Vragen van de leden Van Dekken, Wolbert en Leenders (allen PvdA) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat de ingrijpende gevolgen van Q-koorts onderschat worden (ingezonden 22 april 2015).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het item in Nieuwsuur over Q-koorts1 en het bericht «Ingrijpende gevolgen van Q-koorts onderschat»2?

Vraag 2

Kunt u reageren op de conclusie van de directeur van stichting Q-support: «Men denkt: die epidemie was in 2009, dat is toch voorbij, maar de patiënt van nu wordt over het hoofd gezien»?

Vraag 3

Bent u bereid om extra stappen te zetten om te zorgen dat ook voor de huidige problemen oog is, zoals (maar niet beperkt tot) nascholing van huisartsen en specialisten die er toe leidt dat Q-koorts eerder wordt gediagnosticeerd? Zo ja, welke stappen en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Bent u bereid om met de sector te overleggen over extra financiële middelen voor onder andere compensatie voor de groep chronische patiënten? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de mening dat de hulpverlening tijdens de Q-koorts epidemie te lang op zich heeft laten wachten? Deelt u de mening dat dit in de toekomst niet zo mag zijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Bent u bereid een algemeen hulpfonds voor zoönosen-uitbraken op te zetten, vergelijkbaar met Q-support voor de Q-koortsuitbraak, om daarmee te voorkomen dat bij toekomstige uitbraken van zoönosen slachtoffers opnieuw lang moeten wachten op hulp? Zo ja, op welke termijn gaat u dit doen en kunt u de Kamer van de ontwikkelingen hierin op de hoogte houden? Zo nee, waarom niet?

Naar boven