Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over fraude in de zorg (ingezonden 21 juni 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Opnieuw zorgbureau onder vuur: ditmaal wegens «bankje spelen» met zorggeld»?1

Vraag 2

Vind u het ook kwalijk dat er wederom sprake is van fraude bij een Twents zorgkantoor?

Vraag 3

Hoe beoogt het wetsvoorstel Bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg een einde te maken aan deze specifieke vorm van zorgfraude?

Vraag 4

Ziet u mogelijkheden om het verstrekken van leningen niet alleen «onwenselijk» maar ook onwettig te maken? Zo ja, welke?

Vraag 5

Bent u nog steeds van mening dat Twente een goed voorbeeld is van een regio die zorgfraude goed aanpakt en voorkomt, zoals u stelde in de beantwoording op schriftelijke vragen over foute zorgondernemers op 17 juni jl.?2

Vraag 6

Deelt u de mening dat nu u in bovengenoemde reactie op schriftelijke vragen heeft aangegeven ook van mening te zijn dat een zorgaanbieder geen bank hoort te spelen met zorggeld en dat ook onwenselijk te vinden daar ook vervolgactie van u dient plaats te vinden om te zorgen dat een en ander ook daadwerkelijk niet meer voorkomt? Zo ja, op welke termijn onderneemt u dan welke actie? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Bent u bereid cijfers bij te houden van de met fraude gepaard gaande bedragen daar waar gemeenten belast zijn met controle en toezicht om een duidelijk overzicht te creëren van de situatie? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Bent u van mening dat het beter is nu zelf nadere actie te ondernemen dan af te wachten of gemeenten dat gaan doen?


X Noot
2

Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vergaderjaar 2018 -2019, antwoorden op de vragen van het Kamerlid Kerstens (PvdA) over berichten dat foute zorgondernemers makkelijk door aanbestedingsprocedures komen (2019Z09053)

Naar boven