Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Economische Zaken over het door de Nederlandse Kamer van Koophandel georganiseerde seminar over buitenlandse uitzendkrachten (ingezonden 18 november 2014).

Vraag 1

Is u bekend dat de Kamer van Koophandel (KvK) in samenwerking met diverse ambassades een seminar organiseert voor land- en tuinbouwbedrijven over het naar Nederland halen van goedkope buitenlandse uitzendkrachten?1

Vraag 2

Staat de KvK borg voor de kwaliteit en het bonafide karakter van de aanbieders van buitenlandse uitzendkrachten? Zo ja, hoe controleert men de kwaliteit en het bonafide karakter van deze aanbieders?

Vraag 3

Kunt u aangeven of de KvK ook dergelijke seminars organiseert over Nederlandse werknemers?

Vraag 4

Draagt de KvK enige aansprakelijkheid als sprake blijkt van bijvoorbeeld onderbetaling? Zo nee, in hoeverre vindt u dat dit wel het geval zou moeten?

Vraag 5

Bent u het ermee eens dat het niet wenselijk is dat het zo goedkoop mogelijk uitbesteden van werk het enige doel van dit seminar lijkt te zijn, omdat dit leidt tot een «race to the bottom» en het risico van uitbuiting, verdringing en oneerlijke concurrentie in zich draagt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het ronduit schandalig is dat de Nederlandse KvK een seminar organiseert dat wordt gepromoot met teksten als «Gratis personeel uit Slowakije» en «Er worden 10 uitzendkrachten verloot door een van de sprekers tijdens het seminar»?

Vraag 7

Hoe verhoudt het organiseren van dit seminar door de KvK zich tot de aanpak van schijnconstructies en de aangekondigde Wet Aanpak Schijnconstructies?

Naar boven