2023D19916 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

De vaste commissie voor Financiën heeft over een brief van de Minister van Financiën van 28 april 2023 inzake de Voorjaarsnota 2023 (Kamerstuk 36 350, nr. 1) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Minister voorgelegd.

De voorzitter van de commissie,

Tielen

De adjunct-griffier van de commissie,

Lips

Nr

Vraag

   

1.

Kunt u uitleggen waarom de militaire pensioenen worden omgezet van begrotingsgefinancierd naar kapitaaldekking en waarom deze vervolgens niet meer saldorelevant zijn?

2.

Waarom is in de jaren 2027 en 2028 de verwachting dat de EMU-saldo onder de –3,1 procent en –3,5 procent zal liggen en in hoeverre is het waarschijnlijk dat dit zich ook zal voordoen, gezien de realisatie in 2022?

3.

Hoe is het budgettaire effect van het aflopen van het Integraal Zorgakkoord meegenomen in de ontwikkeling van het saldo en de schuld in 2027 en 2028? Kunt u een uitsplitsing maken hoe de zorg zich had ontwikkeld zonder deze maatregelen?

4.

Klopt het dat de leningen aan Oekraïne saldorelevant zijn geboekt en wat is daar de reden voor?

5.

Kunt u uitleggen waarom de oploop van de loon- en prijsontwikkeling zo’n groot effect hebben op de verslechtering van het saldo? Kunt u aangeven welke aannames daaronder liggen ten aanzien van de inflatie en de loonontwikkeling?

6.

Waarom is er gekozen voor een doelmatigheidswinst van vier procent op het persoonsgebonden budget (PGB) en wat is hier de onderbouwing voor? Kunt u aangeven wat het effect is van deze maatregel is op de koopkracht van de mensen die zorg leveren aan hun partner, kinderen of familie?

7.

Kunt u een overzicht maken van de bijdrage van departementen aan het Slavernijverleden en hoe deze optellen tot het bedrag dat het kabinet beschikbaar wil stellen? Kunt u dit in één overzichtelijke tabel presenteren (pagina 81)?

8.

Kunt u een reeks maken welke middelen voor maatschappelijke diensttijd besteed worden en hoeveel er in de afgelopen jaren zijn vrijgevallen, dan wel zijn doorgeschoven naar latere jaren?

9.

Kunt u aangeven hoeveel er in totaal wordt bezuinigd? Kunt u dit onderverdelen per departement en per artikel?

10.

Kunt u bij alle bezuinigingen op de loonprijscompensatie (LPO) van de verschillende departementen wat de uitwerking is van deze maatregel? Welke zaken kunnen niet of in verminderde vorm doorgang vinden?

11.

Kunt u precies aangeven hoe de rentelast zich per jaar (2023 tot en met 2028) ontwikkelt? Kunt u daarbij ook aangeven welk deel van de toegenomen rentelast gedekt dient te worden?

12.

Waarom wordt de reservering voor kapitaalstortingen aan TenneT al verwijderd, terwijl er nog geen enkele duidelijkheid is over hoe de voorgenomen verkoop zal verlopen?

13.

Kunt u aangeven wat de kosten voor eerstejaarsopvang zijn voor de resterende jaren deze kabinetsperiode? Hoeveel daarvan moet worden opgevangen binnen het ODA-budget? Wat blijft er vervolgens over van het ODA-budget voor andere zaken dan eerstejaarsopvang en welke gevolgen heeft dit voor beleid gefinancierd uit het ODA-budget?

14.

Waarop is de verwachting gebaseerd dat de verkoop van TenneT zal resulteren in een nettowinst van 5,1 miljard euro waardoor de gehele reservering vrijvalt?

15.

Kunt u aangeven hoe de ruimte in de huurtoeslagraming tot stand komt? Is hier spraken van een inverdieneffect door lagere huren?

16.

Wat zijn de inkomenseffecten van het terugdraaien van de verlaging van de eigen bijdrage in de huurtoeslag op huurders? Hoeveel wordt de eigen bijdrage weer verhoogd? Kunt u dit aangeven over de loop van het ingroeipad?

17.

Kunt u alle intensiveringen (structureel en incidenteel) tabelmatig weergeven voor alle departementen?

18.

Wordt er in deze Voorjaarsnota extra ruimte gegeven om de huidige loonruimte van 5,2 procent te vergroten? Kunt u toelichten welke overwegingen hieraan ten grondslag liggen bij het nijpend en urgent leraren- en personeelstekort en het historisch ongekend hoge inflatiecijfer?

19.

Gezien het feit dat netbeheerders vaker hebben geadviseerd dat de verhouding tussen zon en wind van belang is voor een stabiel energiesysteem, zoals ook blijkt uit de netimpact berekeningen van de RES’sen, moet er niet meer worden ingezet op Wind op Land?

20.

Hoe stimuleert u flexibel stroomverbruik bij de industrie?

21.

Worden de netbeheerders, zowel de landelijke als de regionale, bij het maken van de maatwerkafspraken met de industrie betrokken?

22.

Wat is de taakstelling van het kenniscentrum voor waterstof op zee welke genoemd wordt in het Ontwerp Meerjarenprogramma Klimaatfonds 2024? Welke partijen zijn aan de oprichting van dit kenniscentrum verbonden? Wat wordt hier verstaan onder voldoende voortgang ten aanzien van de afnameverplichting? Waarom wordt er niet, wat eerder gevraagd is, geïnvesteerd in een kenniscentrum (decentrale) waterstof op land?

23.

Hoeveel gaat het kabinet bezuinigen? Gaat het kabinet 2,5 miljard euro aan rentelasten bezuinigen? Op welke posten bezuinigt het kabinet (nog meer)?

24.

Wat is de argumentatie van het kabinet om te gaan bezuinigen? Bezuinigt het kabinet omdat de staatsschuld oploopt? Hoeveel is wenselijk voor het kabinet te bezuinigen als dit gebeurt omdat de staatsschuld oploopt? Bezuinigt het kabinet omdat het begrotingsbeleid inflationair is?

25.

Hoe verhouden de bezuinigingen zich tot de totale onderuitputting?

26.

Kan een kabinet een helder overzicht geven van alle onderuitputting per ministerie?

27.

Dekt het kabinet nominale of reële rente als het gaat om de rentelasten dekken en waarom?

28.

Wat is de argumentatie van het kabinet voor het toepassen van de kaasschaafmethode bij de bezuinigingen?

29.

Wat is de analyse van het kabinet ten aanzien van de mogelijkheid dat dit begrotingsbeleid inflationair van aard is?

30.

Wat is het huidige standpunt van het kabinet ten aanzien van de huidige inflatiestand?

31.

Welk alternatief richt het kabinet in voor het STAP-budget?

32.

Op welke manieren bevordert het kabinet, na afschaffing van het STAP-budget, omscholing richting cruciale sectoren en tekortsectoren?

33.

Wat is de analyse van het kabinet ten aanzien van het afremmen van de inflatie middels het inperken van overheidsgelden, gelet ook op de ingrepen van de centrale banken?

34.

Is het kabinet van mening dat het conjunctuurbeleid via actief begrotingsbeleid moet gebeuren, in plaats van via de centrale bank?

35.

Kan het kabinet de implicaties van de bezuinigingen op lange termijn beschrijven? Kan het kabinet dit uitschrijven per bezuiniging?

36.

Kan het kabinet per bezuiniging onderbouwen dat deze op de lange termijn niet meer gaat kosten dan de bezuiniging nu, op korte termijn, oplevert?

37.

Op welke wijze voert het kabinet een generatietoets uit? Past het kabinet deze toets toe op alle bezuinigingen?

38.

Kan het kabinet het verschil van 600 miljoen euro tussen de verwachte inkomsten van pijler twee en de daadwerkelijke inkomsten uitleggen?

39.

Krijgt de Belastingdienst extra capaciteit beschikbaar als gevolg van de voorgestelde bezuinigingen? Hoe verhoudt de keuze van het kabinet zich om bij de voorjaarsbesluitvorming slechts te bezuinigingen zich tot de lage ICT-capaciteit bij de Belastingdienst?

40.

Heeft de Belastingdienst momenteel voldoende capaciteit om eventuele extra belastingmaatregelen door te voeren? Zo ja, waar ligt deze ruimte?

41.

Welke subsidies voor het klimaat (elektriciteit, industrie & circulaire economie, landbouw en gebouwde omgeving, mobiliteit en sectoroverstijgend) die van kracht waren, zijn vervallen in de Voorjaarsnota 2023? Welke van deze subsidies zijn omgezet naar normerende en/of beprijzende maatregelen?

42.

Welke subsidies voor het klimaat (elektriciteit, industrie & circulaire economie, landbouw en gebouwde omgeving, mobiliteit en sectoroverstijgend) zijn nieuw in de Voorjaarsnota 2023? Welke van deze subsidies waren voorheen normerende en/of beprijzende maatregelen?

43.

Is er al een generatietoets op het Transitiefonds gedaan? Zo nee, wanneer gaat deze komen?

44.

Kan het kabinet een overzicht geven van alle fossiele subsidies? Hoe is elke subsidie opgezet qua constructie? Zitten er bijvoorbeeld Europese afspraken tussen waar we aan gebonden zijn?

45.

Hoeveel levert het afschaffen van het lage btw-tarief in de culturele en creatieve sector de staatskas op aan extra btw-inkomsten?

46.

Wat is het economische effect en het effect op de staatskas als de vraag naar cultuur afneemt door een afnemende vraag door het afschaffen van het lage btw-tarief?

47.

Wat is het effect van het afschaffen van het lage-btw tarief op de persoonlijke en zelfstandige inkomsten van ZZP’ers in de culturele en creatieve sector?

48.

Wat betekent het afschaffen van het lage btw-tarief voor het prijspeil van het culturele en creatieve aanbod? In andere woorden: verwacht u dat de volledige btw-verhoging wordt verrekend met de consument?

49.

Wat zal de prijsstijging – door afschaffing van het lage-btw tarief – doen met de toegankelijkheid van cultuur voor lage- en middeninkomens?

50.

Wat betekent het afschaffen van het lage btw-tarief voor de culturele en creatieve sector voor de koopkracht van lage- en middeninkomens?

51.

Wat is het effect van het afschaffen van het lage btw-tarief op de vraag naar ZZP’ers in de culturele en creatieve sector door organisaties die geen recht hebben op aftrek van de btw? In andere woorden: met hoeveel procent zal het aantal opdrachten voor ZZP’ers in de culturele en creatieve sector daardoor afnemen?

52.

In hoeverre verwacht u dat de teruglopende inkomsten – door het invoeren van een hoger btw-tarief – door culturele en creatieve instellingen en bedrijven wordt afgewenteld op het drukken van de tarieven van ZZP’ers in deze sector, gezien hun marktmacht?

53.

Hoe verhoudt de overweging om het lage btw-tarief af te schaffen of te versoberen zich met de aanbevelingen van het SER-advies «Passie gewaardeerd»?

54.

Klopt het dat, gelet op het feit dat in het wetsvoorstel Vereenvoudiging Huurtoeslag de eigen bijdrage al met vier euro per maand wordt verhoogd en de subsidiëring van de servicekosten wordt afgeschaft en dat in de nota naar aanleiding van het verslag van het wetsvoorstel wordt genoemd dat circa 838.000 huishoudens bij ingang van de wet in 2024 bijna 14 euro per maand minder huurtoeslag ontvangen, met het terugdraaien van de verlaging van de eigen bijdrage deze huishoudens nog minder huurtoeslag ontvangen?

55.

Hoe zijn, gelet op het feit dat het kabinet schrijft dat de uitvoerig van de wet regie volkshuisvesting en wet betaalbare huren wordt bekostigd vanuit de huurtoeslagmiddelen, deze uitvoeringskosten exact opgebouwd?

56.

Wat is de rationale achter het bekostigen van de uitvoering van wetgeving in het domein wonen met alleen huurtoeslagmiddelen?

57.

Kan een overzicht worden gegeven van de opbrengsten/budgettaire derving die vallen onder het verlaagde btw-tarief en dan uitgesplist per categorie/productgroep, liefst in tabelvorm van de afgelopen jaren?

58.

Wat zou het budgettaire effect per jaar zijn van een stapsgewijze afbouw in 6, 8, 10 of 12 stappen van de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) voor alle ouders in plaats van het huidige plan waarin de geboortedatum van kinderen van belang is voor het recht op deze korting?

59.

Kan een overzicht worden gegeven van de bedragen die Nederland per jaar heeft uitgegeven aan ontwikkelingssamenwerking en hoeveel daarvan naar eerstejaars asielopvang is gegaan in de periode van 2012 tot heden?

60.

Kan een overzicht worden gegeven van de bedragen die Nederland de komende jaren verwacht uit te geven aan ontwikkelingssamenwerking en hoeveel daarvan naar verwachting naar eerstejaars asielopvang zal gaan?

61.

Kan per begrotingsartikel van de BHOS-begroting worden uitgesplitst wat voor invloed de inhoud van de Voorjaarsnota daarop heeft?

62.

Moeten er als gevolg van de inhoud van de Voorjaarsnota programma’s die vallen binnen de BHOS-begroting worden gestopt? Zo ja, welke en onder welk beleidsartikel vallen deze?

63.

Klopt het dat met de middelen die het kabinet in deze Voorjaarsnota beschikbaar stelt voor gemeenten, de financiële teruggang door de afschaffing van de normeringssystematiek niet dempt?

64.

Kunt u in een meerjarig overzicht aangeven wat de omvang van het Gemeente- en Provinciefonds (2024–2028) geweest zou zijn bij het voortzetten van de trap-op-trap-af-systematiek en hoe die zich verhoudt tot de omvang van de fondsen volgens de Voorjaarsnota? Welke afzonderlijke maatregelen hebben geleid tot het verschil tussen de situatie zoals die zou zijn geweest bij voortzetting van de oude systematiek en de nieuwe systematiek?

65.

Heeft u bestuurlijk overlegd met de medeoverheden over de in de Voorjaarsnota geschetste nieuwe normering van de fondsen vanaf 2027 op basis van een gemiddelde bbp-groei? Zo ja, kunt u aangeven hoe deze normeringssystematiek vanaf 2027 wordt beoordeeld door de koepels?

66.

Welk uitvoeringsplan en tijdspad geldt voor de verruiming van het lokale belastinggebied? Hoe wordt daarbij omgegaan met de mogelijkheid om dit te realiseren met een gelijkblijvende lastendruk voor inwoners en bedrijven (advies Rinnooy Kan)?

67.

Is er afstemming geweest en overeenstemming bereikt met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over de hoogte van het accres van het gemeentefonds en hoe die zich verhoudt tot de uitvoerbaarheid van de afgesloten akkoorden?

68.

Kunt u, gelet op het feit dat het kabinet de oploop van de opschalingskorting voor gemeenten tot 975 miljoen euro vanaf 2026 handhaaft, aangeven hoe gemeenten invulling kunnen geven aan deze (niet taakgebonden) korting tegen de achtergrond van de maatschappelijke opgaven?

69.

Kunt u aangeven op welke wijze de start met gordelroosvaccinatie in 2024 is gebudgetteerd indachtig het verzoek van de Kamer (Kamerstuk 25 295, nr. 83)?

70.

Indien dit hier of elders is gebudgetteerd, kunt u aangeven op welke wijze en welk moment de vaccinatie van start gaat? Indien dit niet is gebudgetteerd, op grond van welke overweging is dit gedaan en welke budgettaire overwegingen liggen daaraan ten grondslag?

71.

Waarom is er geen heldere overzichtelijke inhoudsopgave bij de Voorjaarsnota?

72.

Kunt u per koopkrachtmaatregel een inschatting geven van een sleuteltabel in effect op armoede, kinderarmoede en collectieve lasten/uitgaven in 2024 van de volgende maatregelen: verhogen zorgtoeslag (per 100 euro/jaar), verhogen huurtoeslag (per 100 euro/jaar), verhogen kindgebonden budget (per 100 euro/jaar), verlagen box 1-basistarief (per 0,1 procentpunt), continueren van het prijsplafond, kinderbijslag (per 100 euro/jaar), gekoppelde verhoging van het wettelijk minimumloon (WML) (per procentpunt), verhogen belastingvermindering energiebelasting (per 100 euro/jaar) en het verlagen btw op groente en fruit naar nul procent?

73.

Wat is de financiële omvang van de impact van de energieprijzen op de OV-sector?

74.

Waarom worden de vervoerbedrijven niet gecompenseerd voor de stijging van de energieprijzen, terwijl alle andere sectoren die veel energie gebruiken wel een compensatie ontvangen?

75.

Kunt u aangeven wat de verwachte tarief-ontwikkeling in het regionaal openbaar vervoer (OV) in 2024 zal zijn na de tarief stijgingen van 2023?

76.

Kunt u aangeven waarom er in het klimaatfonds wel extra middelen zijn vrijgemaakt voor elektrische auto’s maar niet voor OV, terwijl OV (samen met fiets) wel genoemd wordt als vorm van schone mobiliteit en gezien de neergang waar het OV voor staat nu er geen geld beschikbaar wordt gesteld voor urgente OV-vraagstukken?

77.

Hoeveel gaat een verhoging van verkeersboetes de Staat naar verwachting opleveren?

78.

