Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over afhandeling van incidenten door penitentiaire en TBS-inrichtingen (ingezonden 26 juni 2014).

Vraag 1

Kunt u toelichten wat in penitentiaire inrichtingen het beleid is ten aanzien van het verbaliseren van drugsvondsten in de inrichting?

Vraag 2

Kunt u toelichten wat in tbs-inrichtingen het beleid is ten aanzien van het verbaliseren van drugsvondsten in de inrichting?

Vraag 3

Hoeveel processen-verbaal worden er jaarlijks opgemaakt van drugsvondsten in tbs-inrichtingen? Kunt u dit per inrichting uitsplitsen?

Vraag 4

Hoeveel processen-verbaal worden er jaarlijks opgemaakt van drugsvondsten in penitentiaire inrichtingen? Kunt u dit per inrichting uitsplitsen?

Vraag 5

Wat gebeurt er uiteindelijk met de drugs die gevonden is in de inrichtingen?

Vraag 6

Welke procedure wordt gevolgd op het moment dat een patiënt of een bezoeker in een penitentiaire inrichting wordt betrapt op drugsbezit? Welke procedure geldt in tbs-inrichtingen?

Vraag 7

Wat is het beleid in zowel penitentiaire inrichtingen als tbs-inrichtingen op waarheidsvinding als het gaat om vermoedelijke strafbare feiten, zoals bijvoorbeeld brandstichting, drugsbezit of geweldsincidenten?

Vraag 8

In hoeverre wordt bij een vermoeden van een strafbaar feit contact opgenomen met de politie? Wat is het beleid hierop in zowel penitentiaire Inrichtingen als tbs-inrichtingen?

Vraag 9

Krijgt de politie na een (gewelds)incident altijd de mogelijkheid om te onderzoeken of sprake is geweest van een strafbaar feit? Zo nee, waarom niet? Wat is hierin het beleid in penitentiaire inrichtingen? Is dat beleid hetzelfde als bij tbs-inrichtingen? Zo nee, wat is het verschil en waarom?

Vraag 10

Kunt u uitgebreid toelichten of er landelijk afspraken met de politie zijn gemaakt over het melden van vermoedelijke strafbare feiten of dat deze afspraken door elke inrichting afzonderlijk zijn gemaakt? Kunt u aangeven wat deze afspraak of afspraken inhouden?

Naar boven