Vragen van het lid Gijs van Dijk (PvdA) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat
en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de uitbuiting van buitenlandse vrachtwagenchauffeurs
(ingezonden 7 juli 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het vakbondsonderzoek «De pandemie in het wegtransport»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het enorm schokkend is dat transportbedrijven de coronacrisis
nog eens extra gebruiken om vrachtwagenchauffeurs nog meer uit te buiten?
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat, zoals vakbond FNV stelt, het aantal chauffeurs uit niet-EU-landen
die in Nederland rondrijden explosief aan het stijgen is? Kunt u aangeven om welke
aantallen dit gaat? Klopt het dat zij vaak onder erbarmelijke omstandigheden moeten
werken voor een zeer laag loon?
Vraag 4
Hoe kan het zo zijn dat, ondanks de eerder aangenomen motie Jasper van Dijk c.s. over
een verbod op overnachten in de cabine, chauffeurs desondanks nog steeds vaak letterlijk
«leven» in hun vrachtauto’s? Bent u van mening dat deze motie daadwerkelijk wordt
uitgevoerd?2
Vraag 5
Waarom wordt er, na uw PR-stunt op een parkeerplaats, door de Inspectie Leefomgeving
en Transport (ILT) nauwelijks gehandhaafd op overnachten in de cabine?
Vraag 6
Wat is uw reactie op het nieuws dat Oost-Europese chauffeurs door hun werkgevers vanuit
Duitsland en België nog altijd naar Nederland gestuurd worden omdat er hier geen controles
zijn?
Vraag 7
Hoe beoordeelt u de stelling van het Belgische Openbaar Ministerie dat Nederland een
toevluchtsoord is geworden voor transporteurs?
Vraag 8
Hoe kan het zo zijn dat Belgische inspectiediensten, met minder menskracht, effectiever
en afschrikwekkender optreden en dat de Nederlandse inspectie, met vele malen meer
inspecteurs, in het wegtransport nauwelijks succesvolle interventies doet?
Vraag 9
Laat dit volgens u ook zien dat de toegezegde handhaving van de ILT weinig voorstelt?
Vraag 10
Bent u bereid om over de effectievere handhaving door de Belgische inspectie contact
op te nemen met uw Belgische collega-minister? Zo ja, kunt u de uitkomst hiervan aan
de Kamer rapporteren?
Vraag 11
Bent u ook bereid om in de tussentijd aan de slag te gaan met effectievere handhaving
van overnachten in de cabine?
Vraag 12
Hoeveel controles op overnachten in de cabine zijn er tot vandaag uitgevoerd? Hoeveel
boetes zijn opgelegd en hoeveel zijn er uiteindelijk betaald?
Vraag 13
Klopt het dat er in 2018 en 2019 minder boetes zijn betaald dan er zijn opgelegd?
Wat is hier de reden voor?
Vraag 14
Hoe kan het dat het aantal uitgevoerde controles over 2018 en 2019 in uw beantwoording
van de schriftelijke vragen over de handhaving van het verbod op slapen in de vrachtwagen
in december 2019 ineens naar beneden zijn bijgesteld? Wat is daar de reden voor?3
Vraag 15
Hoe kan het dat de ILT geen gebruik maakt van de sectorexpertise van vakbond FNV-VNB
(de afdeling voor beroepsgoederenvervoer over de weg) bij het vormgeven van haar handhavingsbeleid?
Hoe kan het dat de vakbonden in België wel goed kunnen samenwerken met de inspectie
en zodoende effectief misstanden kunnen aanpakken? Wordt er überhaupt vanuit de ILT
samengewerkt met de vakbonden? Bent u bereid om nu wel gebruik te maken van de kennis
en expertise van de vakbonden?
Vraag 16
Waarom is het overnachten in de cabine in het ILT-jaarverslag niet meer te zien als
onderdeel van de handhaving van rij- en rusttijden en arbeidsomstandigheden, maar
als parkeeroverlast?
Vraag 17
Welke andere maatregelen, naast betere handhaving op overnachten in de cabine, gaat
u nemen om de uitbuiting van vrachtwagenchauffeurs tegen te gaan? Bent u bereid om
de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Inspectie SZW) ook te laten handhaven
op bijvoorbeeld onderbetaling bij vrachtwagenchauffeurs?