Vragen van het lid Jasper vanDijk (SP) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de lange wachttijd bij gezinshereniging (ingezonden 20 april 2018).

Vraag 1

Herinnert u zich uw antwoord op Kamervragen over het bericht dat gezinshereniging voor Eritrese asielzoekers vrijwel onmogelijk is?1

Vraag 2

In hoeveel gevallen zijn sinds het versoepelde beleid indicatieve documenten eerder bij de beoordeling van de Immigratie-en Naturalisatiedienst (IND) meegenomen in plaats van pas in het geval van bewijsnood? Moet hierbij eerst worden geloofd dat er geen officiële documenten zijn? Zo ja, in hoeveel gevallen wordt dit niet geloofd en hoe wordt dit getoetst? In hoeveel gevallen zijn de indicatieve documenten afdoende gebleken en kunt u uiteenzetten waarom dit niet voldoende bleek in de andere gevallen?2

Vraag 3

In hoeverre hebben de zaken die in bezwaar en hoger beroep voorliggen door het toepassen van het nieuwe beoordelingskader tot een inwilliging geleid?

Vraag 4

In hoeveel gevallen is sinds het versoepelde beleid een DNA-onderzoek aangeboden? Is in die gevallen ook besloten geen DNA-onderzoek aan te bieden terwijl hier wel om werd gevraagd? Zo ja, waarom niet?

Vraag 5

Begrijpt u de gegronde vrees van Eritreeërs om zich te melden bij de Eritrese autoriteiten, zoals de Eritrese ambassade? Erkent u het risico voor gezinsleden dat vanwege de druk alsnog officiële documenten te overleggen zij in contact treden met de Eritrese autoriteiten in het land van herkomst terwijl dit tot repercussies kan leiden? Bent u bereid hiervoor een oplossing te zoeken?

Vraag 6

Wordt er nog altijd vanuit gegaan dat Eritreeërs officiële documenten moeten bezitten? Zo ja, wat zijn de andere kennisbronnen waaruit dit blijkt, nu het ambtsbericht aangeeft dat met name buiten de steden men makkelijk zonder identiteitsdocumenten kan leven?

Vraag 7

Wat is het huidige inwilligingspercentage voor Eritrese zaken en is dat hoger dan voorgaande jaren?

Vraag 8

Hoe heeft u de daling van achterstallige verzoeken tot nareis weten te verminderen?

Vraag 9

In hoeveel procent van de bezwaarzaken tot nareis wordt de wettelijke termijn overtreden?

Vraag 10

Op welke manier gaat de IND de wachttijd van bezwaarzaken verminderen?

Vraag 11

Wordt extra personeel bij de IND ingezet teneinde de bezwaarzaken ook binnen de wettelijke termijn af te handelen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 12

Deelt u de mening dat een lange wachttijd bij gezinshereniging slecht is voor de integratie en dat hieraan grote prioriteit dient te worden toegekend, ook als dit gepaard gaat met kosten, omdat het maatschappelijke belang van goede integratie groot is?


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 373

X Noot
2

Kamerstuk 19 637, nr. 2354

Naar boven