Vragen van de leden Ulenbelt en Van Raak (beiden SP) aan de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties over de uitkering voor voormalig politici (ingezonden
11 juni 2014).
Vraag 1
Hoeveel voormalig politieke ambtsdragers zijn er die een uitkering ontvangen in het
kader van de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers (Appa)? Kunt u dit uitsplitsen
naar voormalig wethouders, burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen van de Koning,
Ministers, Staatssecretarissen, Tweede Kamerleden, bestuurders van een waterschap
en voorzitters van een waterschap?1
Vraag 2
Zijn er verschillen tussen regio’s waar te nemen? Kunt u voor wethouders, burgemeesters,
gedeputeerden en commissarissen van de Koning per provincie aangeven hoeveel voormalig
politiek ambtsdragers een uitkering ontvangen in het kader van de Appa?
Vraag 3
Kunt u aangeven per categorie politiek ambtsdrager hoe lang het duurt voordat zij
werk hebben gevonden? In hoeveel gevallen vinden zij binnen drie maanden na aftreden
werk? In hoeveel gevallen ontvangen zij voor de maximale duur een uitkering in het
kader van de Appa?
Vraag 4
Hoeveel voormalig politiek ambtsdragers zijn er (uitgesplitst naar geheel of gedeeltelijk)
vrij gesteld van de sollicitatieplicht? Kunt u dit uitsplitsen naar voormalig wethouders,
burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen van de Koning, Ministers, Staatssecretarissen,
Tweede Kamerleden, bestuurders van een waterschap en voorzitters van een waterschap?
Kunt u daarbij toelichten wat de reden van vrijstelling is?
Vraag 5
Hoeveel geld ontvingen voormalig politiek ambtsdragers in totaal in het kader van
de Appa in 2011, 2012 en 2013? Kunt u dit uitsplitsen naar voormalig wethouders, burgemeesters,
gedeputeerden, commissarissen van de Koning, Ministers, Staatssecretarissen, Tweede
Kamerleden, bestuurders van een waterschap en voorzitters van een waterschap? Kunt
u daarbij toelichten wat de reden van vrijstelling is?
Vraag 6
Kunt u toelichten in hoeverre de sollicitatieplicht wordt gehandhaafd door de verschillende
bestuursorganen die hiermee belast zijn? Houden de verschillende bestuursorganen zich
aan de verplichting om elke drie maanden het sollicitatieproces te evalueren?
Vraag 7
In hoeveel gevallen werd een korting van 5 procent gedurende ten minste een maand
opgelegd? Hoe vaak werd hierbij afgeweken van dit percentage en met welke motivatie
gebeurde dat? Hoe vaak werd deze maatregel met 50 procent verhoogd vanwege recidive?
Kunt u dit uitsplitsen naar voormalig wethouders, burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen
van de Koning, Ministers, Staatssecretarissen, Tweede Kamerleden, bestuurders van
een waterschap en voorzitters van een waterschap? Kunt u daarbij toelichten wat de
reden van vrijstelling is?
Vraag 8
In hoeveel gevallen werd een korting van 25 procent gedurende ten minste vier maanden
opgelegd? Hoe vaak werd hierbij afgeweken van dit percentage en met welke motivatie
gebeurde dat? Hoe vaak werd deze maatregel met 50 procent verhoogd vanwege recidive?
Kunt u dit uitsplitsen naar voormalig wethouders, burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen
van de Koning, Ministers, Staatssecretarissen, Tweede Kamerleden, bestuurders van
een waterschap en voorzitters van een waterschap? Kunt u daarbij toelichten wat de
reden van vrijstelling is?
Vraag 9
Hoe vaak wordt ervoor gekozen om geen planmatige begeleiding en ondersteuning op te
leggen? Kunt u uw antwoord toelichten?
X Noot
1Brochure sollicitatieplicht en outplacement voor politieke ambtsdragers