2022D09780 LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de brief van de Minister van 9 februari 2022 over Voortgang realtime Vervoersbewijs Dierlijke Meststoffen (rVDM) (Kamerstuk 33 037, nr. 435) en een aantal aanpalende brieven in het kader van de voorbereiding van een commissiedebat over Mestbeleid.

De voorzitter van de commissie, Geurts

Adjunct-griffier van de commissie, Meijer

I. Totaallijst feitelijke vragen

1

Is er in het kader van het realtime Vervoersbewijs Dierlijke Meststoffen (rVDM) aan gedacht om in beeld te brengen waar de internetverbinding in Nederland zwakke plekken kent zodat daarop geanticipeerd kan worden?

2

Op welke wijze houdt u rekening met de gehaltes nitraat en fosfaat in water dat vanuit het buitenland Nederland binnen stroomt en fors over de Nederlandse normen in het kader van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de Nitraatrichtlijn voor fosfaat en nitraat heen gaat?

3

Welke gevolgen heeft het voor de Nederlandse opgave als er water het land in stroomt dat niet aan de Nederlandse normen voldoet?

4

Hoe wordt de invloed van eutrofiëring door vallende bladeren gescheiden van invloed door bemesting?

5

Hoeveel ruimte hebben waterschappen om eigen normen op te leggen voor nitraat en fosfaat in het oppervlaktewater?

6

In hoeverre gaat het instrument van opkoop en uitkoop gebruikt worden om de normen van de KRW te halen?

7

Wordt er een onderscheid gemaakt tussen het halen van KRW-doelen in natuurlijke wateren en niet natuurlijke wateren?

8

Is het waar dat het vaststellen van normen voor niet natuurlijke wateren in het kader van de KRW een politieke afweging is?

9

Is er in beeld gebracht wat de gevolgen zijn van het addendum op het zevende actieprogramma voor de voedselproductie in Nederland en de gevolgen daarvan wereldwijd?

10

Is er een overzicht van de hoeveelheid hectare die als gevolg van het zevende actieprogramma niet meer bemest kan worden?

11

Is het waar dat Nederland de nitraatconcentratie in de wortelzone beoordeelt in het kader van de Nitraatrichtlijn, terwijl andere landen dieper in de bodem meten?

12

Hoe gaat u de voorgenomen eis van volledige grondgebondenheid voor melkveebedrijven in het kader van de aanvullende maatregelen voor het zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn invullen, ofwel wat verstaat u in dit verband onder volledige grondgebondenheid?

13

Welke gevolgen hebben de voornemens in het zevende actieprogramma en het addendum daarop, zoals bufferzones, teeltvrije zones en bemestingsvrije zones, op de grondgebondenheid in de melkveehouderij?

14

Vallen onder milieudoelstellingen, die verder gaan dan die welke op grond van de voor de betrokken ondernemingen verplichte Europese Unie-normen zouden zijn bereikt, ook een lager dan gemiddelde emissieafdruk per eenheid product?

15

Kan een lage emissieafdruk per eenheid product vallen onder de voorwaarden om een ontheffing of vrijstelling, bedoeld in artikel 38a, eerste lid, van de Meststoffenwet, toe te kennen?

16

Welke mogelijkheden zijn er om bedrijven tegemoet te komen nu er fors onder productieplafonds geproduceerd wordt?

17

Is er een ondergrens aan de omvang fosfaatrechten die minimaal in de vrije markt over moeten blijven?

18

Kan het afromen van fosfaatrechten een prijsopdrijvend effect op fosfaatrechten in de vrije markt hebben?

19

Mag de overheid volgens staatssteunregels een prijsopdrijvend effect op verhandelbare rechten veroorzaken?

20

Hoeveel bedrijven hebben in 2021 fosfaat moeten leasen en hadden meer dan 100 kilogram fosfaat extra nodig om hun productie te verantwoorden?

21

Wat is de beoogde einddatum van het stelsel van fosfaatrechten?

22

Klopt het dat bewerkte dierlijke mest voor een boer thans meetelt voor zijn of haar totale gebruiksruimte van dierlijke mest? Klopt het dat boeren daardoor in de praktijk hun overschot aan dierlijke mest afvoeren en vervolgens kunstmest aanvoeren om hun land te bemesten?

23

Wat zijn mogelijk nadelige gevolgen van gebruik van bewerkte organische meststoffen en kunstmestvervangers – zoals opgewerkt digestaat of mineralenconcentraat – voor bijvoorbeeld bodemkwaliteit, uitspoelingsrisico en duurzaamheid ten opzichte van kunstmest?

