Vragen van de leden Lodders en Ten Broeke (beiden VVD) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris van Economische Zaken over dreigende anti-dumping maatregelen van Brazilië (ingezonden 13 februari 2017).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van het anti-dumping onderzoek van DECOM (Departement of Trade Remedies) en de dreigende anti-dumping maatregelen van Brazilië tegen de import van patates frites uit onder andere Nederland?

Vraag 2

Bent u op de hoogte van het standpunt van de Europese Commissie dat de Braziliaanse overheid oneigenlijke argumenten aandraagt voor de anti-dumping maatregelen? Zo ja, wat zijn deze oneigenlijke argumenten en kunt u deze weerleggen door de juiste exportcijfers en productprijzen te delen met de Braziliaanse overheid? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Passen de maatregelen uit het DECOM-advies binnen de afspraken die in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) zijn gemaakt? Zo nee, welke acties gaat u op korte termijn nemen, al dan niet met de Europese Commissie, om de beschuldigingen van DECOM te weerleggen en de Braziliaanse overheid te overtuigen op basis van feiten?

Vraag 4

Bent u ervan op de hoogte dat Nederlandse producenten van friet jaarlijks voor ruim 50 miljoen euro aan friet exporteren naar Brazilië? Klopt het dat, als de mogelijke anti-dumpingmatregelen van kracht worden, de export van Nederlandse friet naar Brazilië onmogelijk wordt en dit een kostprijsverhogend effect zal hebben op de prijs van producten die door Nederland geïmporteerd worden uit Brazilië?

Vraag 5

Kunt u aangeven op welke wijze de afgelopen periode is opgekomen voor de Nederlandse belangen en welke stappen er de komende dagen nog gezet gaan worden?

Vraag 6

Bent u bereid deze vragen voor het verkiezingsreces, dat op 24 februari a.s begint, te beantwoorden gezien de urgentie?

Naar boven