Worden er ook gelden beschikbaar gehouden voor klimaatadaptatie die nodig is om het liggende spoor in Nederland waar nodig te onderhouden?

79.

Kunt u een compleet overzicht geven van alle tegenvallers boven één miljard euro? Kunt u tevens een overzicht geven van hoe en tot welk jaar deze zijn gedekt?

80.

Kunt u een overzicht geven van alle bezuinigingen inclusief de bijbehorende bedragen?

81.

Op welke wijze is het bedrag van 11,5 miljard euro voor wat betreft de overschrijding totale uitgavenplafond gedekt (graag per onderdeel uitsplitsen)?

82.

Hoeveel geeft het kabinet in totaal uit aan klimaat t/m 2027?

83.

Kunt u een overzicht van alle lastenverzwaringen t/m 2027 en dit uitsplitsen in burgers en bedrijven?

84.

Kunt u aangeven op welke wijze het eigen risico vanaf 2024 wordt verhoogd?

85.

Kunt u een totaaloverzicht geven van hoeveel geld er al is besteed uit het Mobiliteits-, Defensiematerieelbegrotings-, Delta-, Klimaat- en Transitiefonds (graag per fonds uitsplitsen)? Kunt u tevens per fonds aangeven hoeveel er nog te besteden valt?

86.

Wat is de som van alle tegenvallers bij elkaar? Kunt u de grootste tegenvallers noemen met de bijbehorende bedragen? Kunt u hetzelfde doen voor de meevallers?

87.

Wat is de meest actuele reeks behorend bij het doorzetten van de afschaffing van de IACK in 2025?

88.

Waarom zijn de bedragen behorend bij het afschaffen van STAP anders in tabel 9 als in tabel 50?

89.

Welk deel van de loon- en prijsbijstelling op SZW-terrein is uitgekeerd?

90.

Is er een envelop met geld uitgetrokken voor de koopkrachtbesluitvorming in augustus?

91.

Hoeveel kost het doortrekken van de maatregel met betrekking tot het verhogen van de zorgtoeslag die vorig jaar is genomen?

92.

Kunt u een actualisatie geven van wat het doortrekken van het incidentele koopkrachtpakket dat vorig jaar is genomen?

93.

Hoe hoog is de Aof-premie dit jaar en volgend jaar? Wat is de verlaging van de Aof-premie volgend jaar als gevolg van de inzet van de LIV-middelen? Hoe veel additioneel arbeidsaanbod levert dit op?

94.

Wat is de evidentie van InvestNL? Is er bewijs dat de doelstelling van InvestNL doeltreffend en doelmatig behaald wordt?

95.

Welke gevolgen heeft de Voorjaarsnota voor de circulaire economie? Wordt het budget voor de circulaire economie groter, kleiner of blijft het gelijk?

96.

Wat is het totaal aantal «meevallers»?

97.

Kunt u een overzicht geven van de totale bedragen van «onderuitputting» bij elk afzonderlijk ministerie met de voornaamste reden van de onderuitputting?

98.

Hoe hoog is de staatsschuld van alle OESO-landen? Kunt u dit per land weergeven?

99.

Hoe hoog is de private schuldenberg van alle OESO-landen? Kunt u dit per land weergeven?

100.

Kunt u weergeven hoe de Nederlandse publieke en private schuldenberg zich verhouden tot die in andere OESO-landen?

101.

Kunt u weergeven hoe de Nederlandse staatsschuld zich heeft ontwikkeld?

102.

Kunt u weergeven hoe de private schuldenberg van Nederlandse huishoudens en bedrijven zich heeft ontwikkeld?

103.

Wat is uw definitie van bezuinigen?

104.

Hoeveel wordt er bezuinigd in de Voorjaarsnota en waarop?

105.

Hoeveel wordt er geïnvesteerd in de Voorjaarsnota en waarin?

106.

Kunt u in een overzicht tonen welke ministeries bijdragen aan de dekkingsopgave, om welke maatregelen het gaat en wat het budgettaire belang is? Kan daarin ook worden getoond welke ministeries niet bijdragen?

107.

Waar wordt op bezuinigd of zijn het vooral onderbestedingen/onderuitputtingen die gebruikt worden om de dekkingsopgave te realiseren?

108.

Op welke wijze is er met de Voorjaarsnota gehoor gegeven aan het schrappen van maatregelen die in interdepartementale beleidsonderzoeken als ondoelmatig of ondoeltreffend zijn bestempeld?

109.

Hoe verhoudt de ontwikkeling van belastinginkomsten uit arbeid zich tot de ontwikkeling van belastinginkomsten uit kapitaal? Vindt hier een gelijkmatige stijging of daling plaats? Wat is hiervan de oorzaak?

110.

Kunt u een overzicht geven van alle verhogingen van de uitgavenplafonds die hoger zijn dan de loon-prijsbijstelling?

111.

Houdt u vast aan de economische groeiraming in de voorjaarsnota of is er reden om deze te wijzigen gelet op andere (lagere) ramingen?

112.

Houdt u vast aan de inflatieraming in de Voorjaarsnota of is er reden om deze te wijzigen gelet op andere ramingen?

113.

Welk bedrag moet de herinvoering van het abonnementstarief precies aan bezuiniging opleveren, aangezien op pagina 132 55 miljoen euro, op pagina 134 zowel 100 miljoen euro als 110 miljoen euro en op pagina 144 30 miljoen euro wordt genoemd?

114.

Kunt u aangeven hoe de financiering van de GGD’en zich sinds 2010 per jaar heeft ontwikkeld?

115.

Kunt u aangeven hoeveel er sinds 2010 bezuinigd is op de GGD’en, zowel in totaal als uitgesplitst per jaar?

116.

Hoe komt het dat het kabinet en de Nederlandse Vereniging van Banken van mening verschillen over nut en noodzaak van de aanpassing van de minimumkapitaalregel die volgens het kabinet nodig zou zijn omdat deze onevenwichtig uitpakt bij de banken?

117.

Is de lastenverzwaring als gevolg van de aanpassing van de minimumkapitaalregel proportioneel voor kleinere banken, aangezien de budgettaire dekking van 60 miljoen euro wordt opgebracht door de gehele sector, inclusief kleinere en buitenlandse banken, terwijl de voorgestelde aanpassing van de minimumkapitaalregel ten goede komt aan Nederlandse banken met veel internationale activiteiten?

118.

Waarom wordt gesproken over budgettaire derving, als de recente stijging van de dollarrente van nul procent naar vijf procent en de Eurorente van negatief naar vier procent op zichzelf al leiden tot zeker een verdubbeling van de budgettaire opbrengst van de minimumkapitaalregel?

119.

Hoe past het voorstel om de eigen inkomensafhankelijke bijdrage in de WMO weer in te voeren, bij het voornemen van het kabinet om de stapeling juist tegen te gaan (brief van Minister Kuipers van 23 december 2022)?

120.

Welke extra regeldruk gaat het inkomensafhankelijk abonnementstarief geven voor mantelzorgers, zorgvrager en gemeenten en CAK?

121.

Klopt het dat als het kabinet stuurt op het langer thuis wonen van ouderen, dat een inkomensafhankelijk tarief nog meer regelwerk en financiële onzekerheid gaat opleveren voor de naasten, de mantelzorgers?

122.

Wat wordt er bedoeld met de zin «Een deel van de Coalitieakkoordmiddelen voor arbeidsmarkt, armoede en schulden is overgeheveld naar de begroting van SZW, en wordt structureel ingezet voor de Rijksbrede dekkingsopgave.»? Betekent dit dat het budget voor de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur structureel wordt verlaagd?

123.

Welk financieel effect wordt verwacht van de inkomensafhankelijke bijdrage WMO op de middeninkomens en komen lasten niet onevenredig bij middeninkomens te liggen?

124.

Hoeveel kost het om de energiebelasting op gas in de eerste schijf voor huishoudens op nul te zetten?

125.

Hoeveel kost het om de btw op gas te verlagen naar negen procent? Hoeveel kost het om het af te schaffen?

126.

Als de verwachting van de VNG klopt dat als gevolg van het inkomensafhankelijke tarief in de WMO er geen tot beperkt effect op de in- en uitstroom van cliënten is en het dempend effect op de zorgvraag dus zal tegenvallen, wat is dan de reden om dit besluit door te voeren en wie heeft hier het voordeel van?

127.

Hoeveel kost het om de energiebelasting op stroom in de eerste schijf voor huishoudens op nul te zetten?

128.

Hoe is er op de OCW-begroting gekomen bij een bezuiniging van 111 miljoen euro op basisvaardigheden, terwijl er een overtekening is op de subsidieregeling? Waar wordt precies op bezuinigd?

129.

Hoeveel kost het om de btw op stroom te verlagen naar negen procent? Hoeveel kost het om het af te schaffen?

130.

Wat is de reden dat er bezuinigd wordt op basisvaardigheden terwijl er nog circa 500 miljoen euro met betrekking tot kansengelijkheid is die nog niet worden besteed?

131.

Hoeveel kost het om de brandstofaccijns verlaging die in 2022 is ingevoerd, in 2023 aan te houden? Hoeveel kost dit om structureel te doen? Hoeveel kost het om de brandstofaccijns blijvend te verlagen?

132.

Hoeveel kost het om de btw op voedingsmiddelen af te schaffen per jaar? Staat het lidstaten nog steeds vrij om dit te doen?

133.

Waar wordt structureel 10,2 miljoen euro voor de programmatische aanpak onderwijshuisvestiging vandaan gehaald?

134.

Hoeveel kost het om de huren te verlagen van corporatiewoningen met een E-, F- of G-energielabel met 10 procent? En met 20 procent? En met 50 procent?

135.

Welke artikelen op de OCW-begroting hebben allemaal een (jaarlijkse) LPO? Wat is de omvang van deze LPO? In hoeverre is dit een verplichte LPO?

136.

Hoeveel kost het om het minimumloon vanaf 1 januari 2024 te verhogen naar 15 euro per uur wanneer alle koppelingen met de uitkeringen volledig zouden blijven bestaan?

137.

Hoeveel kost het de corporatiesector wanneer de huren dit jaar worden bevroren (geen huurverhoging per 1 juli 2023)? Hoeveel zou het de vrije sector kosten?

138.

Heeft het mbo en het ho ook een (jaarlijkse) LPO? Zo ja, wat is de omvang hiervan?

139.

Hoeveel kost het de corporatiesector wanneer de huren volgend jaar vanaf 1 januari 2024 worden bevroren? Hoeveel zou het de vrije sector kosten?

140.

Hoeveel kost het de corporatiesector wanneer de huurverlaging voor sociale huur voor de laagste inkomens (per 1 juli 2023) wordt ingevoerd voor alle sociale huurders?

141.

Hoeveel levert het op wanneer de tweede schijf van de vennootschapsbelasting (vpb) wordt verhoogd naar 36,93 procent? En naar 30 procent?

142.

Hoeveel levert het op als de vermogensbelasting wordt verhoogd naar 35 procent? En naar 36,93 procent?

143.

Wat is de reden dat er wel bezuinigd wordt op lpo po, vo en ho en niet op lpo mbo?

144.

Hoeveel kost het om de lasten op arbeid te verlagen met één procentpunt? Hoeveel kost het om dit percentage te verlagen naar 35 procent?

145.

Hoe gaat de reisvergoeding pro/vavo ingevuld worden?

146.

Kunt u aangeven welke toeslagen en regelingen niet geïndexeerd worden ondanks de toegenomen kosten?

147.

Hoeveel kost het om al het openbaar vervoer in Nederland gratis te maken? Hoeveel kost het om het stad- en streekvervoer gratis te maken? Hoeveel kost het om het treinvervoer gratis te maken?

148.

Hoe verhoudt het voornemen in de Voorjaarsnota dat de NPO meer inkomsten uit reclame kan halen zich ten opzichte van het coalitieakkoord waarin staat «We zetten de maatregelen uit de visiebrief over de toekomst van het mediabestel waaronder het stapsgewijs halveren van reclame op de lineaire kanalen van de publieke omroep»?

149.

Hoeveel kost het om het eigen risico af te schaffen vanaf 1 juli 2023? Hoeveel kost het om dit te doen vanaf 1 januari 2024? Kunt u aangeven welk deel van deze kosten voortkomt uit het verwachte remgeldeffect en welk deel uit de gemiste inkomsten uit het eigen risico?

150.

Hoeveel reclame-inkomsten heeft de NPO nu? Hoeveel inkomsten moet de NPO uit reclame inkomsten genereren om de verlaging op te vangen?

151.

Kunt u in een overzicht aangeven welke maatregelen er in 2024 aflopen die zijn genomen door het kabinet om de koopkracht van mensen te herstellen door de energiecrisis? Kunt u aangeven in een schema hoeveel het zou kosten om deze maatregelen door te laten lopen in 2024? Kunt u dit per maatregel specificeren?

152.

Wat is de reden dat de aflopende subsidies tweede lerarenopleiding nu al wordt omgebogen? Hoeveel mensen maken er nu gebruik van deze regeling? Waarom worden deze middelen niet gebruikt om deze te besteden conform de motie onder Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 99?

153.

Kunt u een overzicht geven van alle maatregelen uit het coalitieakkoord waarvoor het budget wordt verlaagd, bijvoorbeeld door inzet van begrote middelen of door het niet-indexeren van middelen?

154.

Hoeveel spoedeisende hulpposten waren er in 2010? Hoeveel waren er in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

155.

Hoe groot was de SEH-capaciteit (aantal bedden) in 2010? Hoe groot in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

156.

Hoeveel acute verloskunde-afdelingen waren er in 2010? Hoeveel waren er in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

157.

Hoe kan het dat het CPB de economische groei voor 2023 hoger raamt dan DNB, het IMF, de Europese Commissie, de OESO en ABN Amro en wat heeft het voor effecten voor de begroting als de economische inderdaad met één procent groeit, in plaats van 1,6 procent?

158.

Hoeveel huisartsenpraktijken waren er in 2010? Hoeveel waren er in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

159.

Hoeveel intensive-care afdelingen waren er in 2010? Hoeveel waren er in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

160.

Hoe groot is inmiddels het risico op een loon-prijsspiraal?

161.

Hoeveel ziekenhuizen – ongeacht de grootte van het ziekenhuis – waren er in 2010? Hoeveel waren er in 2022? Wat is de verwachting voor de jaren 2023–2030?

162.

Hoeveel winst hebben de zorgverzekeraars gemaakt sinds 2010? Hoe groot is hun solvabiliteitsreserve op dit moment? Hoe hebben de reserves van de zorgverzekeraars zich ontwikkeld sinds 2010?

163.

Hoeveel arbeidsmigranten zijn er vanaf 2010 naar Nederland gekomen, gelieve uitgesplitst tussen migranten van binnen en buiten de Europese Unie? Kunt u ook het aantal nareizigers hierin meenemen?

164.

In hoeverre bestaat er, gelet op het feit dat in de Voorjaarsnota een bedrag ingeboekt staat met betrekking tot de verkoop van het Duitse deel van TenneT, zekerheid dat de opbrengst in 2023 wordt behaald?

165.

Hoeveel asielzoekers zijn er vanaf 2010 naar Nederland gekomen? Kunt u ook het aantal nareizigers hierin meenemen?

166.

Hoeveel asielzoekers zijn er sinds 2010 afgewezen? Hoeveel daarvan zijn er uitgezet?

167.

Wat is op dit moment de stand van zaken van het proces tot verkoop van het Duitse deel van TenneT?

168.

Hoeveel voedselbanken waren er in 2022? En in 2010?

169.

Zien de ingeboekte bedragen van verkoop van het Duitse deel van TenneT op een minimale of maximale vrijval van het bedrag dat wordt gerealiseerd met verkoop?

170.

Hoeveel winst is in 2022 gemaakt in de extramurale zorg, uitgesplitst per sector?

171.

Wordt in de begroting 2024 ook rekening gehouden met de mogelijkheid dat de onderhandelingen tot verkoop van het Duitse deel van TenneT niet slagen?

172.

Welk deel van het lage-inkomensvoordeel (LIV) komt terecht bij het mkb en hoeveel bij grotere bedrijven?

173.

Hoeveel subsidie ontvangen de tien meest vervuilende bedrijven van Nederland vanaf 2010 tot en met 2022? Kan dit per bedrijf worden uitgesplitst?

174.

Hoeveel subsidie is er in 2022 in totaal verstrekt aan bedrijven om te verduurzamen?

175.

Als dekking wordt veel onderuitputting ingezet, is dat in alle gevallen structurele onderuitputting die niet later nog voor de met het budget beoogde doelstellingen moet worden ingezet?

176.

Hoe hoog waren de winsten van de vijf grootste energiebedrijven in 2022 zoals ze in het jaarverslag staan? Kan dit worden uitgesplitst naar zowel de bruto- als nettowinsten?

177.

Kunt u een overzicht geven van hoeveel geld de vijf grootste energiebedrijven tot nu toe dit jaar hebben ontvangen?

178.

Hoe kan het dat het CEP forse onderschrijdingen van de uitgavenplafonds liet zien, terwijl de Voorjaarsnota nu forse overschrijdingen laat zien?

179.

Hoeveel subsidie is er in 2022 uitgegeven aan huishoudens om te verduurzamen en wat was het gemiddelde inkomen van deze huishoudens per subsidie?

180.

Wat betekent het meelopen van het mobiliteitsfonds in de dekkingsopgave concreet voor MIRT-projecten?