24

Wat zijn mogelijk positieve gevolgen van gebruik van bewerkte organische meststoffen en kunstmestvervangers – zoals opgewerkt digestaat of mineralenconcentraat – voor bijvoorbeeld bodemkwaliteit, uitspoelingsrisico en duurzaamheid ten opzichte van kunstmest?

25

Welke nationale en Europese wet- en regelgeving normeert op dit moment de maximale plaatsingsruimte van dierlijke mest? Welke nationale en Europese wet- en regelgeving zou moeten worden aangepast om de plaatsingsruimte voor kunstmestvervangers te vergroten?

26

Wat is uw huidige inzet omtrent het verkleinen van het kunstmestgebruik in Nederland?

27

Wat is uw huidige inzet omtrent het algemeen toestaan van het gebruik van kunstmestvervangers in Nederland?

28

Wat is de huidige stand van zaken omtrent het contact met Brussel over het vraagstuk om het gebruik van kunstmestvervangers uit dierlijke mest voor alle boeren toe te staan?

29

Wanneer verwacht u een appreciatie van de Europese Commissie over de positieve uitkomsten van de Nederlandse pilots omtrent het maken van hoogwaardige mestverwerkingsproducten als vervanging van kunstmest?

30

Wanneer verwacht u een appreciatie van de Europese Commissie over het advies van het Joint Research Centre omtrent het onder voorwaarden toestaan van stikstofmeststoffen afkomstig uit dierlijke mest (renure) boven de gebruiksnorm van dierlijke mest?

31

Wanneer heeft voor het laatst een beleidsdoorlichting plaatsgevonden van het nationale mestbeleid?

32

Wat is de huidige stand van zaken omtrent de Nederlandse implementatie van de EU-meststoffenverordening 2019/1009 die grotendeels op 16 juli 2022 in zal gaan?

33

Hoe gaat u toetsen of de veiligheid van (nieuwe) emissiearme stalsystemen door fabrikanten voldoende geborgd is?

34

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de motie van het lid Bisschop c.s. (Kamerstuk 33 037, nr. 414)?

35

Welke partijen worden betrokken bij het opstellen van de integrale gebiedsplannen in het kader van het zevende actieprogramma? Wie is verantwoordelijk voor de samenstelling?

36

Heeft u een impactanalyse gemaakt van de voornemens uit het addendum van het zevende actieprogramma?

37

Wat is de verwachte omvang in hectare van de inrichting van 100 tot 250 meter brede bufferstroken in beekdalen?

38

Wanneer verwacht u duidelijkheid te kunnen geven over de adviezen van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) naar aanleiding van diverse aangenomen moties over onder andere wintergewassen?

39

Kunt u een overzicht geven van uitspoelingsgevoelige en niet-uitspoelingsgevoelige gewassen?

40

Wordt er op korte termijn een Europese evaluatie van de Nitraatrichtlijn verwacht?

II. Volledige agenda

Voortgang realtime Vervoersbewijs Dierlijke Meststoffen (rVDM)

Kamerstuk 33 037-435 d.d. 9 februari 2022, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

CBS Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest – Vierde kwartaal 2021 en reactie op de motie van de leden Van der Plas en Bisschop over onderzoeken hoe de omvang van de afromingsvrije lease het beste kan aansluiten bij de landbouwpraktijk in Nederland (Kamerstuk 35 949-19)

Kamerstuk 35 949-22 d.d. 16 februari 2022, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

Voortgang 7e actieprogramma Nitraatrichtlijn en derogatie

Kamerstuk 33 037-434 d.d. 20 januari 2022, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

Mogelijke scenario’s met betrekking tot de inzet van de fosfaatbank

Kamerstuk 35 334-173 d.d. 20 januari 2022, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer

Voortgang diverse onderwerpen mestbeleid

Kamerstuk 33 037-432 d.d. 24 december 2021, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Opvolging onderzoek veiligheid emissiearme vloeren

Kamerstuk 29 383-365 d.d. 14 december 2021, Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S.P.R.A. van Weyenberg

Stand van zaken derogatie van de Nitraatrichtlijn

Kamerstuk 33 037-433 d.d. 13 december 2021, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn

Kamerstuk 33 037-431 d.d. 26 november 2021, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest – Derde kwartaal 2021

Kamerstuk 35 334-168 d.d. 15 november 2021, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven