Vier van de zes jaar graan

 

441,76

A02.02.01c

Akker met waardevolle flora: Vijf van de zes jaar graan

 

521,6

A02.02.02

Chemie en kunstmestvrij land

 

 

A02.02.02a

Chemie en kunstmestvrij land: Drie van de zes jaar graan

 

663,24

A02.02.02b

Chemie en kunstmestvrij land: Vier van de zes jaar graan

 

725,42

A02.02.02c

Chemie en kunstmestvrij land: Vijf van de zes jaar graan

 

766,5

A02.02.03

Akkerflora randen

 

 

A02.02.03

Akkerflora randen

 

1652,31

Bijlage 5 Tarieven landschapsbeheer buiten natuurterreinen SNL Zeeland (oud stelsel) 2018

Landschapsbeheertype

eenheid

€/eenheid/j

L01.01

Landschapsbeheertype Poel en klein historisch water

 

L01.01.01b

Poel en klein historisch water < 175 m2

per stuk per jaar

65,39

L01.01.01b

Poel en klein historisch water > 175 m2

per stuk per jaar

105,89

L01.02

Landschapsbeheertype Houtwal en houtsingel

 

 

L01.02.01

Houtwal en houtsingel

are per jaar

26,66

L01.02.02

Hoge houtwal

are per jaar

33,28

L01.02.03

Holle weg en graft

are per jaar

31,52

L01.03

Landschapsbeheertype Elzensingel

 

 

L01.03.01a

Elzensingel bedekking 30-50%

100 meter per jaar

44,31

L01.03.01b

Elzensingel bedekking >50-75%

100 meter per jaar

69,91

L01.03.01c

Elzensingel bedekking >75%

100 meter per jaar

98,47

L01.04

Landschapsbeheertype Bossingel en bosje

 

 

L01.04.01

Bossingel en bosje

are per jaar

19,34

L01.05

Landschapsbeheertype Knip- en scheerheg

 

 

L01.05.01a

Knip- en scheerheg jaarlijkse cyclus

100 meter per jaar

271,68

L01.05.01b

Knip- en scheerheg 2-3 jaarlijkse cyclus

100 meter per jaar

173,88

L01.06

Landschapsbeheertype Struweelhaag

 

 

L01.06.01a

Struweelhaag cyclus 5-7 jaar

100 meter per jaar

235,95

L01.06.01b

Struweelhaag cyclus >12 jaar

100 meter per jaar

164,26

L01.07

Landschapsbeheertype Laan

 

 

L01.07.01a

Laan stamdiameter < 20 cm

100 meter per jaar

59,99

L01.07.01b

Laan stamdiameter 20-60 cm

100 meter per jaar

113,02

L01.07.01c

Laan stamdiameter > 60 cm

100 meter per jaar

254,75

L01.08

Landschapsbeheertype Knotboom

 

 

L01.08.01a

Knotboom stamdiameter < 20 cm

per stuk per jaar

2,46

L01.08.01b

Knotboom stamdiameter 20-60 cm

per stuk per jaar

7,61

L01.08.01c

Knotboom stamdiameter > 60 cm

per stuk per jaar

9,64

L01.09

Landschapsbeheertype Hoogstamboomgaard

 

 

L01.09.01

Hoogstamboomgaard

hectare per jaar

1.618,31

L01.09.02.Z

Halfstamboomgaard bij historische boerderijen

hectare per jaar

0,00

L01.10

Landschapsbeheertype Struweelrand

 

 

L01.10.01

Struweelrand

are per jaar

9,38

L0.11

Landschapsbeheertype Hakhoutbosje

 

 

L01.11.01a

Hakhoutbosje met langzaamgroeiende soorten

are per jaar

6,62

L01.11.01b

Hakhoutbosje met snelgroeiende soorten

are per jaar

12,27

L01.12

Landschapsbeheertype Griendje

 

 

L01.12.01

Griendje

are per jaar

23,00

L01.13

Landschapsbeheertype Bomenrij en solitaire bomen

 

L01.13.01a

Bomenrij gemiddelde stamdiameter < 20 cm

100 meter per jaar

27,37

L01.13.01b

Bomenrij gemiddelde stamdiameter 20-60 cm

100 meter per jaar

37,26

L01.13.01c

Bomenrij gemiddelde stamdiameter >60 cm

100 meter per jaar

56,38

L01.13.02a

Solitaire boom gemiddelde stamdiameter < 20 cm

per stuk per jaar

4,38

L01.13.02b

Solitaire boom gemiddelde stamdiameter 20-60 cm

per stuk per jaar

5,96

L01.13.02c

Solitaire boom gemiddelde stamdiameter >60 cm

per stuk per jaar

9,02

L01.13.03.Z

Leibomen bij historische boerderijen

per stuk per jaar

0,00

L01.14

Landschapsbeheertype Rietzoom en klein rietperceel

 

L01.14.01a

Rietzoom 2-5 meter

100 meter per jaar

42,50

L01.14.01b

Rietzoom > 5 meter en klein rietperceel

hectare per jaar

640,67

L01.15

Landschapsbeheertype Natuurvriendelijke oever

 

L01.15.01

Natuurvriendelijke oever

100 meter per jaar

52,31

L03

Aardwerk en groeve

 

 

L03.01.00

Aardwerk en groeve

hectare per jaar

966,27

L03.01.02.ZH

Schurvelingen en zandwallen op Goeree

hectare per jaar

0,00

L04

Recreatieve landschapselementen

 

 

L04.01.01

Wandelpad over boerenland

100 meter per jaar

84,32

 

Bijlage 6 Subsidiekaart SVNL-N Zeeland 2018

Bijlage 7 Subsidiekaart SKNL Zeeland 2018

 

Naar boven