181.

Hoe verhouden de talrijke kasschuiven zich tot transparantie en begrotingsregels?

182.

Kan het kabinet de mutaties in het gemeentefonds de komende jaren nader toelichten, dat wil zeggen, wat komt erbij, wat gaat eraf, en waarom?

183.

Waarom zijn geen extra middelen voor asiel uitgetrokken voor na de kabinetsperiode, als de verwachting is dat de asielstromen zich komende jaren nog zullen voortzetten?

184.

Kan het kabinet in een tabel een overzicht geven van het totaalplaatje van kosten en bronnen van dekking van het energiepakket, over relevante jaren?

185.

Kan het kabinet in een tabel een overzicht geven van de maatregelen voor Groningen, de dekking hiervan en de budgettaire verwerking per jaar?

186.

Wordt naast Rijksmiddelen ook een bijdrage voorzien van aardoliemaatschappijen aan het voldoen van de ereschuld aan de Groningers? In hoeverre heeft de NAM nog een achterstand in het voldoen van facturen voor de kosten van schade en versterking en wat zijn de gevolgen als de achterstand niet wordt voldaan?

187.

Hoe komt het dat de raming van belastingen en premies in de Voorjaarsnota 14,5 miljard euro hoger is dan in de Miljoenennota voorzien?

188.

In hoeverre wordt verwacht dat belastinginkomsten achterblijven als gevolg van de huidige verwachtingen van niet-terugbetalen van coronaschulden door ondernemers en het groeiende aantal faillissementen en hoeveel extra sociale zekerheid uitgaven worden als gevolg hiervan verwacht?

189.

Stijgt het niveau van armoede en armoede onder kinderen nog verder dan alleen als gevolg van het terugdraaien van de maatregelen in verband met de energiecrisis en inflatie ten opzichte van de pre-crisissituatie en zo ja, hoe komt dat?

190.

Hoe wordt besloten hoe en wanneer ten aanzien van de middelen voor Groningen op de Aanvullende Post, waarom is gekozen voor een periode van 30 jaar en op welke manier worden deze middelen beschikbaar gesteld aan de Groningers?

191.

Wat is de reden dan de reeks van in totaal vier miljard euro voor Groningen wel ten laste van de EMU-schuld gaat en de langjarige reeks van 7,5 miljard euro niet?

192.

In hoeverre neemt het kabinet de aanbeveling van de parlementaire enquête over dat Staat en oliemaatschappijen vooraan gezamenlijk een actueel en transparant overzicht schetsen van alle nog te verwachten kosten en daarvoor gereserveerde middelen?

193.

Klopt het dat het kabinet voornemens is het grootste deel van het Klimaatfonds dit jaar al vast te leggen in verplichtingen?

194.

Hoeveel ruimte resteert nog in het Klimaatfonds en welk deel daarvan is reeds geoormerkt voor specifieke projecten?

195.

Kunt u een berekening geven van de totale, meerjarige omvang van de SDE-meevaller en hoe u deze in gaat zetten?

196.

Wat is op dit moment het rente-groeiverschil en hoe ontwikkelt dat rente-groeiverschil zich naar verwachting in de komende periode?

197.

Wat zijn de gevolgen van de huidige renteontwikkelingen voor de stabiliteit van de staatsschuld en wat betekent dat volgens het kabinet voor de overheidsfinanciën?

198.

Wat zijn de gevolgen van de loon- en prijsbijstelling van het Klimaatfonds en het Nationaal Groeifonds, voor het bereiken van de beoogde doelen van deze fondsen?

199.

Wat is op dit moment de status van gevolgen van krapte op de arbeidsmarkt op de uitgavenraming van de investeringsfondsen?

200.

Hoe houdt deze Voorjaarsnota rekening met de stijgende loonkosten in de zorgsector vanwege de hoge inflatie?

201.

Hoe is, daar uit de beslisnota’s bij de Voorjaarsnota blijkt dat het onderhandelingsmandaat van de Staatssecretaris 3,5 miljard euro bedroeg, terwijl Groningen om 30 miljard euro en Drenthe om 4,5 miljard euro vroeg, dit mandaat tot stand gekomen en wat waren de overwegingen om in te zetten om 3,5 miljard euro?

202.

Verwacht het kabinet, gelet op het feit dat in de Voorjaarsnota niets terug te vinden over een bijdrage van de oliemaatschappijen aan de «ereschuld» aan Groningen, nog een bijdrage van de oliemaatschappijen? Zo ja, wanneer? Zo nee, waarom niet?

203.

In hoeverre heeft de NAM op dit moment nog een achterstand in het voldoen van de facturen van het Ministerie van EZK voor de kosten van schade en versterking? Hoe dekt het Ministerie van EZK deze niet betaalde rekening nu op haar begroting?

204.

Hoe worden de maatregelen uit hoofde van de parlementaire enquête (zoals een mildere, makkelijker en menselijkere schadeafhandeling) meegenomen in deze raming?

205.

In hoeverre neemt het kabinet de aanbeveling van de parlementaire enquête over dat Staat en oliemaatschappijen voortaan gezamenlijk een actueel en transparant overzicht schetsen van alle nog te verachten kosten en daarvoor gereserveerde middelen?

206.

Kan inzichtelijk gemaakt worden welk deel van de opbrengsten uit de Groningse gaswinning, inclusief het Norg-akkoord, tot op heden door NAM en EBN zijn benut voor het treffen van voorzieningen?

207.

Kunt u een overzicht geven van welk deel van de opbrengsten uit de Groningse gaswinning is uitgekeerd als dividend aan de Staat?

208.

Kunt u een apart overzicht geven van welk deel van de opbrengsten uit de Groningse gaswinning is uitgekeerd als dividend aan Shell?

209.

Kunt u een apart overzicht geven van welk deel van de opbrengsten uit de Groningse gaswinning is uitgekeerd als dividend aan ExxonMobil?

210.

Kunt u reageren op het nieuwsbericht van het CBS van 4 mei jl.: «Kwart groei Nederlandse economie stroomt naar buitenland»? Welk aandeel heeft het Norg-akkoord hierin? Worden inkomsten die terecht zouden moeten komen bij Groningse slachtoffers hierdoor misgelopen?

211.

Hoeveel geld wordt er vrijgemaakt voor Long Covid-patiënten en waar wordt dit geld aan besteed?

212.

Welke financiële middelen zijn dit jaar vrijgemaakt voor de belofte voor het structureel borgen van gender- en sekseverschillen bij ZonMW?

213.

Welke financiële middelen zijn voorzien voor onderzoek naar kennishiaten voor vrouwspecifieke klachten?

214.

Hoeveel winst verwacht u te behalen met de aan- en verkoop van Landbouwgrond via de Grondbank?

215.

Hoeveel mensen werken op het Directoraat-Generaal-Stikstof?

216.

Is bij de maatregelen ten aanzien van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit ook nog overwogen of een duidelijkere splitsing tussen ondernemings- en beleggingsvermogen kan worden gemaakt?

217.

Kunt u aangeven wat er is gebeurd met de 125 miljoen euro Leven Lang Leren-gelden uit het regeerakkoord?

218.

Voert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) effectstudies uit, bijvoorbeeld met het oog op weglek, bij nieuw voorgenomen klimaatmaatregelen?

219.

Hoeveel geld is er gereserveerd voor het real time meten van ammoniakuitstoot in de landbouw?

220.

Kunt u aangeven waar de middelen uit Regeerakkoord voor de envelop «arbeidsmarkt, armoede en schulden» naar toe zijn gegaan?

221.

Kunt u toelichten welke keuze het kabinet gemaakt heeft ten aanzien van het inzetten van de lagere Zvw-uitgaven en de daarmee samenhangende lastenbesluitvorming? Kunt u in dit antwoord specifiek de link tot de SBR aangeven?

222.

Als de provincies aangeven meer budget nodig te hebben dan beschikbaar is binnen het Transitiefonds Landbouw, worden de doelen dan bijgesteld of worden er aanvullende middelen gezocht?

223.

Hoe wordt er voor gezorgd dat de middelen uit het Transitiefonds Landbouw ook daadwerkelijk op het boerenerf belanden?

224.

Kunt u in een tabel aangeven wat het budgettaire beslag was van de scholingsaftrek toen deze werd afgeschaft, het budgettaire beslag van het STAP-budget en hoeveel de rijksoverheid na afschaffen van het STAP-budget uitgeeft aan beleid rond leven lang leren?

225.

Kunt u de nu ingeschatte rentekosten meerjarig in een tabel weergeven en daarbij onderscheid maken tussen de nominale en de reële rente?

226.

Wat is de economische onderbouwing om de nominale rente te dekken?

227.

Kunt u in een tabel per begroting aangeven wat het effect is van de bezuiniging uit het regeerakkoord op de LPO-tranche 2022, en de LPO-ombuigingen uit de Voorjaarsnota? Wat was de LPO geweest als deze keuzes niet waren gemaakt sinds het regeerakkoord?

228.

Kan de uitkomst van de sociaal economische impactanalyses van de provinciale gebiedsplannen leiden tot een aanpassing van de verdeling van de middelen?

229.

Kan de uitkomst van de sociaal economische impactanalyses van de provinciale gebiedsplannen leiden tot een aanpassing van de verdeling van de doelen?

230.

Hoeveel middelen worden er ingezet ten behoeve van mestvergisting om groen gas te produceren?

231.

Welk deel van het budget van het Transitiefonds Landbouw zal naar verwachting belanden bij adviseurs?

232.

Kunt u nader definiëren wat u verstaat onder aan derden verhuurd vastgoed, dat als beleggingsvermogen zal worden aangemerkt onder de BOR en DSR?

233.

In hoeverre is bij het standaard aanmerken van verhuurd vastgoed als beleggingsvermogen rekening gehouden met ondernemingen die de ontwikkeling, bouw, exploitatie en onderhoud van vastgoed als kernactiviteit hebben, zoals vakantie- en pretparken, franchisenemers en duurzame woningbouwontwikkelaars? Kunnen deze mogelijk nog wel onder de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten vallen?

234.

Hoe en waarom is het kabinet gekomen tot de verhoging van de grens van de goingconcernwaarde naar 1,5 miljoen euro, en de verlaging van het vrijstellingspercentage naar 70 procent?

235.

Waarom kiest het kabinet voor bezuiniging via versobering van de BOR, terwijl het coalitieakkoord uitging van een budgetneutrale aanpassing?

236.

Zijn er naast de dubbel-BOR en rollatorinvesteringen nog andere constructies waardoor oneigenlijk gebruik plaatsvindt in de BOR? Zo ja, welke? Waarom worden die constructies van oneigenlijk gebruik niet onderzocht, maar alleen de twee genoemde constructies? Hoe worden deze constructies onderzocht?

237.

Ben u voornemens belanghebbende familiebedrijven en andere veldpartijen te raadplegen bij het uitwerken van de voorgenomen versoepeling van de bezits- en voortzettingseis?

238.

Klopt het dat minimaal 40 procent van de Natura 2000-gebieden onder de kritische depositiewaarde moet zijn in 2025 en minimaal 74 procent in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2025 en 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

239.

Klopt het dat dit kabinet 50 procent minder grondstoffen wil gebruiken in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

240.

Klopt het dat al het water in 2027 moet voldoen aan de waterkwaliteitseisen (Kaderrichtlijn Water)? Wat is de laatste prognose voor 2027? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

241.

Welke maatregelen van onder de «maatregelen buiten het IZA»?

242.

Klopt het dat dit kabinet het aantal mensen in armoede in 2030 wil halveren ten opzichte van 2015? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

243.

Klopt het dat dit kabinet het aantal kinderen in armoede wil halveren in 2025 ten opzichte van 2015? Wat is de laatste prognose voor 2025? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

244.

Klopt het dat dit kabinet het aantal mensen met problematische schulden wil halveren in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

245.

Klopt het dat dit kabinet wil dat er in 2030 geen daklozen zijn (Lissabonverklaring)? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

246.

Klopt het dat dit kabinet een 30 procent afname wil in 2040 van de gezondheidsachterstanden van mensen met een lage SES ten opzichte van mensen met een hoge SES? Wat is de laatste prognose voor 2040? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

247.

Klopt het dat dit kabinet het aantal verkeersslachtoffers wil halveren in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

248.

Klopt het dat dit kabinet één miljoen extra huizen gebouwd wil hebben voor 2030, waaronder 250.000 sociale huurwoningen? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

249.

In hoeverre is bij de gekozen maatregelen rondom de BOR afstemming gezocht met familiebedrijven?

250.

Klopt het dat dit kabinet 60 procent CO2 wil reduceren in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

251.

Is er bij de verdeling van budgetten rekening gehouden met het effect dat de toename van armoede heeft op volksgezondheid?

252.

Kunt u een overzicht maken – bij voorkeur in een tabel – van het totaalplaatje van het energiepakket, aan de ene kant de berekening van de totale voor 2023 veronderstelde kosten; aan de andere kant welke bronnen van dekking hier nu precies tegenover worden gesteld?

253.

Klopt het dat dit kabinet de uitstoot van de luchtvaart in 2030 wil terugbrengen naar het niveau van 2005? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

254.

Welke doelstelling heeft het kabinet voor de CO2-reductie in 2035, 2040 en 2045? Wat is de laatste prognose voor deze jaren? Gaat het kabinet haar eigen doelen halen op basis van het huidige beleid?

255.

Kunt u in een tabel overzichtelijk aangeven (i) wat de «rijksbrede dekkingsopgave» is en uit welke uitgaven deze bestaat (welke uitgaven het kabinet graag gedekt wil) en (ii) hoe deze vervolgens per departement gedekt wordt: met andere woorden een overzicht van de bezuinigingen die worden gebruikt om de rijksbrede dekkingsopgave in te vullen (inclusief welke begrotingsartikelen precies op bezuinigd wordt)?

256.

Klopt het dat dit kabinet volledige emissievrije nieuwverkoop van auto's wil in 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

257.

Klopt het dat dit kabinet 30 procent minder methaan wil in 2030 dan in 2020 (Global Methane Pledge)? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

258.

Klopt het dat dit kabinet 2,5 miljoen woningen wil isoleren voor 2030? Wat is de laatste prognose voor 2030? Gaat het kabinet dit doel halen op basis van het huidige beleid?

259.

Kunt u een overzicht geven – bij voorkeur in een tabel – van of en hoe het klimaatpakket en de kabinetsreactie op de parlementaire enquête Groningen verwerkt zijn in de Voorjaarsnota en de suppletoire begrotingen?

260.

Hoeveel levert het op om een tweede schijf vermogensbelasting in box 3 in te voeren vanaf 20.000 euro van 49,5 procent?

261.

Hoeveel levert het op een tweeschijvenstelsel in te voeren in box 3 waarbij over de eerste schijf tot 20.000 euro 36,93 procent belasting wordt betaald én over alles daarboven 49,5 procent?

262.

Kunt u een overzicht geven van alle (overige) doelstellingen die dit kabinet heeft, inclusief de meest recente prognose per doelstelling en een inschatting of deze doelstelling gehaald gaat worden?

263.

Hoeveel levert het op om een miljonairsbelasting in te voeren van één procent boven een vermogen van één miljoen euro? En twee procent boven een vermogen van twee miljoen euro?

264.

Hoeveel levert het op om een miljonairsbelasting in te voeren van 10 procent boven een vermogen één miljoen euro? En 20 procent boven een vermogen van twee miljoen euro?

265.

Hoeveel levert het op wanneer – naast het verhogen van de tweede schijf van de vennootschapsbelasting (vpb) naar 36,93 procent – een extra tariefschijf in de vpb wordt toegevoegd die winsten van 750.000 euro of meer belast met 49,5 procent? Met 50 procent? En 60 procent? En 70 procent? En 80 procent? En 90 procent? En 100 procent? Hoeveel levert zo’n extra tariefschijf op zónder dat de tweede schijf van de vpb naar 36,93 procent gaat, maar blijft op het huidige percentage van 25,8 procent?

266.

Hoeveel levert het op wanneer – naast het verhogen van de tweede schijf van de vpb naar 36,93 procent – een extra tariefschijf in de vpb wordt toegevoegd die winsten van één miljoen euro of meer belast met 49,5 procent? Met 50 procent? 70 procent? En 80 procent? En 90 procent? En 100 procent? Hoeveel levert zo’n extra tariefschijf op zónder dat de tweede schijf van de vpb naar 36,93 procent gaat, maar blijft op het huidige percentage van 25,8 procent?

267.

Hoeveel levert het op wanneer – naast het verhogen van de tweede schijf van de vpb naar 36,93 procent – een extra tariefschijf in de vpb wordt toegevoegd die winsten van vijf miljoen euro of meer belast met 49,5 procent? Met 50 procent? 70 procent? En 80 procent? En 90 procent? En 100 procent? Hoeveel levert zo’n extra tariefschijf op zónder dat de tweede schijf van de vpb naar 36,93 procent gaat, maar blijft op het huidige percentage van 25,8 procent?

268.

