Vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over de aanscherping van de mestregels van GlobalGap (ingezonden 20 november 2015).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het voornemen van GlobalGap om van aangesloten telers te eisen dat zij onbewerkte dierlijke mest slechts tot zes maanden voor de oogst gebruiken en op langere termijn zelfs helemaal niet meer?1

Vraag 2

Is de veronderstelling juist dat het voornemen van GlobalGap zal leiden tot een substantiële kostenverhoging en een lastige opgave voor betrokken (biologische) akkerbouwers?

Vraag 3

Is de veronderstelling juist dat het voornemen van GlobalGap verschillende doelstellingen van het landbouw- en mestbeleid, zoals het stimuleren van de biologische landbouw, het voorkomen van uitspoeling van mineralen en het inperken van kunstmestgebruik, doorkruist?

Vraag 4

Acht u het voornemen van GlobalGap, gelet op het volksgezondheidsaspect en de impact voor de betrokken akkerbouwers, proportioneel?

Vraag 5

Is er, evenals in het verleden, nog sprake van een platform GlobalGap en een adviserende rol van het Ministerie van Economische Zaken daarbij?

Vraag 6

Gaat u in overleg met GlobalGap om ervoor te zorgen dat de eisen van GlobalGap (biologische) akkerbouwers niet onnodig op kosten jagen en het mest- en landbouwbeleid niet doorkruisen?

Vraag 7

Is de veronderstelling juist dat de bij GlobalGap aangesloten supermarktketens gezamenlijk een groot marktaandeel hebben en leveranciers min of meer gedwongen zijn om zich te voegen naar de nieuwe eisen, met bijbehorende kostenverhoging?

Vraag 8

In hoeverre wordt ten aanzien van het verbod op misbruik van een economische machtspositie, in de Mededingingswet ook gekeken naar de impact en proportionaliteit van kwaliteitseisen?

Naar boven