Vragen van het lid Van Veldhoven (D66) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over de privacybestendigheid van de anonieme OV-chipkaart (ingezonden 22 mei 2013).

Vraag 1

Hoe verhouden uw antwoorden op eerdere vragen met betrekking tot de anonieme OV-chipkaart zich tot de uitspraak van het College Bescherming Persoonsgegevens dat het hier mogelijk toch om persoonsgegevens gaat?1

Vraag 2

Bent u bekend met het artikel «Unique in the Crowd: The privacy bounds of human mobility»2, dat concludeert dat ook zeer ruwe locatiegegevens in een groot deel van de gevallen zijn te herleiden tot personen en daarmee persoonsgegevens zijn? Wat is uw reactie hierop?

Vraag 3

Heeft u inzicht in het aantal anonieme kaarten dat door meerdere mensen wordt gebruikt? Zo ja, om welk percentage van het totaal aantal kaarten gaat het? Worden de meeste anonieme kaarten niet door één persoon gebruikt?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de kaartgegevens van de anonieme OV-chipkaart die benodigd zijn om de reisgegevens in te zien, zeer eenvoudig zijn te achterhalen, door in een onbewaakt ogenblik deze gegevens van de kaart van een vriend(in), collega, kind, etc. te noteren?

Vraag 5

Bent u er mee bekend dat het vrij makkelijk is om lukraak kaartnummers en vervaldata van willekeurige anonieme kaarten te achterhalen, doordat er een bepaalde getallenreeks tussen de kaartnummers zit? Is het mogelijk dat een computer hiermee alle reisgegevens van anonieme kaarten kan achterhalen?

Vraag 6

Deelt u de mening dat juist mensen met een anonieme OV-chipkaart waarde hechten aan privacy en voor hen de persoonlijke OV-chipkaart geen alternatief is?

Vraag 7

Deelt u de mening dat echt anoniem reizen met de OV-chipkaart hierdoor niet mogelijk is, omdat in het ene geval de reisgegevens aan persoonsgegevens verbonden worden en in het andere geval de reisgegevens zeer eenvoudig zijn na te gaan?

Vraag 8

Bent u bereid alsnog stappen te nemen om de reisgegevens van een anonieme OV-chipkaart beter te beschermen?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Veldhoven (D66), ingezonden 22 april 2013 (vraagnummer 2013Z09926)

Naar boven