Klopt het dat, gelet op het feit dat het accres voor medeoverheden wordt bepaald met de trap-op-trap-af-systematiek, het regeerakkoord stelt dat deze normeringssystematiek vanaf 2026 stopt, dit voor decentrale overheden financiële gevolgen heeft en vanaf 2026 wordt dan ook wel gesproken van een financieel ravijn, met de middelen die het kabinet in deze Voorjaarsnota beschikbaar stelt voor gemeenten, dit ravijn niet wordt gedempt? Kunt u in een meerjarig overzicht aangeven wat de omvang van het Gemeente- en Provinciefonds (2024–2028) geweest zou zijn bij het voortzetten van de trap op trap af-systematiek en hoe die zich verhoudt tot de omvang van de fondsen volgens de Voorjaarsnota? Welke afzonderlijke maatregelen hebben geleid tot het verschil tussen de situatie zoals die zou zijn geweest bij voortzetting van de oude systematiek en de nieuwe systematiek?

269.

Heeft u, gelet op het feit dat volgens de omgangsvormen van Interbestuurlijke Verhoudingen overheden elkaar betrekken bij beleidsvoornemens die een andere overheidslaag raken en u in de Voorjaarsnota een nieuwe normering schetst van de fondsen vanaf 2027 op basis van een gemiddelde bbp-groei, bestuurlijk met de medeoverheden over deze beleidswijziging overlegd? Zo ja, kunt u aangeven hoe deze normeringssystematiek vanaf 2027 wordt beoordeeld door de koepels?

270.

Welk uitvoeringsplan en tijdspad geldt, gelet op het feit dat de concretisering van het voornemen om het lokale belastinggebied te verruimen een belangrijke ontwikkeling is om de niet-taakgebonden kortingen op Gemeente- en Provinciefonds op te kunnen vangen, voor de verruiming van het lokale belastinggebied? Hoe wordt daarbij omgegaan met de mogelijkheid om dit te realiseren met een gelijkblijvende lastendruk voor inwoners en bedrijven (advies Rinnooy Kan)?

271.

Is er, gelet op het feit dat het kabinet de afgelopen periode diverse akkoorden heeft afgesloten met gemeenten over onder andere de hervormingsagenda jeugd, deze akkoorden zijn afgesloten onder de voorwaarde van structurele financiering en voldoende middelen na 2025 en dat de VNG heeft aangeven in gesprek te willen met het kabinet, waarbij ook de afgesloten akkoorden aan de orde komen, afstemming geweest en overeenstemming bereikt met de VNG over de hoogte van het accres van het gemeentefonds en hoe die zich verhoudt tot de uitvoerbaarheid van de afgesloten akkoorden?

272.

Kunt u, gelet op het feit dat het kabinet de oploop van de opschalingskorting voor gemeenten tot 975 miljoen euro vanaf 2026 handhaaft, aangeven hoe gemeenten invulling kunnen geven aan deze (niet taakgebonden) korting tegen de achtergrond van de maatschappelijke opgaven?

273.

Kunt u aangeven wat de consequenties zijn van afschaffen IACK zonder gratis kinderopvang? Kunt u kwantificeren wat het effect gaat zijn voor de koopkracht van huishoudens met kinderen?

274.

Kunt u aangeven wat de precieze budgettaire gevolgen zijn voor Ontwikkelingssamenwerking de komende jaren, gezien een groot deel van de eerstejaarsopvang van asielzoekers gedekt wordt uit ODA-middelen?

275.

Worden alle middelen voor het scholingsbudget in de WW doorgetrokken? Zo nee, welke niet, welk deel niet en waarom?

276.

Kunt u in een tabel aangeven (i) op welke departementen wordt gekort op de loon- en prijsbijstellingen, (ii) het bedrag waar het om gaat en (iii) wat de implicaties daarvan zullen zijn voor het departement?

277.

Wat zijn de effecten van de doelmatigheidsgrens kinderopvangtoeslag (KOT) op de terugvorderingen? Wat zouden de effecten en kosten zijn als de doelmatigheidsgrens wordt verhoogd naar 500 euro, 800 euro en 1.000 euro?

278.

Is in de Voorjaarsnota ook extra geld uitgetrokken voor Groningen voor het jaar 2023? Zo ja, hoeveel en waar is dat te vinden? Zo nee, waarom niet?

279.

Zijn er in deze Voorjaarsnota bezuinigingen of ombuigingen voorzien op het anti-discriminatiebeleid?

280.

Waarom stijgt het aantal arme huishoudens met een uitkering als primaire inkomensbron van 125.000 in 2022, naar 145.000 in 2023 en naar 285.000 in 2024?

281.

Kunt u een overzicht geven waarin duidelijk wordt waar de bedragen die genoemd zijn in de (bijlage bij) de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête voor zowel staand beleid als voor nieuw beleid zijn terug te vinden in de Voorjaarsnota 2023 en/of elders in de rijksbegroting?

282.

Hoe wordt besloten hoe de extra middelen voor Groningen op de aanvullende post worden verdeeld? Worden hiervan ook middelen overgeheveld naar het Gemeente- of Provinciefonds of anderszins rechtstreeks beschikbaar gesteld aan decentrale overheden in Groningen?

283.

Klopt het de kosten voor de asielopvang stijgen van 5,2 miljard euro naar 13,9 miljard euro in de loop van vier jaar? Welke veronderstellingen ten aanzien van de instroom en het aantal benodigde opvangplekken liggen hieraan ten grondslag? Hoe verhouden deze veronderstellingen zich tot de scenario’s die het COA bekend heeft gemaakt?

284.

Wat is de reden dat de reeks van in totaal vier miljard euro wel ten laste van de EMU-schuld gaat (en de plafonds gecorrigeerd worden) en de langjarig reeks van 7,5 miljard euro niet? Hoe is de afweging gemaakt over de dekking en financiering van het totale Groningenpakket?

285.

Hoe is het mandaat van 3,5 miljard euro voor «de kabinetsreactie PEAG» tot stand gekomen die in de beslisnota bij de Voorjaarsnota wordt genoemd? Hoe verhoudt dit mandaat zich tot het nu ingeboekte pakket, respectievelijk tot de destijds door Groningen en Drenthe gevraagde 34,5 miljard euro?

286.

Hoe verhoudt de stijging van 5,2 miljard euro naar 13,9 miljard euro zich met de circa vijf miljard euro voor de periode 2023–2026 op bladzijde 73?

287.

In hoeverre zou het niet betalen van rekeningen in de toekomst, of het verliezen van arbitragezaken daarover, tot een gat in de EZK-begroting leiden en een noodzaak tot extra bezuinigingen op de rijksbegroting?

288.

Wat zijn naar de huidige inschatting de extra kosten voor versterking en schadeafhandeling die voortvloeien uit de aangekondigde beleidswijzigingen voor schade en versterking in de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête? Hoe worden die gefinancierd?

289.

Is het kabinet voornemens om op een later moment alsnog de basisbeurs te verhogen om studenten in tijden van gestegen energiekosten bij te staan? Wordt hier nader over besloten tijdens de augustusbesluitvorming omtrent het koopkrachtpakket voor het jaar 2024?

290.

Wat is de reden dat in het extrapolatiejaar 2029 wel uitgaven voor schade worden geraamd maar niet voor versterking? Gaat het kabinet ervan uit dat na 2028 de versterkingsoperatie is afgerond en er daarna geen geld meer nodig zal zijn voor versterking?

291.

Kunnen de mutaties in 2023 en 2024 die vallen onder de verzamelnaam «plafondcorrectie Groningen» afzonderlijk worden uitgesplitst en nader worden toegelicht?

292.

Kunt u een overzicht geven met de meest actuele cijfers van alle inkomsten uit de Groningse gaswinning voor de jaren 2022 en 2023 uitgesplitst naar feitelijke winning en inkomsten uit hoofde van het Norg-akkoord?

293.

Welke inkomsten worden in deze Voorjaarsnota nog geraamd voor 2024 en latere jaren uit hoofde van Groningse gaswinning (de waakvlam), respectievelijk uit hoofde van het Norg-akkoord?

294.

Kunnen de effecten in kaart worden gebracht van de herinvoering van de inkomensafhankelijke bijdrage voor hulpbehoevenden, die gemeentelijke WMO-zorg krijgen, in het bijzonder voor hulpbehoevenden met een laag inkomen?

295.

Welke middelen staan nog op aanvullende post per departement en waarom zijn de middelen nog niet overgeheveld?

296.

Op welke wijze zal het voor de ingroei naar het nieuw financieringsstelsel kinderopvang, waarbij voor 2025 en 2026 respectievelijk 400 miljoen euro en 1.200 miljoen euro gereserveerd, worden uitgegeven? Is dit geld enkel gereserveerd voor het verhogen van de kinderopvangtoeslag? Wat betekent dit concreet voor vergoeding van kinderopvang in percentages van de totale kosten (ook ten opzichte van het percentage van 96 procent)? Welke mogelijkheden zijn er om met dit geld de inkomenseffecten van de afschaffing van de IACK per 2025 tegen te gaan: sommige ouders zullen hierdoor immers geen IACK en geen gratis kinderopvang krijgen?

297.

Ter bestrijding van (kinder)armoede is voor 2023 onder meer besloten tot het verhogen en verbreden van het kindgebonden budget en verhoging van andere toeslagen. Kan het kabinet een opsomming geven van mogelijkheden ter bestrijding van (kinder)armoede voor 2024 en verder en deze opsomming idealiter classificeren op gerichtheid en kosten?

298.

Welke incidentele maatregelen lopen, gelet op het feit dat een deel van het koopkrachtpakket van augustus 2022 incidenteel was, af in 2024 en de latere jaren? Wat is de meest effectieve manier om dit koopkrachtgat te dempen, waarbij de bestrijding van (kinder)armoede de hoogste prioriteit heeft? Wat zijn alternatieve oplossingen?

299.

Waarom is gekozen voor het dekken van de nominale rentetegenvaller, en niet de rentetegenvaller in reële termen?

300.

Kunt u in een tabel het geraamde EMU-saldo presenteren, bij voorkeur met drie decimalen of meer?

301.

Is het, stel dat er de politieke wens is om de bijdrage aan de eerstejaarsasielopvang vanuit het ODA-budget te maximeren, per direct uitvoerbaar? Zo niet, op wat voor termijn wel?

302.

Klopt het dat u voornemens bent het grootste deel van het Klimaatfonds dit jaar al vast te leggen in verplichtingen?

303.

Hoeveel ruimte resteert nog in het Klimaatfonds en welk deel daarvan is reeds geoormerkt voor specifieke projecten?

304.

Klopt het dat de eerstejaarsopvangskosten al sinds 1992 uit het ODA-budget worden gefinancierd? Wat was destijds de reden om hiertoe te besluiten?

305.

Waarom wijkt u af van het feit dat SDE-middelen die overblijven altijd worden gestort in de begrotingsreserve?

306.

Kunt u een berekening geven van de totale, meerjarige omvang van de SDE-meevaller en hoe u voorstelt deze in te zetten?

307.

Wat is op dit moment het rente-groeiverschil en hoe ontwikkelt dat rente-groeiverschil zich de komende periode naar verwachting?

308.

Wat zijn de gevolgen van de huidige renteontwikkelingen voor de stabiliteit van de staatschuld en wat betekent dat volgens het kabinet voor de overheidsfinanciën?

309.

Wat was het gevolg van de bruto nationaal inkomen (bni)-bijstelling door de herrekening van het CBS voor het ODA-budget en de EU-afdrachten (https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2022/38/beter-zicht-op-multinationals-leidt-tot-bijstelling-bni)?

310.

Welke middelen van de aanvullende post zijn gebruikt voor de rijksbrede dekkingsopgave?

311.

Welke middelen van de extra tranche loon- en prijsbijstelling die is aangekondigd met de Najaarsnota vorig jaar, zijn uitgekeerd en aan wat?

312.

Welke maatregelen zijn genomen tussen het moment waarop de publicatie van de Voorjaarsnota in eerste instantie was voorzien en het moment dat de Voorjaarsnota werd gepubliceerd?

313.

Kunt u een overzicht geven van 1980 tot en met 2028 van de OS-uitgaven, de totale asieluitgaven, de asieluitgaven uit ODA en het percentage van het ODA-budget dat wordt besteed aan asiel?

314.

Tot welke maatregelen heeft het kabinet besloten aan het eind van de voorjaarsbesluitvorming? Welke maatregelen zijn genomen in de laatste discussierondes en in de ministerraad?

315.

In hoeverre houdt de uitgavenraming van de investeringsfondsen (in oprichting) rekening met het risico van onderlinge verdringing gegeven de krapte op de arbeidsmarkt en andere markten, en daardoor veroorzaakte vertraging/onderuitputting?

316.

In hoeverre passen a) het invullen van de rijksbrede dekkingsopgave vanuit het mobiliteitsfonds en het Deltafonds, b) de aanwending van het Nationaal Groeifonds voor de tijdelijke verhoging van de werkkostenregeling naar drie procent en c) het tolvrij maken van de Westerscheldetunnel binnen de doelstellingen van deze fondsen?

317.

Klopt het dat eerder door middel van een kasschuif een ombuiging op een OS-beleidsprogramma is afgewend? Zou dat, puur technisch gesproken, nu opnieuw kunnen?

318.

Wat betekent het niet toekennen van de loon- en prijsbijstelling aan het Klimaatfonds en het Nationaal Groeifonds voor het doelbereik van deze fondsen, waaronder de Klimaatambitie?

319.

In hoeverre heeft het kabinet bij de neerwaartse bijstelling van het verwachte bedrag aan afstel over de resterende belastingschuld rekening gehouden met de faillissementskansen van andere bedrijfsvormen dan NV’s en BV’s, en wat betekent dat voor de raming?

320.

Wat zijn de risico’s voor de begroting bij een lagere aflossing van uitstaande schulden dan momenteel geraamd?

321.

Klopt het dat het EMU-saldo in 2023 in principe ruimte laat voor een kasschuif, waarbij middelen uit de ODA-buffer van ’27 en ’28 naar voren gehaald worden?

322.

Welk deel van het ODA-budget is in 2023 juridisch verplicht? Is er vanuit dat perspectief wel ruimte om om te buigen op de beleidsartikelen?

323.

Hoeveel wordt er precies bezuinigd (incidenteel, structureel en cumulatief) de komende jaren? Kunt u dit weergeven in een heldere tabel?

324.

Kan het kabinet gedetailleerd aangeven op welk bedrag de uiteindelijke kosten van het energieplafond gesteld worden en hoe het bijbehorende dekkingspakket er nu uitziet?

325.

Hoe gaat het kabinet er in de besluitvorming over het vervolg van de koopkrachtcompensatie rekening mee houden dat gepensioneerden bij uitstek kwetsbaar zijn voor hoge energiekosten?

326.

Hoe gaat het kabinet voorkomen dat senioren die niet het allerlaagste inkomen hebben, maar wel kwetsbaar zijn voor hoge energielasten en stijgende prijzen, achterblijven als koopkrachtcompensatie gerichter (en niet op hen) wordt ingezet?

327.

Hoe gaat het kabinet er in de besluitvorming over het vervolg van de koopkrachtcompensatie rekening mee houden dat gepensioneerden bij uitstek kwetsbaar zijn voor hoge energiekosten?

328.

Hoe gaat het kabinet voorkomen dat senioren die niet het allerlaagste inkomen hebben, maar wel kwetsbaar zijn voor hoge energielasten en stijgende prijzen, achterblijven als koopkrachtcompensatie gerichter (en niet op hen) wordt ingezet?

329.

Bij welke begrotingsfondsen is er een fondsbeheerder namens het Ministerie van Financiën?

330.

Wat zijn de gevolgen van de verdere rentestijging sinds het opstellen van het CEP 2023 voor de begroting?

331.

Wat is op dit moment het rente-groeiverschil, en hoe ontwikkelt dat rente-groeiverschil zich de komende periode naar verwachting?

332.

Wat zijn de gevolgen van de huidige renteontwikkelingen voor de stabiliteit van de staatschuld en wat betekent dat volgens het kabinet voor de overheidsfinanciën?

333.

In hoeverre is de prognose van 5,0 procent stijging van de contractlonen in 2023 nog realistisch? Klopt het dat volgens cijfers van het AWVN alleen al in april de contractlonen met 7,6 procent zijn gestegen?

334.

Klopt het dat de stijging van de contractlonen steeds verder lijkt te versnellen? Klopt het dat dit onder andere het geval is bij het streekvervoer, de rechtbanken, de ziekenhuizen, de schoonmakers en het FNV-personeel?

335.

Klopt het de versnelling van de stijging van de contractlonen heeft geleid tot het dreigement van de president van DNB om via verdere renteverhogingen alle vormen van economische activiteit te smoren? Is het geneesmiddel (hogere rente) hier niet erger dan de kwaal, oftewel staat het middel nog wel in verhouding tot het doel (lagere inflatie)? Hoeveel economische groei kost de hogere rente? Hoeveel economische groei levert lagere inflatie op? Kan het kabinet het risico van beleidsovershooting uitsluiten?

336.

Hoe kan het dat het wereldhandelsvolume daalt, terwijl de uitvoer en invoer van Nederland juist stijgen? Hoe kan deze tegenstrijdige ontwikkeling verklaard worden?

337.

Waarom voorspelt het CPB voor 2023 een inflatie van drie procent, terwijl DNB een inflatie van vijf procent voorspelt en de OESO acht procent? Hoe kunnen deze grote verschillen worden verklaard?

338.

Op welke manier werkt de hogere hypotheekrente door in de inflatiecijfers (hicp) van 2022 en 2023?

