Vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Veiligheid en Justitie over de benoeming van een voormalig voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) tot voorzitter van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (ingezonden 21 januari 2016).

Vraag 1

Welke procedure is doorlopen voor de benoeming van een nieuwe voorzitter voor de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie? Welke voorwaarden zijn hiervoor gesteld?

Vraag 2

Deelt u de mening dat het belangrijk is dat de toetsing van euthanasie zorgvuldig gebeurt, en dat er op geen enkele wijze een verruiming van de euthanasiepraktijk mag plaatsvinden?

Vraag 3

Waarom heeft u gekozen voor een zo politiek en maatschappelijk geprofileerde benoeming, waarbij de benoemde voorzitter een van de voormalig voorzitters van NVVE en een van de initiatiefnemers was van een initiatiefwetsvoorstel voor een regeling van euthanasie?

Vraag 4

Beoogt u hiermee reeds een voorschot te nemen op de gewenste richting van het beleid rond euthanasie, en de toetsing hiervan in Nederland?

Vraag 5

Had het niet voor de hand gelegen te kiezen voor een deskundige kandidaat die in veel mindere mate geprofileerd was?

Vraag 6

Deelt u de opvatting dat het nooit de bedoeling van de Euthanasiewet is geweest, en dat het ook nooit zo mag zijn, dat er sprake is van een (nagenoeg) absolute autonomie waarvoor de heer Kohnstamm bij zijn afscheid als voorzitter van de NVVE heeft gepleit?1 Hoe gaat u ervoor zorgen dat bij de toetsing van euthanasiezaken de onafhankelijkheid van de toetsingscommissies gewaarborgd blijft, en de bescherming van alle relevante waarden wezenlijk wordt meegenomen bij de toetsing van deze zaken?

Vraag 7

Bent u bereid te komen tot een onafhankelijke toezichthouder die oordelen van de Regionale Toetsingscommissies kan toetsen, aangezien het oordeel van de toetsingscommissies nu in principe meteen een eindoordeel betreft?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Dik-Faber (ChristenUnie), ingezonden 21 januari 2016 (vraagnummer 2016Z01097)


X Noot
1

Relevant, april 2006, blz. 11.

Naar boven