Vragen aan de leden Günal-Gezer en Albert deVries (beiden PvdA) aan de Minister van Defensie over het bericht «Amper profijt Zeeuwse bedrijven bij bouw marinierskazerne» (ingezonden 5 januari 2016).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Amper profijt Zeeuwse bedrijven bij bouw marinierskazerne» van 29 december 2015?1

Vraag 2

In het artikel wijst men erop dat de wijze waarop het rijk de kazerne aanbesteedt, het Zeeuwse bedrijfsleven bij voorbaat buitenspel plaatst; waarom is voor deze wijze van aanbesteden gekozen?

Vraag 3

Kunt u toelichten waarom er in het artikel wordt gesproken over het «complex maken van de aanbesteding», terwijl deze in wezen niet complex is?

Vraag 4

Is er over de wijze van aanbesteding overleg geweest met de regionaal betrokken partijen, zoals het bedrijfsleven en opleidingsinstituten? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Is het mogelijk bij een all-in aanbesteding (Design, Build, Finance, Maintain & Operate (DBFMO)) in het aanbestedingsbestek voorwaarden op te nemen om tenminste een bepaald percentage van het aanbestedingsbedrag te besteden door inschakeling van regionale (in dit geval Zeeuwse) bedrijfsleven? Zo ja, kunt u dan aangeven hoe dat is geformuleerd? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Is het mogelijk om voor de exploitatiefase voorwaarden op te nemen om tenminste een bepaald percentage van het exploitatiebedrag te besteden door inschakeling van het regionale bedrijfsleven? Zo ja, kunt u aangeven hoe dat is geformuleerd? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Ziet u andere mogelijkheden om het regionale bedrijfsleven een rol te geven? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Deelt u de mening dat dit soort majeure ontwikkelingen, waarvoor ook regionaal middelen beschikbaar zijn gesteld, voor de regio ook zoveel mogelijk werkgelegenheid dienen op te leveren?

Naar boven