339.

Klopt het dat in 2023 de koopkracht daalt met –0,2 procent? Waarom wijkt dit af van het bij de Miljoenennota voorspelde koopkrachtherstel van 3,8 procent? Klopt het dat er in 2022 een koopkrachtverlies was van –6,8 procent?

340.

Welke maatregelen gaat het kabinet nemen om de stijging van het aantal mensen in armoede van 4,7 procent naar 5,8 procent te voorkomen? Welke maatregelen gaat het kabinet nemen om de stijging van het aantal kinderen in armoede van 6,1 procent naar 7,1 procent te voorkomen?

341.

Hoe kan het dat het CPB in maart bij het CEP nog uitkomt op 8,5 miljard euro aan onderschrijdingen, terwijl het kabinet nu bij de Voorjaarsnota op 11,5 miljard euro aan overschrijdingen meldt?

342.

Kunt u voor de periode 2017–2027 het aantal mensen in armoede in Nederland weergeven? Klopt het dat deze coalitie al jarenlang accepteert dat er ongeveer een miljoen mensen in armoede leven in Nederland?

343.

Wat is de reden dat volgens het CPB de economische groei met gemiddeld vier procent per jaar veel hoger is dan in de periodes ervoor en de periodes erna?

344.

Hoe verhouden zich de economische groeipercentages van 2022–2026 van vier procent per jaar met de groeipercentages voor 2023 en 2024 van 1,6 procent, respectievelijk 1,4 procent? Dit sluit toch niet op elkaar aan?

345.

Hoe zit het scenario met hoge gasprijzen er in de praktijk uit? De afhankelijkheid van Russisch gas is toch inmiddels geheel afgebouwd? Aan welke oorzaken van schaarste kan dan gedacht worden?

346.

Waarom rekent het CPB met een veel grotere onderuitputting (9,2 miljard euro in 2023) dan het kabinet?

347.

In hoeverre heeft de aanpassing van het deelnemingenbeleid betreffende het streven naar meer diversiteit in Raden van Commissarissen en Raden van Bestuur geleid tot concrete resultaten? Tot hoeveel concrete benoemingen van mensen met een migratieachtergrond heeft dit geleid in Raden van Commissarissen en Raden van Bestuur?

348.

Welke uitgaven worden er nog gedaan in 2023–2025 in het kader van coronasteun (tabel 4) en hoe zijn inkomsten door terugbetaling van de leningen verwerkt in het EMU-saldo?

349.

Kunt u de ontwikkeling van de investeringen (tabel 9, rij D) laten zien in de jaren na 2028 en het geschatte effect op het EMU-saldo na het jaar 2030?

350.

Wat is de ontwikkeling van het EMU-saldo decentrale overheden in de komende tien jaar?

351.

Waarom wordt nu bij de Voorjaarsnota uitgegaan van 405,6 miljard euro aan uitgaven in 2023, terwijl bij de Miljoenennota nog werd uitgegaan van 395 miljard euro? Hoe kan dit verschil van ruim 10 miljard euro worden verklaard?

352.

Klopt het dat de kosten van het energieplafond – naast de al bestaande dekking – grotendeels uit de SDE worden gefinancierd? Hoe verhoudt dit zich tot de klimaatdoelen van het kabinet?

353.

Wat valt er onder de «overige uitgavenmutaties op de plafonds» (pagina10) en kunt u daar een uitsplitsing van geven? Wat valt er naast de uitgaven aan Oekraïne onder «niet-plafondrelevante uitgaven»?

354.

Kunt u uitleggen waarom de mutatie EMU-saldo ervoor zorgt dat de EMU-schuld stijgt (tabel 6. Pagina 10)?

355.

Wat is op dit moment het rente-groeiverschil, en hoe ontwikkelt dat rente-groeiverschil zich de komende periode naar verwachting?

356.

Wat zijn de gevolgen van de huidige renteontwikkelingen voor de stabiliteit van de staatschuld en wat betekent dat volgens het kabinet voor de overheidsfinanciën?

357.

Kunt u aangeven waarom het accres specifiek voor het Provinciefonds hoger uitvalt (pagina 12)?

358.

Wat betekent de beslissing om «budgettaire gevolgen van verdere prijsontwikkeling gedurende het jaar ten laste of ten gunste van het saldo van 2023» komt voor de staatsschuld? Heeft dit gevolgen voor besluitvorming over de begroting in t+1? Zo ja, hoe?

359.

Kunt u een overzicht geven van alle volumebijstellingen van het accres van het provinciefonds sinds de Startnota?

360.

Klopt het dat de verlaging van de eigen bijdrage is bekostigd door de lagere uitgaven aan huurtoeslag? Klopt het dat dit in feite geen verhoging van het budget was, maar dat hiermee de huurtoeslag op peil gehouden werd?

361.

Is in de Voorjaarsnota ook extra geld uitgetrokken voor Groningen voor het jaar 2023? Zo ja, hoeveel en waar is dat te vinden? Zo nee, waarom niet?

362.

Waarvoor is de reeks van 250 miljoen euro per jaar op de Aanvullende Post bestemd? Hoe is gekomen tot een looptijd van 30 jaar? Waarom zijn deze middelen niet in 2023 en 2024 beschikbaar? Hoe is de budgettaire dekking van deze reeks?

363.

Kunt u een overzicht geven waarin duidelijk wordt waar de bedragen die genoemd zijn in de (bijlage bij) de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête voor zowel staand beleid als voor nieuw beleid zijn terug te vinden in de Voorjaarsnota 2023 en/of elders in de rijksbegroting?

364.

Hoe wordt besloten hoe de extra middelen voor Groningen op de Aanvullende Post worden verdeeld? Worden hiervan ook middelen overgeheveld naar het gemeente- of provinciefonds of anderszins rechtstreeks beschikbaar gesteld aan decentrale overheden in Groningen?

365.

Wat is de reden dat de reeks van in totaal 4 miljard euro wel ten laste van de EMU-schuld gaat (en de plafonds gecorrigeerd worden) en de langjarig reeks van 7,5 miljard euro niet? Hoe is de afweging gemaakt over de dekking en financiering van het totale Groningenpakket?

366.

Klopt het dat u voornemens bent het grootste deel van het Klimaatfonds dit jaar al vast te leggen in verplichtingen?

367.

Hoeveel ruimte resteert nog in het Klimaatfonds en welk deel daarvan is reeds geoormerkt voor specifieke projecten?

368.

Kunt u toelichten van welke factoren de «PM-post» voor additionele ontvangsten afhankelijk is als het gaat om aanpassingen in de energiebelasting? Heeft u al inzicht in een realistische bandbreedte hiervoor?

369.

Kunt u toelichten hoe de inzet van de SDE-middelen voor de dekkingsopgave zich verhouden tot het gegeven dat deze middelen historisch vooral via de ODE (en bijbehorende wet) zijn opgehaald?

370.

Kunt u een berekening geven van de totale, meerjarige omvang van de SDE-meevaller en hoe u voorstelt deze in te zetten?

371.

Kunt u in een figuur of tabel de ontwikkeling tonen van het aandeel/ toerekening van het ODA-asiel budget ten opzichte van het ODA-budget sinds 2000 in de vorm van een percentage?

372.

Klopt het dat de kosten van het energieplafond – naast de al bestaande dekking – grotendeels uit de SDE worden gefinancierd? Hoe verhoudt dit zich tot de klimaatdoelen van het kabinet?

373.

Hoe verhoudt het klimaatpakket van 28 miljard euro zich tot deze Voorjaarsnota? Zijn deze 122 maatregelen verwerkt in de Voorjaarsnota?

374.

Is de 1,1 miljard euro nog steeds vooruitlopend op de nieuwe financieringssystematiek?

375.

Wat zou het accres voor de jaren 2026–2030 zijn als de huidige systematiek gehanteerd zou worden?

376.

Waarom wordt er gesproken over «extra» budget»? In de Startnota is het accres toch juist op een lager niveau vastgesteld? Is de 1,1 miljard euro meer dan wat gemeenten en provincies anders aan accres zouden hebben gehad?

377.

Is de passage in het regeerakkoord tot stand gekomen na overleg met gemeenten en provincies? Waren gemeenten en provincies van mening dat de huidige systematiek vervangen moest worden?

378.

Zijn gemeenten en provincies ook van mening dat hiermee een «stabiele, solide en duurzame financiële basis» wordt geboden?

379.

Hoe draagt de opschalingskorting vanaf 2026 bij aan een stabiele, solide en duurzame financiële basis?

380.

Kan het kabinet de geschatte onderuitputting in 2024 en 2025 zo gedetailleerd mogelijk uitsplitsen?

381.

Wat is de reden dat het kabinet uitgaat van een onderuitputting in 2024 en 2025 van 1,5 miljard respectievelijk 1,25 miljard euro, terwijl het CPB in de meest recent CEP uitgaat van een onderuitputting in 2024 van 6,1 miljard euro?

382.

Wat is de geschatte onderuitputting voor 2023?

383.

Deelt u de mening dat het eerder opnemen van een deel van het pensioen, dat weliswaar wordt uitgesteld met een half jaar, leidt tot een situatie waarbij gepensioneerden, die door een opname ineens hun pensioenvermogen hebben verkleind, een lagere inkomensafhankelijke bijdrage betalen dan diegene die de grote opname ineens niet hebben gedaan? Is deze ongelijkheid wenselijk? U stimuleert hiermee toch eerdere afbouw van pensioeninkomen?

384.

Heeft u scenario’s doorgerekend als de inflatie en de rente sterk stijgen of dalen? Zo niet, zou dit dan niet alsnog moeten gebeuren?

385.

Heeft het kabinet naast de formele regel van de EMU-schuld van 60 procent een eigen maximum? Zo ja, wat is deze dan?

386.

Welk deel van de rijksbrede dekkingsopgave wordt gedaan door het Ministerie van SZW?

387.

Hoe wordt de taakstelling op de Zorgverzekeringswet (Zvw) ingevuld? Welke maatregel(en) buiten het Integraal Zorgakkoord (IZA) neemt u hiervoor? Kunt u het budgettair belang van deze maatregelen toelichten?

388.

Kunt u een onderbouwing geven bij het verloop van de rente in tabel 8 op pagina 16?

389.

Kunt u een overzicht geven met de meest actuele cijfers van alle inkomsten uit de Groningse gaswinning voor de jaren 2022 en 2023 uitgesplitst naar feitelijke winning en inkomsten uit hoofde van het Norg-akkoord?

390.

Kunt u reageren op het nieuwsbericht van het CBS van 4 mei jl. «Kwart groei Nederlandse economie stroomt naar buitenland»? Welk aandeel heeft het Norg-akkoord hierin?

391.

Kunt u een overzicht geven met de meest actuele cijfers van alle inkomsten uit de Groningse gaswinning voor de jaren 2022 en 2023 uitgesplitst naar feitelijke winning en inkomsten uit hoofde van het Norg-akkoord?

392.

Waar is de opbrengst van het vrijvallen van de reservering TenneT precies op gebaseerd?

393.

Waarom wordt de vrijval reservering TenneT nu al ingezet, terwijl er nog geen besluit is genomen over de verkoop?

394.

Waarvoor is de reeks van 250 miljoen euro per jaar op de Aanvullende Post bestemd? Waarom zijn deze middelen niet in 2023 en 2024 beschikbaar? Hoe is de budgettaire dekking van deze reeks?

395.

Waar staan de bedragen in reeks 48 «SZW» voor?

396.

Waarom wordt er rekening gehouden met baten uit de verkoop van TenneT Duitsland terwijl democratische besluitvorming over de verkoopplannen nog niet heeft plaatsgevonden?

397.

Is het terugdraaien van de verlaging van de eigen bijdrage in de huurtoeslag in feite niet gewoon een bezuiniging op de huurtoeslag? Zo nee, waarom niet?

398.

Is het nog steeds een beleidsdoelstelling van het kabinet om ervoor te zorgen dat de huurverlaging bij huurders terecht komt?

399.

Hoeveel gaan huurtoeslagontvangers er door het terugdraaien van de verlaging van de eigen bijdrage op achteruit? Hoe ziet dit er in de verschillende jaren uit?

400.

Hoe gaat de 150 miljoen euro voor de IZA-doelstellingen naar gemeenten? Welk deel van de middelen is al ter beschikking van gemeenten gesteld?

401.

Op basis waarvan zijn de bedragen behorend bij de ingroei naar nieuw financieringsstelsel kinderopvang bepaald?

402.

Wat is het bedrag per ouderen als gevolg van het gereserveerde bedrag «gebaar erkenning ouderen van Surinaamse herkomst»?

403.

Kan u onderbouwen waarom de loonkostenvoordeel voor ouderen waarom deze regeling beperkt doelmatig is.

404.

Hoe ziet de toegroei naar een nieuw stelsel van kinderopvang eruit, en waar wordt de 1,6 miljard euro voor gebruikt?

405.

Hoe is tot het bedrag van 1,6 miljard euro voor de kinderopvangtoeslag gekomen?

406.

Is het afschaffen van het STAP-budget louter gemotiveerd vanwege bezuinigingsredenen?

407.

Kunt u inzicht geven voor welke opleidingen de STAP-regeling is gebruikt en dit onderverdeeld in leeftijdscohorten en opleidingsniveau. Zijn hier lessen uit te trekken voor mogelijke toekomstige regelingen?

408.

Deelt u de mening dat het scheppen van voorwaarwaarden voor en het ondersteunen van permanente om- en bijscholing een belang van de eerste orde is, en zou het dan in dit licht bezien niet beter zijn om, als de STAP-regeling niet of onvoldoende functioneert, deze aan te passen of te vervangen door een meer effectief beleidsinstrument?

409.

Deelt u de mening dat bezuinigen op korte termijn leidt tot begrotingsruimte bij het Ministerie van SZW, maar op iets langere termijn (elders) leidt tot (maatschappelijke) kosten of tot het verlies van (maatschappelijke) opbrengsten?

410.

Zou het geen aanbeveling verdienen om in plaats van de generieke reikwijdte van de STAP-regeling in een mogelijke nieuwe regeling te concentreren op werkterreinen die maatschappelijke gezien als urgent kunnen worden aangemerkt, zoals de Bouwsector, de Zorg of de Energietransitie?

411.

Zou het geen aanbeveling verdienen om een aangepaste of nieuwe regeling daarenboven vooral te concentreren op praktische opleidingen op mbo-niveau?

412.

Deelt u de mening dat het vanuit oogmerken van efficiency en effectiviteit wenselijk zou zijn om alle regelingen betreffende om- en bijscholing zoveel mogelijk te concentreren om versnippering te voorkomen en toegankelijkheid te vergroten?

413.

Is het kabinet, na afschaffing van het STAP-budget, bereid om vorm te geven aan een nieuwe effectieve scholingsregeling die ook zonder leeftijdsdiscriminatie toegankelijk is voor AOW-gerechtigden die actief zijn op de arbeidsmarkt?

414.

Welk deel van de coalitieakkoord-middelen voor arbeidsmarkt, armoede en schulden is ingezet voor de Rijksbrede dekkingsopgave?

415.

Hoeveel wordt het budget voor de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur verlaagd?

416.

Waarom bouwen de middelen voor de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur af naar 2034?

417.

Deelt u de mening dat het aanbeveling verdient om te onderzoeken wat de maatschappelijke, economische en budgettaire consequenties (op macroniveau en bezien op alle beleidsterreinen) zouden zijn van het afschaffen van de korting op de AOW bij samenwonen?

418.

Hoeveel kost het structureel maken en het één jaar doortrekken (c.q. doorschuiven) van de maatregelen die vorig jaar zijn genomen met betrekking tot de Wet kindgebonden budget (WKB)? Hoe veel kinderarmoede zou dit verhelpen?

419.

Waarom wordt het wetsvoorstel voor een passende eigen bijdrage huishoudelijke hulp ingetrokken in plaats van het uitbreiden van het wetsvoorstel met een nota van wijziging?

420.

Welke maatregelen ziet het kabinet voor zich om ervoor te zorgen dat het maatwerk bij PGB's alleen leidt tot verlaging van budgetten bij mensen die deze nu nog niet opmaken?

421.

Waarom staat er een post van 30 miljoen euro structureel opgenomen in tabel 10 voor de herinvoering van het abonnementstarief WMO, terwijl in de toelichting staat dat deze 100 miljoen euro oplevert?

422.

Welke maatregelen worden er buiten het IZA genomen om uiteindelijk structureel 165 miljoen euro te besparen (punt 12)?

423.

Wanneer is er een nieuw wetsvoorstel voor eigen bijdrage in de WMO te verwachten? Wanneer is de inwerkingtreding daarvan voorzien?

424.

Kunnen de koopkrachteffecten van de herinvoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO worden gekwantificeerd voor lage, midden- en hogere inkomens en met specifieke aandacht voor de gevolgen voor mensen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd?

425.

Kunnen de normen die gaan gelden voor de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO worden gespecificeerd?

426.

Kan een integraal meerjarig budgettair overzicht, voorzien van toelichting, worden gegeven van de diverse uitgavenverhogingen, respectievelijk uitgavenverlagingen in verband met de herinvoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO?

427.

Is de herinvoering van de eigen bijdrage WMO binnen afzienbare tijd uitvoerbaar, gelet op de kanttekening die het CPB bij deze maatregel heeft geplaatst ten tijde van de doorrekening van de verkiezingsprogramma’s?

