Vragen van de leden Van Dam (CDA) en Krol (50PLUS) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Raadslid: Jongeren gooiden mij in de sloot» (ingezonden 5 februari 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Raadslid: Jongeren gooiden bij in de sloot»?1

Vraag 2

Waarom moet het twee weken duren voordat iemand aangifte kan doen van een (gewelds)incident als dit? Kunt u aangeven wat de gemiddelde duur is voordat iemand aangifte kan doen van een strafbaar feit? Is een wachttijd van twee weken normaal om aangifte te kunnen doen?

Vraag 3

Erkent u dat het onderzoek naar de feiten en omstandigheden van het strafbare feit waarvan aangifte is gedaan, bemoeilijkt wordt indien die aangifte pas twee weken na dato geschieden kan? Is het dan nog mogelijk een adequaat buurtonderzoek te doen of een getuigenoproep?

Vraag 4

Klopt het dat in het halfjaarbericht over de politie van 27 juni 2018 is vermeld dat de politie werkt aan het aanpassen van haar dienstverlening aan de burger?2 Kunt u beschrijven wat dat nieuwe serviceconcept in deze concrete zaak kan betekenen? Kunt u aangeven waarom het in sommige gevallen twee weken moet duren voordat iemand aangifte kan komen doen? Hoe verhoudt deze berichtgeving zich tot de inhoud van die brief?

Vraag 5

Kunt u de meest recente stand van zaken geven omtrent het doen van aangifte bij iemand thuis in plaats van op het politiebureau? Is dit al breed beschikbaar? Is dit tevens in alle regio’s beschikbaar?

Vraag 6

Heeft u aanwijzingen dat sommige strafbare feiten niet (meer) opgelost kunnen worden doordat de aangifte lang op zich liet wachten? Kunt u dat inzichtelijk maken?


X Noot
2

Kamerstuk 29 628, nr. 799, bijlage 1.

Naar boven