Vragen van het lid De Roon (PVV) aan de Minister van Defensie over de integratie van de Nederlandse Luchtmobiele Brigade in de Duitse Division Schnelle Kräfte en Duits-Nederlandse defensiesamenwerking (ingezonden 16 mei 2014).

Vraag 1

Kunt u toelichten of en in welke mate er een discussie is gevoerd voorafgaand aan de ondertekening van de Declaration of Intent betreffende de defensiesamenwerking tussen Nederland en Duitsland over het soevereiniteitsvraagstuk? Wat waren de standpunten van beide partijen?1

Vraag 2

Biedt de Declaration of Intent volgens u een geldige basis voor de gezamenlijke aanschaf van materieel daar waar bijvoorbeeld gesproken wordt over intensivering van de samenwerking bij wapensystemen (Patriot) en de onderzeedienst?

Vraag 3

Kunt u een overzicht geven van materieel(projecten) waarbij u overweegt om in samenwerking met Duitsland gezamenlijk materieel aan te schaffen?

Vraag 4

Kunt u toezeggen dat de Kamer tijdig wordt geïnformeerd op het moment dat voorbereidende handelingen worden getroffen en/of plannen worden gemaakt voor de gezamenlijke aanschaf van materieel?

Vraag 5

Kunt u toelichten wat een gezamenlijk stafelement exact inhoudt, hoe het gezamenlijk stafelement wordt ingevuld en bij wie de zeggenschap over manschappen en materieel berust op welk moment?

Vraag 6

Is het nog mogelijk voor Nederland om de 11 Luchtmobiele Brigade volledig en zelfstandig in te zetten na de integratie van de 11 Luchtmobiele Brigade in de Division Schnelle Kräfte? Gelden er operationele beperkingen? Zo ja, welke?

Vraag 7

Is het mogelijk om na de integratie van de 11 Luchtmobiele Brigade in de Division Schnelle Kräfte te besluiten om Nederlands personeel en materieel uit de divisie terug te trekken op het moment dat er sprake is van een gezamenlijke inzet tijdens missies en operaties? Kan Nederland vooraf en tijdens gezamenlijke missies een rode kaart trekken?

Vraag 8

In hoeverre is het Duitse parlement betrokken geweest bij de plannen tot intensivering van de defensiesamenwerking tussen Nederland en Duitsland?

Vraag 9

Met welke landen heeft Duitsland nog meer een Declaration of Intent getekend of heeft Duitsland andere vergaande samenwerkingsovereenkomsten gesloten waarbij legeronderdelen zijn geïntegreerd in samenwerkingsverbanden met een gezamenlijk stafelement?

Vraag 10

Met welke landen heeft Duitsland nog meer een Declaration of Intent getekend of heeft Duitsland andere vergaande samenwerkingsovereenkomsten gesloten waarbij de intentie aanwezig is om over te gaan tot de gezamenlijke aanschaf van materieel?

Vraag 11

Hoe beoordeelt u de plannen van de Duits-Nederlandse Army Steering Group (ASG) om samenwerking in het buitenland te verdiepen door elkaars land te vertegenwoordigen tijdens vergaderingen? Kunt u deze plannen nader toelichten?2

Vraag 12

Waar ligt bij u de grens als het gaat om de integratie van Nederlandse defensieonderdelen in de Wehrmacht?

Vraag 13

Waar ligt bij u de grens als het gaat om de gezamenlijke aanschaf en inzet van materieel met Duitsland of andere internationale partners?

Vraag 14

Waar ligt bij u de grens als het gaat om de vertegenwoordiging van de Nederlandse Krijgsmacht tijdens vergaderingen door een ander land?

Vraag 15

Wilt u iedere vraag afzonderlijk en uiterlijk 5 juni 2014 beantwoorden?

Naar boven