428.

Is het nog steeds zo dat het CAK bij herinvoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO extra uitvoeringskosten voor ICT moet maken, waardoor de maatregel pas na vier jaar kan worden ingevoerd, zoals het Ministerie van Financiën in september 2022 in de Ombuigingslijst 2022 heeft geconcludeerd?

429.

Kunnen de koopkrachteffecten van de herinvoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO worden gekwantificeerd voor lage, midden- en hogere inkomens en met specifieke aandacht voor de gevolgen voor mensen vanaf de AOW-gerechtigde leeftijd?

430.

Kunnen de normen die gaan gelden voor de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO worden gespecificeerd?

431.

Kan een integraal meerjarig budgettair overzicht, voorzien van toelichting, worden gegeven van de diverse uitgavenverhogingen, respectievelijk uitgavenverlagingen in verband met de herinvoering van de inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO?

432.

Wat betekent de maatregel maatwerk PGB voor het budget van PGB-houders? Wordt hier een bezuinigingsopdracht mee ingevuld?

433.

Wat is de reden voor het besparingsverlies bij de modernisering van het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) en welke maatregelen kunnen nog genomen worden om dit besparingsverlies af te wenden?

434.

Wat is de reden voor de vertraging in de normerende elementen in tarieven?

435.

Kunt u een PxQ-onderbouwing geven van de raming voor asiel in de Voorjaarsnota ten aanzien van pagina 73, tabel 32?

436.

Hoe kijkt het kabinet, gelet op het feit dat door de verhoging van de SDE++-middelen en de normering voor zon op dak het kabinet inzet op veel meer zonne-energie in het systeem en netbeheerders echter aangeven dat zij niet meer dan 35 TWh kunnen aansluiten zonder dat dit ten koste gaat van het realiseren van andere doelen zoals de woningbouw van honderdduizenden huizen of de verduurzaming van de industrie, tegen deze gegevens?

437.

Moet er, gelet op het feit dat betbeheerders vaker hebben geadviseerd dat de verhouding tussen zon en wind van belang is voor een stabiel energiesysteem, zoals ook blijkt uit de netimpact berekeningen van de RES’sen, niet meer worden ingezet op Wind op Land?

438.

Wordt er, gelet op het feit dat het kabinet een verbod voorbereidt op de inzet van fossiele brandstoffen voor verwarmingsprocessen bij uitbreiding, nieuwbouw en vervanging van industriële productie-installaties en het huidige alternatief voor deze brandstoffen vaak een elektrische boiler is, waar niet altijd voldoende netcapaciteit beschikbaar is, een uitzondering op deze normering voorbereid wanneer er onvoldoende netcapaciteit is om deze boilers tijdig aan te kunnen sluiten? Hoe kijkt het kabinet naar het voorstel in het IBO waar deze maatregelvoorstellen waren vergezeld door voorbehouden voor industrie in gebieden met netcongestie en hoe kijkt het kabinet naar dit voorstel in het IBO en is het kabinet van plan dit voorstel toe te passen?

439.

Hoe stimuleert het kabinet flexibel stroomverbruik bij de industrie, gelet op het feit dat netbeheerders aangeven dat er veel meer elektrische boilers op het stroomnet passen wanneer zij worden aangesloten met een flexibel contract bij de netbeheerder, een zogenaamde non-firm ATO? Overweegt het kabinet een dergelijk contract verplicht te stellen bij een elektrische boiler?

440.

Worden, gelet op het feit dat de verduurzaming van de industrie voor een groot deel wordt gestimuleerd via de maatwerkafspraken, de netbeheerders, zowel de landelijke als de regionale, bij het maken van deze afspraken betrokken om te zorgen dat de maatregelen ook voor hen uitvoerbaar zijn en dat de uitvoering niet stokt?

441.

Wat zijn de voorwaarden waaronder de reservering van 750 miljoen euro voor de maatwerkafspraken worden uitgegeven? Denkt het kabinet daarbij ook aan een verplichte Non-firm ATO voor grotere aansluitingen? Wordt de pot van 750 miljoen euro verdeeld op basis van «first come, first serve» of is er een andere verdeelsleutel?

442.

Kan het kabinet de volgende vragen beantwoorden over het in het Ontwerp Meerjarenprogramma Klimaatfonds 2024 vermelde over laadinfrastructuur en in het bijzonder walstroom: hierin staat dat de vrijgekomen stikstofruimte door het inzetten van walstroom gebruikt kan worden om de vergunningverlening voor klimaatprojecten vlot te trekken: Wat wordt hier verstaan onder «Klimaatprojecten» Wat betekent dit voor de prioritering van vrijgekomen stikstofruimte? Krijgen klimaatprojecten voorrang op alle andere projecten? Beperken deze projecten zich tot zeehavens? Zo ja, waarom?

443.

Hoeveel budget binnen het Transitiefonds Landbouw is gereserveerd voor innovatieve maatregelen om emissies te reduceren?

444.

Hoeveel FTE verwacht u aan te nemen vanuit de gereserveerde uitvoeringskosten binnen het Transitiefonds Landbouw?

445.

Hoeveel budget heeft u binnen het Transitiefonds Landbouw gereserveerd voor onteigening?

446.

Hoe verhouden, gelet op het feit dat het kabinet verdere beprijzing van afvalverbranding voorstelt, de huidige heffingen op Nederlandse afvalenergiecentrales (verbrandingsbelasting en CO2-heffing) zich ten opzichte van andere Europese landen? Kunt u een overzicht verstrekken van deze heffingen?

447.

In hoeverre zal verdere beprijzing van afvalverbranding in Nederland de import van afval (dat anders gestort wordt) economisch onmogelijk maken? Wat is de kans dat dit afval dan in andere Europese landen gestort wordt en tot welke Europese CO2-uitstoot zal dit leiden? In hoeverre is deze maatregel doelmatig om in Europa CO2-uitstoot te besparen als de PBL-reflectie wordt bezien op de maatregel «Versnelde sluiting AVI’s»?

448.

In hoeverre helpt, gelet op de volgens de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) van het PBL constatering dat afvalenergiecentrales nu circa 20 procent van de warmte in stadsverwarming en industriële stoomnetten leveren, in verschillende Regionale Energie Strategieën van provincies en gemeenten de uitbreiding van de warmtelevering door afvalenergiecentrales is opgenomen om van het aardgas af te komen bij woningen en in de glastuinbouw, de verdere beprijzing van afvalverbranding bij de realisatie van de Regionale Energie Strategieën, effectieve besteding van de 1,4 miljard euro aan de uitbreiding van warmtenetten en de realisatie van betaalbare, duurzame energie voor burgers en glastuinbouw?

449.

Gaat de extra investering in verduurzaming van kwetsbare wijken lopen via de NIP lokale aanpak? Zo nee, wat wordt dan de governance?

450.

Hoe zullen de kosten per gereden kilometer voor het gebruik van elektrische en niet-elektrische personenauto’s zich ontwikkelen als gevolg van de voorgestelde stimuleringsregeling voor elektrisch rijden en de daaraan gekoppelde wijziging van de BPM?

451.

Hoeveel wordt de voor huishoudens geldende tarieven op gasgebruik tot een bepaald gebruik precies verlaagd ten opzichte van het nu, in 2023, geldende tarieven?

452.

Hoeveel gaat een gemiddelde huurder in een F- of G-woning er op voor- of achteruit bij de nieuwe tarieven op gas?

453.

Hoeveel huishoudens gaan er naar verwachting bij de nieuwe tarieven op gas op achteruit?

454.

Wat zal, naar verwachting, het gevolg zijn van de aanpassing van de tarieven op gas op het aantal huishoudens in energiearmoede?

455.

Waarom is er gekozen voor het koppelen van het gemeente- en provinciefonds aan het nominale bruto binnenlands product (bbp), terwijl het potentiële bbp een veel stabielere maatstaf is?

456.

Kan er nader uitgelegd worden op welke wijze het meerjarig historisch gemiddelde van de bbp-ontwikkeling wordt bepaald waaraan het GF/PF wordt gekoppeld, zoals welke jaren het betreft, op welk moment de toevoeging voor jaar «t» wordt vastgesteld en in hoeverre daarop nog correcties kunnen plaatsvinden?

457.

Zijn er manieren waarop eventuele procycliciteit die het gevolg kan zijn van de koppeling tussen de ontwikkeling van het bbp en het gemeente/provinciefonds wordt gemitigeerd?

458.

Waaruit bleek de genoemde instabiliteit van de huidige normeringssystematiek?

459.

Hebben gemeenten en provincies aangedrongen op het afschaffen van de huidige normeringssystematiek?

460.

Bleek uit de laatste evaluatie van de normeringssystematiek dat de huidige systematiek (te) instabiel was?

461.

Waaruit blijkt de beperkte koppeling tussen de huidige normeringssystematiek en de uitgavenontwikkeling bij gemeenten en provincies? Wordt hier gedoeld op bijvoorbeeld de ontwikkeling van de kosten van Jeugdzorg?

462.

Delen gemeenten en provincies de opvatting van het kabinet over instabiliteit en beperkte koppeling aan de uitgavenontwikkeling van de huidige normeringssystematiek?

463.

Zijn gemeenten en provincies akkoord met de nieuwe wijze van indexeren van gemeente- en provinciefonds?

464.

Is over de nieuwe vorm van indexatie overeenstemming met gemeenten en provincies?

465.

Moet de voorjaarsnota worden gezien als reactie op de motie Van Weyenberg/Van Dijk? Zo ja, hoe is het uitvoeringsplan en tijdpad hier in terug te lezen?

466.

Komt er nog apart een reactie op de motie Bromet/Mohandis over wettelijke verankering van de normeringssystematiek?

467.

Welke uitgavenontwikkelingen van gemeenten en provincies moeten worden bekostigd uit de volumecomponent?

468.

Wat gaat er nu concreet gebeuren op het punt van verruiming decentraal belastinggebied?

469.

Wat wordt er bedoeld met «op gemeentelijk niveau wordt in samenspraak met de VNG welke mogelijkheden er zijn»?

470.

Is er sinds het verschijnen van het coalitieakkoord overleg geweest met de VNG over verruiming van het decentrale belastinggebied? Zo ja, wat is daarvan de uitkomst en wat was de inzet van het kabinet?

471.

Klopt het dat de opbrengst van de aanpak fiscale constructies in 2024, 2025 en 2026 fors lager is dan in de Miljoenennota aangegeven? Klopt het dat dit gat gedekt wordt door de inkomstenbelasting in box 1 voor iedereen te verhogen? Wat is het effect hiervan op het netto inkomen van iemand die het wettelijk minimumloon verdient?

472.

Is het doel nog steeds om per 2027 550 miljoen euro op te halen met de aanpak van fiscale constructies?

473.

Hoeveel geld is gereserveerd voor koopkrachtpakket 2024?

474.

Als de aanpak belastingconstructies en fiscale regelingen niet resulteert in het invullen van de taakstelling, wordt de resterende dekkingsopgave ingevuld middels verhoging van het tarief van de eerste schijf. Welke eerste schijf betreft het? De eerste schijf van de inkomstenbelasting of de eerste schijf van de vennootschapsbelasting?

475.

Hoe komt de vervangende regeling voor het onbelast verstrekken van OV-abonnementen door werkgevers er in de praktijk uit te zien en waarin verschilt deze van de twee bestaande regelingen?

476.

Wat betekent «de mogelijkheden om deze regelingen te beëindigen of te versoberen worden in kaart gebracht»? Waarom zou het niet mogelijk zijn een regeling te beëindigen of versoberen als deze reeds negatief is geëvalueerd?

477.

Heeft het kabinet in kaart gebracht wat de gevolgen zijn voor de bouw van woningen van de aanpak vastgoedaandelentransacties met overgangsrecht? Zo ja, wat zijn hiervan de uitkomsten? Zo nee, waarom niet en zal het kabinet dit alsnog doen?

478.

Hoe zal de nieuwe verdeling van de bewijslastverdeling voor dividendstripping worden vormgegeven? Is in kaart gebracht of dit in overeenstemming is met Europees recht? Zo ja, wat waren de Europeesrechtelijke risico’s die naar voren kwamen? Zo nee, waarom niet en zal het kabinet dit alsnog in kaart brengen?

479.

Waar is het nieuwe percentage van 70 procent vrijstelling in de BOR op gebaseerd? En waar is het huidige percentage van 83 procent op gebaseerd?

480.

Klopt het dat het percentage van de vrijstelling in de BOR meermaals verhoogd is? Wat waren destijds de redenen voor de verschillende verhogingen?

481.

Klopt het dat het percentage van 5% minimaal belang voor de BOR en DSR alleen gebaseerd is op de algemene definitie van aanmerkelijk belang, die ook voor box 2 in de inkomstenbelasting gebruikt wordt? Waar is dit percentage op gebaseerd?

482.

De regering is voornemens om de drempel earningsstrippingmaatregel buiten toepassing te laten bij vastgoedlichamen met (aan derden) verhuurd vastgoed. Hoe zal deze maatregel precies worden vormgegeven? Heeft de regering in kaart gebracht wat de gevolgen zijn voor de bouw van woningen? Zo ja, wat zijn hiervan de uitkomsten? Zo nee, waarom niet en zal de regering dit alsnog doen?

483.

Heeft de regering overwogen om woningbouwcorporaties uit te sluiten van de earningsstrippingmaatregel op basis van de uitzondering voor publieke infrastructuurprojecten opgenomen in de ATAD-richtlijn? Zo nee, waarom niet? Is de regering ermee bekend dat Ierland woningbouwcorporaties uitsluit van de earningsstrippingmaatregel? Kan de regering aangeven of Ierland op dit punt een infractieprocedure tegen zich heeft vanuit de Europese Commissie? Zo nee, kan de regering dan ook overwegen om alsnog de uitzondering voor publieke infrastructuurprojecten opgenomen in de ATAD-richtlijn te implementeren en ook woningbouwcorporaties onder de reikwijdte van deze uitzondering te laten vallen?

484.

Is er contact geweest met belanghebbenden zoals familiebedrijven, de belastingadviessector en de wetenschap over de aanpak van de knelpunten in de BOR? Zo ja, welke partijen zijn geconsulteerd en wat is hieruit naar voren gekomen? Zo nee, waarom niet en is de regering dan voornemens om alsnog deze partijen te consulteren?

485.

Kan de raming van de opbrengsten van de «overige maatregelen BOR/DSR» uitgesplitst worden naar maatregel, dus i t/m v? Met andere woorden: wat is het budgettaire effect per specifieke maatregel?

486.

Wat houdt de verruiming van de herinvesteringsreserve inzake stoppersregelingen precies in?

487.

Waarom wordt er, door de lagere zorgpremie, gekozen voor een compenserende lastenverzwaring in de eerste schijf en het AOF gekozen en niet voor een lastenverzwaring op hogere inkomens of winst?

488.

Welke uitgaven worden gedekt door de compenserende lastenverzwaring die nodig is na de dalende zorgpremie?

489.

Hoeveel daalt de zorgpremie op jaarbasis door de meevaller in de Zvw?

490.

Hoeveel had de zorgpremie kunnen dalen door de meevaller in de Zvw?

491.

Hoe komt het dat de definitieve raming voor de structurele opbrengst van Pijler 2 zoveel lager uitvalt dan de oorspronkelijke raming?

492.

Hoeveel stijgt het tarief in de eerste schijf en de premie voor de AOF vanwege de dalende zorgpremie?

493.

Kan het kabinet, gelet op het feit dat het kabinet aangeeft dat de opbrengst van Pijler 2 534 miljoen euro minder is dan ingeboekt bij het coalitieakkoord, aangeven hoe dekking zal worden gevonden voor deze gemiste opbrengst?

Kan het kabinet aangeven waarom de opbrengst niet eerder is bijgesteld naar aanleiding van vragen van de Kamer over de opbrengst?

Kan het kabinet bevestigen dat de nu begrootte 466 miljoen euro wel realistisch is?

Kan het kabinet aangeven op basis waarvan de raming van 466 miljoen euro is gemaakt?

Kan het kabinet aangeven hoe de kosten voor de Belastingdienst en het bedrijfsleven zich verhouden tot de geraamde opbrengst van 466 miljoen euro? Is het kabinet bekend met de Europese zaak VF v. Council (T-143/23)? Hoe pakt het Nederlandse tonnageregime uit onder de Pijler 2-richtlijn? Is Nederland in overleg met de OESO en de Europese Unie over de interpretatie en toepassing van de uitzondering voor de scheepvaart?

494.

Wat is het effect van het opnemen van een deel van het pensioen ineens op de korte en middellange termijn op de gebudgetteerde inkomsten uit hoofde van de inkomensafhankelijke bijdrage in de WMO?

495.

Worden de koopkrachteffecten van het niet verlagen van de energiebelasting in beeld gebracht? Is het mogelijk om daarbij ook inzicht te geven in de samengestelde effecten indien gemeentelijke maatregelen worden meegewogen?

496.

Wat zijn de risico’s voor de begroting bij een lagere aflossing van uitstaande schulden dan momenteel geraamd?

497.

Wat wordt bedoeld met een «per saldo neutraal effect van 8 miljard euro» bij ProRail?

498.

