Vragen van het lid Jacobi (PvdA) aan de Ministers voor Wonen en Rijksdienst en van Infrastructuur en Milieu over zandwinning onder het Markermeer (ingezonden 21 februari 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met het feit dat zandwinning vanwege een dikke bovenlaag van klei op dit moment niet rendabel is in het Markermeer, terwijl er in en rondom het Markermeer een grote behoefte aan zand (ca. 140–200 miljoen m3 in komende 20 jaar) is en er goede kwaliteit zand in het Markermeer beschikbaar is op relatief korte afstand van projecten waar zand nodig is?

Vraag 2

Deelt u de mening dat zandwinning op het Markermeer een belangrijke impuls kan geven aan het ontstaand Toekomstbestendig Ecologisch Ecosysteem (TBES) van het Markermeer (slibvang e.d.)?

Vraag 3

Waarom heeft het Rijksvastgoedbedrijf de korting op de domeinvergoeding voor de zandwinning onder het Markermeer recent geschrapt? Waarom oordeelt het Rijksvastgoedbedrijf dat niet langer sprake is van «winverzwarende» omstandigheden waarvoor financieel gecompenseerd wordt?

Vraag 4

In hoeverre is bij het besluit tot schrappen van de korting rekening gehouden met de beleidsambities voor het Markermeer, de Marker Wadden en het Rijk- Regioprogramma Amsterdam-Almere-Markermeer (RRAAM)? Bent u bereid dit besluit te heroverwegen en bij een nieuw besluit rekening te houden met de opgaven voor dit gebied?

Vraag 5

Bent u bereid een instrumentarium te ontwikkelen dat er toe leidt dat de zandwinning op het Markermeer tenminste zo winstgevend wordt als zandwinning op het IJsselmeer, om zo te voldoen aan de behoefte aan zand in de regio, en om de ambities voor een TBES zoals gewenst in het RRAAM dichterbij te brengen?

Naar boven