Vragen van de leden Ten Broeke, Van Oosten en Van der Steur (allen VVD) aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid en Justitie over de civiele aansprakelijkheid van de Staat der Nederlanden bij militaire uitzendingen (ingezonden 23 september 2013).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de uitspraken van de Hoge Raad van 6 september 2013?1

Vraag 2

Hebben deze uitspraken gevolgen voor de civiele aansprakelijkheid van de Staat der Nederlanden bij toekomstige militaire uitzendingen? Zo ja, welke? Hoe oordeelt u over deze gevolgen?

Vraag 3

Hebben deze uitspraken gevolgen voor de wijze waarop gewerkt kan worden met lokaal burgerpersoneel in conflictgebieden bij toekomstige militaire uitzendingen? Zo ja, welke? Hoe oordeelt u over deze gevolgen?

Vraag 4

Hebben deze uitspraken gevolgen voor de commandostructuur in noodsituaties tijdens bij toekomstige militaire uitzendingen? Zo ja, welke? Hoe oordeelt u over deze gevolgen?

Vraag 5

Hebben deze uitspraken gevolgen voor het toetsingskader dat tot stand is gekomen na het parlementair onderzoek van de Tijdelijke Commissie Besluitvorming Uitzendingen (Commissie Bakker)? Moet de eventuele civiele aansprakelijkheid van de Staat der Nederlanden worden meegewogen in dit toetsingskader?

Vraag 6

In welke overige landen is sprake van civiele aansprakelijkheid voor het land dat troepen onder VN-vlag uitzendt, analoog aan wat de Hoge Raad nu voor de Nederlandse Staat heeft geoordeeld?

Vraag 7

Is het mogelijk de civiele aansprakelijkheid van de Staat der Nederlanden bij toekomstige militaire uitzendingen uit te sluiten? Zo ja, hoe? Bent u van plan dat te doen?


X Noot
1

Uitspraken 12/03324 en 12/03329

Naar boven