Vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie), Van der Staaij (SGP) en De Roon (PVV) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de uitspraken van de Turkse premier Erdogan inzake het handelen van Israël in Gaza (ingezonden 11 augustus 2014).

Vraag 1

Bent u bekend met de uitspraken van de Turkse premier Erdogan, waarin hij – tot tweemaal toe – de handelwijze van Israël in Gaza vergelijkt met die van Hitler?1 Hoe beoordeelt u deze uitspraken?

Vraag 2

Heeft u alreeds uw afschuw uitgesproken over deze uitspraken? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Welke consequenties verbindt u aan deze uitspraken? Bent u bereid de Turkse ambassadeur te ontbieden omtrent deze verwerpelijke uitspraken? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Bent u bereid om bij uw collega-Ministers binnen de Europese Raad Buitenlandse Zaken, steun te zoeken om Turkije hierop aan te spreken? Bent u eveneens bereid om steun te zoeken voor het opschorten van de onderhandelingen met Turkije over het EU-lidmaatschap? En geeft dit reden om de Nederlandse patriotmissie in Turkije te heroverwegen, wanneer premier Erdogan zijn uitspraken niet terugneemt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Welke gevolgen hebben de uitspraken van premier Erdogan voor de relatie met Turkije? Hoe beoordeelt u de uitspraken van «Islamic State» (IS) waaruit blijkt dat de Turkse regering een cruciale rol heeft gespeeld in de opmars van IS in Irak?2

Naar boven