Vragen van de leden Groothuizen (D66) en Voordewind (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris
van Justitie en Veiligheid over het bericht «Het kamp op Lesbos was nooit zó vol»
(ingezonden 24 september 2019).
Vraag 1
Kent u het bericht «Het kamp op Lesbos was nooit zó vol»?1
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat het contract van de directeur van het vluchtelingenkamp Kara
Tepe, Stavros Myrogiannis, niet verlengd wordt? Wat is volgens u hier de reden voor
en wat vindt u daarvan? Kunt u bevestigen dat de directeur van het vluchtelingenkamp
Moria is opgestapt?2 Zo ja, wat is volgens u hier de reden voor en wat vindt u daarvan? In hoeverre ziet
u een verband met het aantreden van de nieuwe Griekse regering?
Vraag 3
Hoe beoordeelt u de huidige situatie in de Griekse vluchtelingenkampen, zowel op de
Griekse eilanden als op het vaste land? Kunt u specifiek ingaan op de verslechteringen
en/of verbeteringen die u de afgelopen maanden heeft waargenomen?
Vraag 4
In hoeverre heeft u contact gehad over de verslechterde situatie op de Griekse eilanden
met de nieuwe Griekse regering en in het bijzonder uw Griekse collega? Zo ja, wat
is er besproken en hoe staat het met de eerder gemaakte afspraken over steun vanuit
Nederland, verschillende andere EU-lidstaten en de Europese Commissie?
Vraag 5
Welke concrete stappen zijn er de afgelopen maanden gezet om de situatie te verbeteren?
Waar zijn de financiële middelen, die beschikbaar zijn gesteld door de Europese Commissie,
voor ingezet en welke verbeteringen heeft dit opgeleverd? In hoeverre is er nog geld
over van dit budget, en zo ja, wat is de bestemming van dit budget? In hoeverre beoordeelt
u dit budget nog steeds als voldoende?
Vraag 6
Herinnert u zich uw antwoorden op de schriftelijke vragen van de leden Groothuizen
en Voordewind van 20 februari 2019?3
Vraag 7
Wat heeft Nederland specifiek gedaan sinds uw antwoorden van februari j.l. om de situatie
in de Griekse vluchtelingenkampen te verbeteren? In hoeverre ontvangt u steun van
andere EU-lidstaten en de Europese Commissie bij het aankaarten van de verslechterde
situatie en het aanpakken van de problematiek?
Vraag 8
In hoeverre bent u van plan de verslechterde situatie in de Griekse vluchtelingenkampen
aan te kaarten op de eerst volgende JBZ-raad begin oktober? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Wat is uw mening over het Griekse voorstel Turkije aan te merken als veilig land,
met als doel de beoordeling van asielzoekers te versnellen? Welke gevolgen zou deze
keuze hebben, in het bijzonder voor de veiligheid van kwetsbare vluchtelingen? Welke
alternatieven ziet u teneinde de asielprocedure in Griekenland te versnellen op een
zorgvuldige manier? Op welke wijze kunnen zowel Nederland als andere EU-lidstaten
en de Europese Commissie hierbij ondersteunen?
Vraag 10
Op welke wijze heeft u opvolging gegeven aan de aangenomen motie-Voordewind c.s. van
4 juli4, over het aandringen op verbeteringen van humanitaire opvang en versnelling van beoordeling
van migranten op de Griekse eilanden? Deelt u de mening dat gelet op de verhoogde
instroom op de Griekse eilanden een snelle en zorgvuldige uitvoering van deze motie
extra belangrijk is?
Vraag 11
Hoe beoordeelt u de berichtgeving over het wangedrag van de Griekse kustwacht jegens
geredde drenkelingen? In hoeverre kunt u deze berichtgeving bevestigen? Indien deze
berichtgeving klopt, deelt u dan de mening dat dit gedrag jegens migranten en vluchtelingen
volstrekt onacceptabel is en dat de Griekse regering hierop moet worden aangesproken?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Bent u bereid de Kamer proactief te informeren indien er significante veranderingen
met betrekking tot de situatie op de Griekse eilanden plaats vinden, dan wel nieuwe
afspraken worden gemaakt in Europees verband over de inzet omtrent de situatie in
de Griekse vluchtelingenkampen?
Vraag 13
Bent u bereid de onbeantwoorde schriftelijke vragen over het bericht «Opvangkampen
op Samos een hel: dit niet eerder gezien», ingezonden op 2 augustus 2019, zo snel
mogelijk te beantwoorden?
X Noot
3Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 1617