Wat is het totale bedrag wat extra wordt uitgetrokken voor de Renovatie Binnenhof?

499.

Als economieën in het oosten van Europa groeien, kan dan verwacht worden dat onze relatieve afdracht aan de Europese Unie daalt?

500.

Wat zit er in de reeks «intern problematiek» op de JenV-begroting en kunt u daar een uitsplitsing van geven (Tabel 32)?

501.

Waarom is er slechts tot en met 2026 extra budget voor Asiel gereserveerd?

502.

Hoeveel wordt, gelet op het feit dat er wordt aangegeven dat er extra wordt geïnvesteerd in verkeershandhavingsmiddelen, maar er geen getal wordt genoemd in dat vakje, er extra geïnvesteerd?

503.

Hoe kan, indien het bedrag voor bewaken en beveiligen in 2023 14 miljoen euro is, dit het jaar erna 102 miljoen euro zijn als het een structurele groei hoort te zijn? Ook daalt het in 2026 weer, kan hier meer uitleg worden gegeven?

504.

Hoeveel zou het verhogen van het uurtarief van de vergoedingen voor sociaal advocaten naar 137 euro kosten?

505.

Kunt u een inschatting maken van de totale kosten, in brede zin, die een advocatenkantoor maakt voor de gehele opleiding van advocaat-stagairs?

506.

Hoeveel kost een indexatie van de lonen naar zeven procent voor de beroepsgroep van sociaal advocaten?

507.

Wat houdt een loonprijsbijstelling in voor de lonen van onder andere agenten, gevangenispersoneel en personeel van TBS-klinieken?

508.

Hoe is de reeks op asiel in tabel 32 tot stand gekomen op basis van de medio Meerjaren Productie Prognose (MPP)-aftoppen die in bijlage 3 van de Voorjaarsnota (bladzijde 5) wordt weergegeven? Waarom komen de cijfers niet overeen met elkaar?

509.

Hoe is er tot de bedragen van 43 miljoen euro aanvullende middelen voor jeugdbescherming in 2023 en 50 miljoen euro aanvullende structurele middelen voor jeugdbescherming vanaf 2024 gekomen? Waarom specifiek deze getallen?

510.

Zit binnen de 43 miljoen euro aanvullende middelen voor jeugdbescherming in 2023 en 50 miljoen euro aanvullende structurele middelen voor jeugdbescherming vanaf 2024 ook al het eerder aangekondigde extra geld om de werkdruk te verlagen en meer zijinstroom te werven?

511.

Klopt het dat in de Voorjaarsnota 2023 wordt uitgegaan van de te verwachten asielinstroom van 67.000 asielzoekers voor 2023? Zo ja, waarom wordt niet uitgegaan van de meest waarschijnlijke asielinstroom van ruim 70.000 asielzoekers voor 2023, zoals geschetst in de brief van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid d.d. 28 april 2023 (Actuele situatie asielketen)? Wat zijn te verwachten gevolgen van ontbrekende financiering voor ruim 3.000 asielzoekers voor 2023? Welk bedrag is hiermee gemoeid?

512.

Kan er meer toelichting komen over de interne problematiek en hoe die eigen begroting is ingepast, aangezien er nu geen enkele toelichting staat?

513.

Op welke manier wordt er gecontroleerd dat bij een lagere asielinstroom dan verwacht het geld gereserveerd voor asiel niet overbodig wordt uitgegeven?

514.

Is de MPP mede verhoogd als gevolg van het Algemene Rekenkamerrapport «Focus op opvangcapaciteit voor asielzoekers»? Zo nee, waarom is de MPP zo afwijkend? Zo ja, kan precies worden aangegeven hoe structureel wordt geraamd in plaats van incidenteel?

515.

Hoe staat de MPP in de Voorjaarsnota in verhouding tot het bericht van het COA dat de asielopvang maar licht stijgt in 2023? Waar zit het verschil in de raming van het MPP en die van het COA die is gebaseerd op de laatste asielprognoses van het Ministerie van Justitie en Veiligheid?

516.

Wordt er bezuinigd op Ontwikkelingssamenwerking? Zo ja, hoeveel en in welke jaren?

517.

Welk bedrag aan ODA-middelen wil het kabinet besteden aan asielopvang? Hoeveel meer is dit dan tot nu toe de bedoeling was?

518.

Klopt het dat er extra geld wordt uitgegeven aan asiel, namelijk 1,1 miljard euro in 2023 en 1,5 miljard euro in de jaren daarna? Klopt het dat deze extra uitgaven uit ODA-gelden worden betaald, namelijk 0,6 miljard euro in 2023 oplopend tot 1,1 miljard euro in 2025? Hoe verhoudt dit zich tot de 9 miljard euro extra voor asiel die elders wordt genoemd?

519.

Hoeveel geld wordt er bespaard met het beperken van het verlagen van de griffierechten?

520.

Is het verstandig om de 14 miljoen euro aan reserveringen voor de schade uit de Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts) te laten vrijvallen nu er nog steeds rechtszaken lopen en er politiek debat is over de overstromingen in Limburg?

521.

Voor hoelang blijft gemeentelijke opvang Oekraïners nog een post op de begroting? Op welk moment gaat het kabinet naar meer permanentere accommodatie kijken als de oorlog in Oekraïne voortduurt?

522.

Waarom is de intensivering op het budget van de NCDR van 1 miljoen euro beperkt tot 2023 en 2024? Is het budget van de NCDR van 3,5 miljoen euro structureel, dus ook na 2024?

523.

Wat is de oorzaak van de meevaller op de huurtoeslag en in hoeverre is het aannemelijk dat deze meerjarig is (p.79)?

524.

Welk deel van de intensiveringen van vier miljoen euro op anti-discriminatie is bedoeld voor Caribisch Nederland en welk deel voor de antidiscriminatievoorzieningen (ADV’s)? Is dit bedoeld voor de ADV’s in Nederland of in het Caribisch gebied? Welk deel is bedoeld voor de kabinetsreactie op het slavernijverleden?

525.

Kan uitgebreider worden toegelicht hoeveel geld er precies voor welk doel extra beschikbaar wordt gesteld voor de invoering van de Omgevingswet en hoeveel geld hiervoor precies waardoor wordt gedekt?

526.

Klopt het dat de Huurcommissie middels deze Voorjaarsnota 4,1 miljoen euro (2023) en 1,1 miljoen euro (2024) extra krijgt of was dit geld eerder al toegezegd of wordt er op een ander moment minder geld aan de Huurcommissie beschikbaar gesteld?

527.

Wat zijn de gevolgen van de vermindering van beschikbare middelen voor de fysieke herplaatsingsgarantie van de flexwoningen?

528.

Kan helder worden aangegeven of er minder budget beschikbaar wordt gesteld voor de huurtoeslag en hoeveel dit per saldo precies is voor 2023 en de jaren daarna?

529.

Door middel van welke waarborgen zorgt het kabinet er voor dat de middelen voor de startbouwimpuls vooral ten goede komen aan de bouw van betaalbare woningen?

530.

Op welke wijze wordt voorkomen dat middelen vloeien naar projecten met vooral dure woningen?

531.

Hoe wordt voorkomen dat de ge-eiste optimalisatie van projecten niet ten koste gaat van betaalbare woningen?

532.

Hoe wordt bepaald of economisch verslechterde omstandigheden de oorzaak zijn van het niet starten van een project of is dit geen vereiste

533.

Hoe ziet u de uitvoering van deze regeling door gemeenten voor zich, dienen zij hierin ook een bijdrage te leveren?

534.

Wat zijn de gevolgen voor de woningbouwimpuls (WBI) van deze kasschuif?

535.

Wat zijn gevolgen voor de projecten die potentieel in aanmerking zouden komen voor WBI-middelen? Welke maatregelen neemt het kabinet om ervoor te zorgen dat ook deze woningbouwprojecten door kunnen gaan?

536.

Komt er één specifieke uitkering voor alle middelen in het kader van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid (NPLV)?

537.

Hoe verhoudt het toezicht door het programmabureau NPLV zich tot andere vormen van (interbestuurlijk) toezicht?

538.

Waarom is er naast de verantwoordingseisen van specifieke uitkeringen nog apart toezicht en monitoring door het programmabureau NPLV nodig?

539.

Waarom is er wel een regeling voor verduurzamen van Rijksvastgoed, maar geen aparte regeling voor gemeentelijk vastgoed?

540.

Kan de passage die op meerdere pagina's staat: «Dit betreffen diverse desalderingen die met het voorjaarsloket worden verwerkt.» in begrijpelijke taal worden toegelicht?

541.

Waarvoor is de kasschuif CA kansengelijkheid bedoeld?

542.

Welk bedrag wordt uitgetrokken ten behoeve van de energiecompensatie voor gesubsidieerde organisaties?

543.

Is het bedrag dat voor 2022 was gereserveerd voor studentenwelzijn daadwerkelijk besteed aan studentenwelzijn? Zo ja, hoeveel is hiervan besteed en waaraan?

544.

Kan worden uitgelegd hoe is gekomen tot het bedrag van 10,2 miljoen euro voor onderwijshuisvesting, hierbij meenemende dat het IBO-rapport over onderwijshuisvesting om 730 miljoen euro structureel vroeg?

545.

Kunt u toelichten waarom juist in het funderend onderwijs (artikel 1 en 3) cumulatief circa 500 miljoen euro en structureel 59 miljoen euro wordt bezuinigd op de loon- en prijsontwikkeling om te voldoen aan de Rijksbrede dekkingsopgave, daar waar juist de loon- en prijsontwikkeling in deze tijd zo belangrijk is? Kunt u het effect uitleggen dat deze bezuiniging heeft op de uiteindelijke loon- en prijsbijstelling?

546.

Betekent de «additionele bijdrage aan de dekkingsopgave» in gewone mensentaal dat de inflatie niet volledig wordt gecorrigeerd en het primair en voortgezet onderwijs de komende jaren dus opgeteld zo’n 560 miljoen mislopen?

547.

Hoeveel bedraagt de incidentele extensivering voor residentieel onderwijs

548.

Hoeveel bedraagt de extensivering van het budget voor infrastructuur-basisvaardigheden? Hoe verhoudt deze extensivering zich met de uitgaven binnen het aangekondigde Masterplan Basisvaardigheden?

549.

Hoeveel bedraagt de extensivering op de regeling voortijdig schoolverlaten in het voortgezet onderwijs?

550.

Hoeveel bedraagt de extensivering op de lumpsum mbo?

551.

Wat betekent het inzetten van de loon- en prijsontwikkeling (lpo) voor de Rijksbrede dekkingsopgave voor het salaris van docenten in het po- en vo-onderwijs de komende jaren? Wat betekent het inhouden van incidenteel lpo voor een lerarensalaris?

552.

Kunt u de Overige intensiveringen, die optellen tot 61,7 miljoen euro, uitsplitsen naar onderwerp en bedrag?

553.

Hoeveel wordt er incidenteel geëxtensiveerd op de coalitieakkoord middelen voor residentieel onderwijs? Waar binnen de middelen van residentieel onderwijs wordt dat weggehaald? Waarop is gebaseerd dat extensivering binnen dit budget mogelijk is?

554.

Klopt het dat de loon- en prijsbijstelling 2023 in het primair en voortgezet onderwijs niet (volledig) wordt uitgekeerd?

555.

Wordt er gekort op de loonruimte voor onderwijspersoneel? Zo ja, hoeveel en waar?

556.

Wordt er gebruikt gemaakt van de beleidsmatige knop?

557.

Is de ILO (incidentele loon ontwikkeling) beschikbaar?

558.

Zijn alle componenten van het referentiemodel (CLS, SLO, ILO) beschikbaar?

559.

Hoeveel is de extensivering op de lumpsum van het mbo ten behoeve van de vergoeding van het reisproduct?

560.

Hoeveel levert het stopzetten van de subsidie tweede lerarenopleiding op?

561.

Kan u een overzicht geven van hoe de middelen uit het coalitieakkoord voor kansengelijkheid zijn ingezet per 2023 (300 miljoen euro)? Kunt u globaal aangeven hoe de oploop zoals vermeld in het coalitieakkoord in 2024 (900 miljoen euro) en 2025 (1 miljard euro) ingezet gaat worden? Kunt u ook een dergelijk overzicht geven voor de coalitieakkoord-middelen voor het versterken van de onderwijskwaliteit per 2023 en de daaropvolgende jaren?

562.

Kunt u specifieker aangegeven hoe en hoeveel er wordt ingehouden op de LPO in het primair onderwijs (po)en het voortgezet onderwijs (vo)?

563.

Vindt u dat de «extra prijsbijstelling 2022 R» noodzakelijk is voor schoolbesturen om de gestegen energierekening te kunnen voldoen?

564.

Kunt u uiteenzetten waar de 500 miljoen euro over de meerjarenperiode en de 59 miljoen euro structureel van de LPO op artikel 1 en 3 wordt weggehaald? Wat betekent dit concreet voor scholen?

565.

Klopt het dat de lumpsum van scholen niet geïndexeerd kan worden? Is dat een verandering in beleid? Wat betekent dit concreet voor scholen?

566.

Waar wordt de extra prijsbijstelling in het po en vo concreet voor gebruikt in de jaren 2023 t/m 2027?

567.

Klopt het dat de extra prijsbijstelling voor de compensatie energielasten wegvallen in 2025 en 2026? Klopt het dat schoolbesturen in meerjarenplanningen het geld voor de dekking van de gestegen energielasten dan ergens anders vandaan moeten halen, zoals bijvoorbeeld het personeelsbestand?

568.

Kunt u toelichten wat wordt bedoeld met de bezuiniging op de reeks ondersteunende infrastructuur van 111 miljoen euro?

569.

Wat houdt het «meer ruimte geven aan de Nationale Publieke Omroep (NPO) om meer reclameopbrengsten te generen» precies in? Kan er iets gezegd worden over de stijging van het aantal reclames door verlaging van de Rijksmediabijdrage? Hoeveel inkomsten genereert de NPO op dit moment uit reclames?

570.

Wat houdt de reeks ondersteunende infrastructuur in?

571.

Hoe hoog zijn de middelen die worden ingehouden bij subsidies voor doorstroom en bij zij-instroom?

572.

Hoe hoog is de incidentele loon- en prijsontwikkeling voor het hoger onderwijs (ho) en wetenschap? Wat betekent het inzetten hiervan voor een lerarensalaris?

573.

Wat is de omvang van de incidentele LPO die wordt ingezet voor de dekkingsopgave als onderdeel van de resterende middelen van het stopzetten van de halvering van het collegegeld?

574.

Hoeveel levert het stopzetten van de subsidie online onderwijs op?

575.

Hoeveel leraren kunnen geen gebruik meer maken van de subsidie tweede lerarenopleiding door het stopzetten van de subsidie?

576.

Hoeveel minder studenten worden er verwacht in de jaren 2023 tot en met 2028?

577.

Wat wordt bedoeld met de reeks infrastructuur en basisvaardigheden, waar cumulatief 111 miljoen euro op wordt ingehouden? Gaat dit over het masterplan basisvaardigheden of is dit een ander potje? En wat valt er onder infrastructuur? Hoe is tot het bedrag van 111 miljoen euro gekomen?

578.

Kan worden uitgelegd hoe is gekomen tot het inhouden van het bedrag van 6,0 miljoen euro op de subsidie zij-instroom? Was er geld over op de subsidie zij-instroom tot nu toe? Zo ja, hoeveel? Waar wordt de 6,0 miljoen euro zij-instroom precies weggehaald?

579.

Wat valt er onder de incidentele prijsbijstelling, waar cumulatief 62 miljoen euro over de meerjarenperiode van wordt ingehouden?

580.

Kunt u concreet aangeven welk bedrag is vrijgekomen door de afschaffing van de halvering van het collegegeld?

581.

Welke alternatieven zijn overwogen voor de rijksbrede dekkingsopgave die nu gedekt gaan worden middels de resterende middelen van het stopzetten van de halvering collegegeld?

582.

Wat is de omvang van het bedrag van de incidentele LPO die op de middelen die vrijkomen uit de halvering collegegeld worden ingezet?

583.

Kan worden uitgelegd hoe is gekomen tot het inhouden van het bedrag van 6,9 miljoen euro op de subsidie doorstroom vmbo naar havo/mbo? Was er geld over op die subsidie tot nu toe? Zo ja, hoeveel? Waar wordt de 6,9 miljoen euro precies weggehaald?

584.

Klopt het dat er nog maar 140 miljoen euro aan extra prijsbijstelling over is gebleven van de 400 miljoen euro waar bij de Najaarsnota over gesproken is? Kunt u specificeren wat het aandeel is voor het po en vo? Kunt u, gezien de scherpe daling van het budget, toelichten op welke wijze en in welke mate scholen worden gecompenseerd die extra hard getroffen zijn door de bij hen fors gestegen energieprijzen?

585.

Kunt u aangeven hoe de veel lager uitvallende extra prijsbijstelling voor gestegen (energie)prijzen (400 miljoen euro in Najaarsnota versus 140 miljoen euro voor 2023) wordt verdeeld over de verschillende sectoren? En kunt u inzicht geven of dit bedrag voldoende is voor het compenseren van die scholen die geconfronteerd zijn met een forse stijging van de energieprijzen?

586.

