Vragen van het lid Rebel (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over raamprostitutie in Utrecht (ingezonden 16 juni 2014).

Vraag 1

Kent u het bericht «Raamprostitutie Utrecht pas weer in 2016» en herinnert u zich eerdere vragen over dit onderwerp?1 2

Vraag 2

Deelt u de mening dat het feit dat een grote stad als Utrecht gedurende minimaal drie jaar zonder raamprostitutie zit, het risico met zich meebrengt dat prostitutie buiten het zicht van de autoriteiten plaatsvindt en daarmee het risico dat er slachtoffers van mensenhandel in die prostitutie te werk gesteld worden? Zo ja, wat kunt u doen om deze risico’s te verkleinen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Waarom is het niet mogelijk gebleken om, zoals het voornemen van de gemeente Utrecht was, binnen redelijk afzienbare termijn een alternatief aanbod van raamprostitutie te organiseren?

Vraag 4

Zou het met het oog op het voorkomen van misstanden in de prostitutie beter zijn geweest als het Zandpad open was gebleven, gelet op het feit dat het Zandpad gesloten werd om slachtoffers van mensenhandel te voorkomen en het feit dat er geen alternatieve raamprostitutie in Utrecht is gekomen en ook voorlopig niet zal komen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Wat betekent het feit dat er voor prostituees van het Zandpad voorlopig geen alternatief wordt geboden voor hulp en opvang aan hen? Wordt die hulp en opvang net zo lang gecontinueerd tot er wel een alternatief is?

Vraag 6

Wat is de stand van zaken ten aanzien van de strafrechtelijke vervolging voor criminele activiteiten waaronder mensenhandel van verdachten die betrokken waren bij de prostitutie op het Raampad?


X Noot
1

ANP, 12 juni 2014

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 1412 en Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 1883.

Naar boven