Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 4 juli 2017, nr. 81B80D9B, tot wijziging van het ‘Openstellingsbesluit POP3 samenwerking voor innovaties provincie Utrecht 2016’

Gedeputeerde staten van Utrecht;

 

Herlezen ons besluit van 27 september 2016, nr. 819B76F1, tot openstelling van de regeling Samenwerking voor innovaties uit de Verordening subsidies POP3 2014-2020 Provincie Utrecht (Openstellingsbesluit POP3 samenwerking voor innovaties provincie Utrecht 2016), gepubliceerd in het Provinciaal Blad van de provincie Utrecht, nummer 5379 van 30 september 2016;

 

Overwegende dat voornoemd besluit, gelet op een eenduidige toepassing van de kostenbegrippen voor personeelskosten, kosten derden, bijdrage in natura en afschrijvingskosten, kan worden gewijzigd in die zin dat deze nader worden geduid in relatie tot de juiste kostenposten;

 

Gelet op de artikelen 1.3 en paragraaf 7 van hoofdstuk 2 van de Verordening subsidies POP3 2014-2020 Provincie Utrecht

Besluiten:

Artikel 1

Het Openstellingsbesluit POP3 samenwerking voor innovaties provincie Utrecht 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

 

Artikel 2 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    In afwijking op artikel 2.8.6 van de Verordening subsidies POP3 kan subsidie worden verstrekt voor:

    • a.

      coördinatie kosten voor het samenwerkingsverband;

    • b.

      de kosten voor het verspreiden van resultaten van het project;

    • c.

      de kosten van de bouw, verbetering, verwerving of leasing van onroerende zaken;

    • d.

      de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

    • e.

      de kosten van tweedehands zaken tot maximaal de marktwaarde;

    • f.

      de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

    • g.

      de kosten van adviezen duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

    • h.

      kosten van haalbaarheidsstudies;

    • i.

      kosten voor het testen en ontwikkelen van een innovatie in de praktijk;

    • j.

      de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

  • 2.

    De in het eerste lid onder a, b, f, g, h, i en j bedoelde kosten zijn subsidiabel als personeelskosten, kosten derden en als bijdrage in natura van eigen arbeid en voor vrijwilligers;

  • 3.

    de in het eerste lid onder c bedoelde kosten voor onroerende zaken en in het eerste lid onder d bedoelde kosten van nieuwe machines en installaties zijn subsidiabel als afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013.

B

 

Artikel 4, het eerste lid, komt als volgt te luiden:

  • 1.

    In afwijking van artikel 2.7.8 van de Verordening subsidies POP3 bedraagt de hoogte van subsidie:

    • a.

      70% van subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 2, eerste lid onderdeel a en b, voor zover het kosten voor samenwerking en kennisverspreiding betreft;

    • b.

      100% van de subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 2, onderdeel c tot en met j, voor zover het kosten van niet-productieve investeringen betreft;

    • c.

      40% van de subsidiabele kosten als bedoeld artikel 2, onderdeel c tot en met j, voor zover het kosten van productieve investeringen betreft.

Artikel 2 Publicatie en inwerkingtreding

Dit besluit wordt geplaatst in het Provinciaal Blad en treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2016, zijnde 1 dag na uitgifte van het Provinciaal Blad nummer 5379.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 4 juli 2017.

Gedeputeerde staten van Utrecht

Voorzitter

Secretaris

Toelichting aanpassing subsidiabele kosten

 

In het openstellingsbesluit van 27 september 2016, nr. 819B76F1, tot openstelling van de regeling Samenwerking voor innovaties uit de Verordening subsidies POP3 2014-2020 Provincie Utrecht (Openstellingsbesluit POP3 samenwerking voor innovaties provincie Utrecht 2016) zijn bepaalde kosten categorieën op verschillende wijze te verantwoorden.

 

De volgende kosten categoriën zijn subsidiabel, zowel door het verantwoorden van personeelskosten, door kosten derden en door een bijdrage in natura van eigen arbeid en vrijwilligers:

  • a.

    coördinatie kosten voor het samenwerkingsverband;

  • b.

    de kosten voor het verspreiden van resultaten van het project;

  • f.

    de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

  • g.

    de kosten van adviezen duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

  • h.

    kosten van haalbaarheidsstudies;

  • i.

    kosten voor het testen en ontwikkelen van een innovatie in de praktijk;

  • j.

    de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

De voorgestelde wijzigingen zorgen ervoor dat er naast een correct gebruik van het begrip bijdrage in natura voor arbeid en vrijwilligers, deze ook op de juiste mannier in verband wordt gebracht met de verschillende posten (a,b en f t/m j). Dit is in lijn met de formulieren zoals die via MijnRVO.nl beschikbaar werden gesteld.

 

De volgende kosten zijn subsidiabel in de vorm van afschrijvingskosten zoals in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013:

  • c.

    de kosten van de bouw, verbetering, verwerving of leasing van onroerende zaken;

  • d.

    de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

Ook hier is sprake van een betere duiding van de kostensystematiek voor het berekenen van afschrijvingskosten in relatie met de posten c en d.

 

Het besluit treed in werking met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2016.

Naar boven