2023D22045 LIJST VAN VRAGEN

De commissie voor de Rijksuitgaven heeft over het rapport van Algemene Rekenkamer d.d. 17 mei 2023 inzake Aanbieding van het rapport Staat van de Rijksverantwoording 2022 (Kamerstuk 36 360, nr. 3) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Algemene Rekenkamer voorgelegd.

De voorzitter van de commissie,

Sneller

De griffier van de commissie,

Lips

Nr	Vraag
1	Wat zegt het gegeven dat 10 van de 12 ministeries hun financiën niet op orde hebben over de rol en bekwaamheid van de Minister van Financiën?
2	Wat is het totaalbedrag aan ernstige onvolkomenheden en kunt u dit uitsplitsen naar verschillende departementen?
3	Wat moet er veranderen zodat het Rijk de crises wel kan weerstaan?
4	Waarom geeft de Algemene Rekenkamer alsnog een goedkeuring af, terwijl het oordeel is dat het kabinet «op dun ijs staat»?
5	Heeft de Algemene Rekenkamer ooit geen goedkeuring afgegeven en zo ja, in welke jaren en wat waren de redenen?
6	Welke voorschotregelingen betreffen de 5,6 miljard euro aan verplichtingen waarvan de rechtmatigheid niet vast te stellen is hoofdzakelijk?
7	Zijn er aanwijzingen dat ingekochte goederen en diensten niet zijn geleverd of ontbreekt schriftelijk bewijs hiervan in de administratie van departementen?
8	Hoe kunnen de 5,6 miljard euro aan voorschotten waarvan de rechtmatigheid niet vast te stellen valt, verdeeld worden over de tijd, wat betreft het moment waarin de voorschotten zijn uitgegeven? Is daar een overzicht per kwartaal van te maken?
9	Indien een voorschot uit jaar t-1 wordt afgerekend in jaar t, maar de rechtmatigheid is niet vast te stellen, in welk jaar valt het dan onder onrechtmatige verplichtingen en/of uitgaven, of valt het daar dan in het geheel niet onder maar alleen onder onrechtmatige afgerekende voorschotten?
10	Bij welke voorschotten van het Ministerie van VWS ontbreekt informatie om de rechtmatigheid vast te stellen en welke bedragen zijn hiermee gemoeid?
11	In hoeverre is sprake van het voortduren van dezelfde problemen bij het overschrijden van tolerantiegrenzen, aangezien alle departementen met overschrijdingen in 2022 eveneens overschrijdingen in de twee voorgaande jaren hadden?
12	In hoeveel gevallen zijn de Staten-Generaal in 2022 niet juist geïnformeerd bij een beroep op artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet (CW)?
13	Bij welke zeven beroepen op artikel 2.27 CW werden uiteindelijk geen verplichtingen aangegaan voor de Staten-Generaal goedkeuring gegeven hadden?
14	Wat wordt bedoeld met de categorie «getrouw beeld»?
15	Bij welke verplichtingen werd de Kamer niet tijdig geïnformeerd?
16	Wat is het beeld aan fouten en onzekerheden bij het Ministerie van VWS, exclusief de coronamaatregelen?
17	Kunt u nader toelichten welke goederen en diensten zijn afgerekend zonder dat kan worden aangetoond dat deze daadwerkelijk geleverd zijn?
18	Waaruit bestaan de onrechtmatige overschrijdingen bij de Ministeries van JenV, LNV, BZ en BuHa-OS?
19	Is er sprake van een afname van 40 miljard euro aan verplichtingen ten opzichte van 2022 of is er voor 40 miljard euro aan verplichtingen aan gegaan terwijl dit in 2021 nog 21 miljard euro was?
20	Ziet de Algemene Rekenkamer aanleiding om de financiële controle vanuit Nederland op Sint-Eustatius te verminderen, gezien het oordeel «zorgelijk»?