Vragen van het lid De Roon (PVV) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bewijs dat Turkije een nauwe band onderhield met Islamitische Staat (ingezonden 5 augustus 2015).

Vraag 1

Herinnert u zich de militaire operatie van Amerikaanse speciale eenheden waarbij een kopstuk van Islamitische Staat om het leven kwam en enorme hoeveelheden gegevensdragers in beslag werden genomen?1

Vraag 2

Kunt u de berichten bevestigen dat de in beslag genomen gegevensdragers onomstotelijk bewijzen dat de Turkse autoriteiten en Islamitische Staat een nauwe band met elkaar onderhielden, zoals wordt beweerd door een westerse overheidsfunctionaris?2 Zo nee, wilt u hierover nadere inlichtingen inwinnen?

Vraag 3

Erkent u, gezien het feit dat steeds meer signalen wijzen op verschillende vormen van samenwerking tussen NAVO-«bondgenoot» Turkije en Islamitische Staat, dat het van cruciaal belang is dat hierover de onderste steen boven komt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Wilt u de Kamer informeren over het eindresultaat van het onderzoek naar de in beslag genomen gegevensdragers? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de bewering dat Turkije op militair niveau samenwerkt met terreurorganisaties als Jabhat-al-Nusra en Ahrar al-Sham, die net als Islamitische Staat diverse gruwelijkheden op hun conto hebben staan? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wordt binnen de NAVO geaccepteerd dat lidstaten zaken doen met terreurorganisaties of activiteiten van terreurorganisaties of aanwezigheid van terroristen op hun grondgebied gedogen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom wordt Turkije dan niet per direct uit de NAVO gezet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Ten Broeke (VVD), ingezonden 3 augustus 2015 (vraagnummer 2015Z14500)

Naar boven