Vragen van het lid Kuzu (DENK) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat een Nederlandse docente door Israël is gearresteerd en gedeporteerd (ingezonden 25 september 2018).

Vraag 1

Bent u ervan op de hoogte dat een Nederlandse docente aan de universiteit van Hebron door de Israëlische regering is gearresteerd en gedeporteerd?1 Welke feiten zijn bekend bij u?

Vraag 2

Op basis van welke formele gronden heeft de Israëlische regering deze Nederlandse docente gearresteerd en gedeporteerd?

Vraag 3

Kunt u bevestigen dat de Israëlische autoriteiten de Nederlandse docente toegang tot consulaire bijstand en contact met een advocaat hebben onthouden? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo nee, kunt u hier navraag naar doen?

Vraag 4

Kunt u bevestigen dat de Israëlische autoriteiten de Nederlandse docente hebben vastgezet onder erbarmelijke omstandigheden en hebben onthouden van slaap? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo nee, kunt u hier navraag naar doen?

Vraag 5

Deelt u de mening dat deze gebeurtenis samenhangt met de recente wetgeving die het mogelijk maakt om toegang tot Israël te ontzeggen in verband met de BDS-beweging (Boycot, Desinvesteringen en Sancties)?

Vraag 6

Heeft u stappen en maatregelen genomen naar aanleiding van de Kamervragen over twee Nederlanders die om politieke redenen de toegang tot Israël geweigerd zijn?2 Zo ja, welke zijn dat en hoe beoordeelt u de effectiviteit van deze maatregelen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Bent u bereid met de Israëlische autoriteiten contact op te nemen om dit te veroordelen en om de Israëlische regering met klem te verzoeken alle vormen van intimidatie tegen Nederlanders onmiddellijk te staken? Zo ja, wanneer gaat u dat doen? Zo nee, waarom niet?


X Noot
2

Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken d.d. 4 september 2018 op schriftelijke vragen van het lid Karabulut over twee Nederlanders die om politieke redenen de toegang tot Israël geweigerd is (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 3066).

Naar boven