Wordt het uit te keren bedrag voor de koopkrachtmaatregel voor studenten vastgesteld door het uitgetrokken bedrag van 500 miljoen euro te verdelen over het aantal studenten dat hier aanspraak op maakt?

587.

Wat zijn de gevolgen voor de hoogte van de uit te keren koopkrachtmaatregel aan studenten nu er een neerwaartse bijstelling van de studentenaantallen heeft plaatsgevonden?

588.

Wat is de autonome tegenvaller bij de kindregeling?

589.

Wat is het aandeel van de loon- en prijsbijstelling die terecht komt bij het personeel van defensie?

590.

Is er zicht op het kunnen overgaan tot uitgeven van de middelen arbeidsvoorwaarden? Zo ja, vanaf wanneer?

591.

Is er voldoende ruimte om tekorten aan materialen die nodig zijn voor spooronderhoud financieel te dekken?

592.

Wat is betreffende de kasschuif Oekraïne «het juiste ritme?» Wat houdt dit ritme in?

593.

Wat is betreffende de kasschuif vastgoed «het juiste ritme?» Wat houdt dit ritme in?

594.

Welke budgetten worden er per modaliteit gereserveerd voor de aanleg en het onderhoud van infrastructuur voor respectievelijk autoverkeer, openbaar vervoer, de fiets en de binnenvaart?

595.

Welke infrastructurele projecten gaan door deze maatregelen vertragingen opleveren?

596.

Op welke artikelen worden de budgetten nog meer naar beneden bijgesteld en welke projecten gaan daar vertragingen oplopen/wordt de financiering stopgezet?

597.

Wat zijn de gevolgen voor MIRT-projecten, zoals concreet de flessenhals bij Meppel?

598.

Kan in een overzichtelijk schema de actuele stand van zaken van het transitievangnet-OV worden weergegeven en hoe dit geld precies wordt verdeeld?

599.

Wat is de financiële omvang van de impact van de energieprijzen op de OV-sector (die de Staatssecretaris van I&W als «beperkt» bestempelt)?

600.

Kunt u aangeven wat de verwachte tarief-ontwikkeling in het regionaal OV in 2024 zal zijn na de tarief stijgingen van 2023 (ruim zeven procent)?

601.

Kunt u aangeven waarom er in het Klimaatfonds wel extra middelen zijn vrijgemaakt voor elektrische auto’s maar niet voor openbaar vervoer, terwijl openbaar vervoer (samen met fiets) wel genoemd wordt als vorm van schone mobiliteit en gezien de neergang waar het openbaar vervoer voor staat nu er geen geld beschikbaar wordt gesteld voor urgente OV-vraagstukken?

602.

Hoeveel bedroegen de opbrengsten per jaar uit de ODE in de jaren 2013–2023?

603.

Hoeveel SDE-middelen zijn er in de jaren 2013–2023 per jaar onttrokken uit de SDE-reserve voor uitgaven die niet direct te maken hebben met SDE-subsidies?

604.

Kunt u een berekening geven van de totale, meerjarige omvang van de SDE-meevaller en hoe u voorstelt deze in te zetten?

605.

Is er uitvraag gedaan bij de NVWA over de benodigde financiering om de capaciteit dusdanig op te schalen dat ze aan haar mandaat kan voldoen, wat is het benodigde bedrag, en in hoeverre zijn de additionele gelden in dat licht voldoende?

606.

Wat valt er allemaal onder de reeks «overige besluitvorming» in tabel 50?

607.

Kan het verwachte arbeidsmarkteffect gekwantificeerd worden van de afschaffing van het loonkostenvoordeel (LKV) voor ouderen?

608.

Wat wordt bedoeld met de zin dat «een deel van de Coalitieakkoordmiddelen voor arbeidsmarkt, armoede en schulden wordt overgeheveld naar de begroting van SZW, en structureel wordt ingezet voor de Rijksbrede dekkingsopgave.», aangezien de middelen voor armoede en schulden worden toch uitgezonderd van de bezuinigingen?

609.

Wat is de onderbouwing van de 20 miljoen euro besparing op het re-integratiebudget van gemeenten? Wordt dit een uitname uit het Gemeentefonds?

610.

Vanaf welke hoogte van het inkomen moet de eigen bijdrage gaan tellen in de WMO?

611.

Wat is het effect van de eigen bijdrage WMO op de stapeling van eigen bijdrage voor mensen met een beperking per inkomensgroep?

612.

Wat wordt de maximale eigen bijdrage voor cliënten in de WMO?

613.

Waarom wordt er ook een bezuiniging in verband met de herinvoering van de eigen bijdrage in de WMO van 17,5 miljoen euro en 15,1 miljoen euro voor respectievelijk 2023 en 2024 voorgesteld, aangezien hiervoor eerst nog een wetswijziging nodig is?

614.

Op welke punten was er precies een structurele onderuitputting op de VWS-begroting en waardoor werd deze veroorzaakt?

615.

Wat betekent de bezuiniging van 77,7 miljoen euro op «Inzet prijsbijstelling» concreet en wie merken daar de effecten van?

616.

Waar gaat de 1,4 miljard euro die uit de post «Corona» wordt gehaald precies heen? Blijft die op de VWS-begroting of verdwijnt die in de algemene middelen?

617.

Hoe gaat de 65 miljoen euro voor dak- en thuislozenopvang worden besteed?

618.

Welke plannen lagen er voor de (inmiddels vervallen) extra besparing van 100 miljoen euro op Jeugdzorg? Welke plannen zijn er voor de extra besparingen in 2025 en verder?

619.

Welke onderdelen van de IZA-transformatiemiddelen worden via de VWS-begroting beschikbaar gesteld en welke worden via

de premiegefinancierde zorguitgaven beschikbaar gesteld?

620.

Hoeveel geld is er beschikbaar voor het aanpakken van de wachtlijsten in de zorg?

621.

Welke middelen worden ingezet voor nieuwe medicijnen voor ziektes waar geen of weinig medicatie voor beschikbaar is?

622.

Welk deel van het budget van het Ministerie van VWS wordt ingezet voor het betalen van influencers op social media?

623.

Worden er middelen ingezet voor het bestrijden van eenzaamheid en zo ja hoeveel?

624.

Waarvoor wordt 51 miljoen euro die structureel wordt bezuinigd op prijsbijstelling voor ingezet?

625.

Waarvoor dient de prijsbijstelling en wat is precies het effect van de ombuiging van incidenteel 77 miljoen euro en structureel 51 miljoen euro?

626.

Wat betekent de herinvoering van de eigen bijdragen voor de WMO voor maximale eigen bijdrage die verschillende inkomensgroepen zullen kunnen betalen aan de WMO? Kunt u aangeven wat de maximale eigen bijdrage is voor een huishouden met een half-modaal inkomen, een modaal inkomen of twee keer modaal inkomen?

627.

Hoe worden prijzen op de VWS-begroting bijgesteld als de beschikbare middelen vervolgens niet worden ingezet om prijzen bij te stellen maar ter dekking van verschillende intensiveringen en tegenvallers op de begroting? Betreft dit ook middelen die gebruikt zouden kunnen worden voor het bijstellen van de OVA-ruimte?

628.

Hoe gaat de hoogte van de eigen bijdrage WMO er per inkomensgroep uit zien? Worden de inkomensgrenzen aangehouden zoals die in het concept wetsvoorstel eigen bijdrage huishoudelijke hulp zijn voorgesteld?

629.

Welke maatregelen vallen er allemaal onder de reeks «sociaal medisch beoordelen» in tabel 58?

630.

Kan, voor wat betreft de verticale toelichting over de zorg, nader toegelicht worden tussen de reeks die voor de herinvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage WMO wordt genoemd onder het kopje «besluitvorming» en de reeks die wordt genoemd onder het kopje «technisch», en kan daarbij tevens worden aangegeven in welke reeks de uitvoeringskosten verwerkt zijn en hoe hoog deze per jaar zijn?

631.

Welke impact heeft de maatregel maatwerk PGB op (toekomstige) pgb-houders die Wlz-zorg inkopen als het gaat om de tarieven die zij kunnen vragen?

632.

Wordt de modernisering van het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) nu definitief geschrapt of wordt deze slechts uitgesteld?

633.

Hoe wordt de taakstelling van de GVS-modernisering nu precies gedekt? Betekent «de vertraagde doorwerking van het algemene prijspeil naar het uitgavenkader voor apotheekzorg» dat er minder geld naar de apotheken gaat?

634.

Waarom zit er vanaf 2026 zo'n 3 miljard euro minder in het Gemeentefonds?

635.

Kan de Westerscheldetunnel op basis van de huidige prognoses per 2025 tolvrij worden gemaakt met de 140 miljoen euro die hiervoor is geserveerd vanuit het Nationaal Groeifonds?

636.

Hoe kan het dat het accres van 2025 op 2026 nauwelijks stijgt? Verwacht het kabinet dan geen loon- en prijsontwikkelingen?

637.

Wat is de reden dat de reeks van in totaal vier miljard euro wel ten laste van de EMU-schuld gaat (en de plafonds gecorrigeerd worden) en de langjarig reeks van 7,5 miljard euro niet?

638.

Zijn er gevolgen voor de studiebeurs en zo ja wat zijn de gevolgen van het feit dat 60,4 miljoen euro vanuit de reservering herinvoering studiebeurs wordt gereserveerd ter invulling van de dekkingsopgave?

639.

Kunnen de kosten vanwege het invaren in de nieuwe pensioenregeling waardoor er een bijstortingsverplichting is ontstaan van 8,5 miljard euro kosten worden gezien als een effect van de invoering van de nog niet in de Eerste Kamer goedgekeurde WTP (Wet Toekomst Pensioenen)? Was dit bij de behandeling van deze wet reeds bekend. Zo ja, waarom is dit dan niet toen meegenomen?

640.

Kunt u toelichten hoe het budget voor de reservering pensioenen defensie is opgebouwd en de onderliggende berekening delen?

641.

Welke andere budgettaire gevolgen zijn voorzien voor publieke sectoren waar de rijksoverheid een belangrijke rol speelt in de arbeidsvoorwaarden (onderwijs, zorg, ambtenaren cao) als gevolg van het invaren van pensioenen en de compensatie van het afschaffen van de doornseepremie?

642.

In de Voorjaarsnota staat dat de asieltegenvallers worden bekostigd door middel van bijdragen van de ODA. Kunt u voor de jaren 2023 tot en met 2026 aangeven hoe deze uitgaven worden gedekt binnen de ODA?

643.

Kunt u voor de jaren 2023 tot en met 2026 aangeven welk percentage van het totale ODA-budget aan de asieltegenvaller wordt uitgegeven?

644.

Kan een overzicht worden gegeven van de dekking asieltegenvaller per artikel? Zo nee, wanneer kan worden aangegeven hoe de dekking asieltegenvallers per artikel wordt uitgesplitst per subartikel?

645.

Worden de netto ODA-percentages van het BNI veranderd door de mutaties in de Voorjaarsnota? Zo ja, kan een meerjarig overzicht worden gegeven van het netto ODA-percentage van het BNI? Kan in dit overzicht de stand van het netto ODA-percentage van het BNI in de HGIS-nota 2023 zoals weergegeven in bijlage 6 ook worden opgenomen?

646.

Klopt het dat de bij BHOS ingeboekte bezuiniging op de vijf beleidsartikelen indicatief is en dat dit niet de definitieve verdeling weergeeft? Is dit een verdeling op basis van het relatieve omvang van de begrotingsartikelen? Zo nee, waar is deze verdeling wel op gebaseerd?

647.

Wordt bij de definitieve bezuiniging per artikel door het Ministerie van Financiën/IRF met klem gekeken naar de doelmatigheid van ODA-bestedingen, om zo de derving van OS-impact door de bezuiniging tot een minimum te beperken?

Wat zijn de maatregelen die de kleinste impact hebben op kwetsbaren wereldwijd?

Is de inzet om bezuinigingen op kwetsbaren en noodhulp te voorkomen? Wordt bij de opgave met name gekeken naar beleidsprogramma's die door de IOB negatief zijn geëvalueerd (zie bijvoorbeeld de passage: «Over het algemeen is het Nederlandse handels- en investeringsbeleid niet voldoende uitgewerkt, noch stelselmatig in concrete beleidsstandpunten en instructies geoperationaliseerd.

Het was niet duidelijk wat de gewenste resultaten, indicatoren en rode lijnen waren voor de prioritaire onderwerpen. «, en https://www.iob-evaluatie.nl/resultaten/handels-en-investeringsbeleid)»?

648.

Klopt het dat de Verdeelsleutel van Bijlage 2 de bezuinigingstaakstelling per departement weergeeft? Klopt het dat het Ministerie van Defensie dus voor 4,7 procent moet bijdragen aan de bezuiniging van 2,5 miljard euro?

649.

Klopt het dat armoedebestrijding wordt uitgezonderd van de bezuinigingstaakstelling?

650.

Klopt het dat het Ministerie van Defensie wordt uitgezonderd van de bezuinigingstaakstelling?

651.

Welk deel van de middelen voor Roemer en van de envelop arbeidsmarkt, armoede en schulden staan nog op de Aanvullende Post? Waar zijn deze precies voor bedoeld? Op welke beleidsdiscussie hangt het overmaken van de middelen?

652.

Zijn er, gelet op het feit dat op de Aanvullende Post staan onder «overige dossiers medeoverheden» nog middelen zijn gereserveerd voor de uitvoeringskosten Omgevingswet gemeenten/provincies (2023–2025), over deze posten al bestuurlijke afspraken gemaakt? Wanneer kunnen de medeoverheden over deze bedragen beschikken?

653.

Is in de Voorjaarsnota ook extra geld uitgetrokken voor Groningen voor het jaar 2023? Zo ja, hoeveel en waar is dat te vinden? Zo nee, waarom niet?

654.

Wat zijn naar de huidige inschatting de extra kosten voor versterking en schadeafhandeling die voortvloeien uit de aangekondigde beleidswijzigingen voor schade en versterking in de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête Groningen? Hoe worden die gefinancierd?

655.

In hoeverre neemt het kabinet de aanbeveling van de parlementaire enquête over dat Staat en oliemaatschappijen voortaan gezamenlijk een actueel en transparant overzicht schetsen van alle nog te verachten kosten en daarvoor gereserveerde middelen?

656.

Wat is de reden dat in het extrapolatiejaar 2029 wel uitgaven voor schade worden geraamd maar niet voor versterking? Gaat het kabinet ervan uit dat na 2028 de versterkingsoperatie is afgerond en er daarna geen geld meer nodig zal zijn voor versterking?

657.

Heeft het kabinet genoeg budgettaire ruimte geraamd voor eventuele versterkingskosten na 2028?

658.

Waarom is ervoor gekozen schade en versterking onderdeel te maken van de algemene begroting? Hoe wordt geborgd dat dit niet ten prooi valt van eventuele bezuinigingen?

659.

Welke maatregelen worden getroffen om te zorgen voor voldoende beschikbaar personeel en materieel voor de versnelling van de uitrol van duurzame energie?

660.

Wat is het toetsingskader op basis waarvan financiële bijdragen vanuit het Rijk in het licht van de maatwerkafspraken worden bepaald en hoe wordt voorkomen dat niet meer dan strikt noodzakelijk wordt uitgekeerd?

661.

Kan het naar voren halen van het verbod op verhuur van woningen met EFG-labels naar 2029 ertoe leiden dat er leegstand ontstaat in woningen die nog niet verduurzaamd zijn en juist nu in deze woningcrisis heel hard nodig zijn?

662.

Welke doelen zijn er voor het verduurzamen van gebouwen van maatschappelijke voorzieningen, zoals scholen, buurthuizen en sportverenigingen, en worden daar ook extra middelen voor uitgetrokken?

663.

Hoe wordt ervoor gezorgd dat geld dat beschikbaar komt voor de verduurzaming van woningen ook en vooral huishoudens die in energiearmoede leven bereikt?

664.

Hoeveel bedrijven hebben reeds gebruik gemaakt van de beëindigingsregeling en hoeveel van de met dit instrument beoogde reductie is daarmee bereikt?

665.

Hoe wordt de doelmatigheid geborgd van «innovaties op het boerenerf» bezien vanuit het totaal aan doelstellingen binnen het NPLG?

666.

Hoe kan het dat de Najaarsnota 300 miljoen euro becijferde voor de extra prijsbijstelling en dat nu maar 127 miljoen euro is?

667.

Wat kost het afschaffen van de btw op het openbaar vervoer? Staat het lidstaten vrij om dit te doen?

668.

Hoe wordt een vastgoedlichaam gedefinieerd in het kader van het tegengaan van opknipgedrag bij vastgoed-bv’s om maximaal te profiteren van renteaftrek?

669.

Wat is het effect op de fiscale druk voor woningcorporaties van het afschaffen van de drempel in de earningstrippingmaatregel binnen de VPB?

670.

Is het niet redelijk om woningcorporaties uit te zonderen van de maatregel tegen opknipgedrag aangezien woningcorporaties zich niet zonder meer kunnen opsplitsen?

671.

Is het mogelijk om corporaties wederom te compenseren voor de aanscherping van ATAD?

672.

Welke concrete resultaten worden verwacht van de «gedachtevorming over het migratievraagstuk» (Beslisnota Deel 3, pag. 1) en hoe worden deze resultaten precies vertaald naar het structurele uitgavenniveau na 2026?

Naar boven