Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de Minister van Defensie over het tekort aan materieel voor de missie in Mali (ingezonden 6 januari 2017).

Vraag 1

Kent u het bericht «Militairen Mali niet op patrouilles door tekort materiaal»?1

Vraag 2

Klopt het bericht dat er gebrek aan nachtkijkers, jammers en een nieuw type scherfvesten is?

Vraag 3

Klopt het dat dit tot frustraties bij soldaten leidt?

Vraag 4

Klopt het dat er als gevolg van deze tekorten drie van de vijf groepen verkenningen kunnen doen in plaats van vijf?

Vraag 5

Hoeveel verkenningsgroepen zouden er operationeel moeten zijn?

Vraag 6

Waarom is het aantal benodigde middelen niet tegelijk met de toename van het aantal mensen op het kamp meegeleverd?

Vraag 7

Klopt de opmerking van commandant Ron Sensen dat de militairen minder kunnen doen dan ze eigenlijk zouden willen?

Vraag 8

Klopt het dat het leger niet voor iedere eenheid nachtkijkers en jammersheeft, zodat die gedeeld moeten worden? Is dit volgens u een wenselijke situatie? Zo niet, waarom is het aantal manschappen niet aangepast op het aantal middelen dat beschikbaar is?

Vraag 9

Klopt het dat dit materieel nu bij andere eenheden vandaan moet komen? Welke eenheden zijn dit en wat is het gevolg voor de gereedstelling van deze eenheden?

Vraag 10

Waarom is de omvang van de missie in Mali niet aangepast aan de beschikbaarheid van materieel?

Vraag 11

Voorziet u meer tekorten aan materieel voor de militairen in Mali het komende jaar? Zo ja, hoe gaat u deze voorkomen? Gaat u dergelijke problemen voortaan op eigen initiatief aan de Kamer melden?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid De Roon (PVV), ingezonden 28 december 2016 (vraagnummer 2016Z25007).


X Noot
1

Algemeen Dagblad van 27 december

Naar boven