Vragen van de leden Recourt en Ypma (beiden PvdA) aan de staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het geadopteerde Chinese meisje dat na drie weken bij een pleeggezin is ondergebracht (ingezonden 15 februari 2013).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat adoptiefouders na drie weken hun geadopteerde dochter al weer hebben overgedragen aan een pleeggezin? Bent u bekend met het onderzoek dat Inspectie Jeugdzorg heeft gedaan?1

Vraag 2

Was de Centrale Autoriteit (CA) op de hoogte van de overplaatsing van het Chinese meisje van de adoptiefouders naar het pleeggezin? Zo nee, had dat wel moeten gebeuren en wie had dat moeten melden?

Vraag 3

Als de CA op de hoogte gebracht had moeten worden, waarom is dat niet gebeurd? Wat doet de CA vervolgens met dergelijke informatie?

Vraag 4

Hoe vaak is de afgelopen tien jaar een geadopteerd kind onder het toezicht van jeugdzorg geplaatst?

Vraag 5

Wat is uw mening over het oordeel van de Inspectie Jeugdzorg dat Stichting Kind en Toekomst steken heeft laten vallen ten aanzien van de «matching» tussen adoptiefouders en het geadopteerde kind? Zijn er verbeteringen mogelijk om een «matchings»-procedure beter te laten verlopen?

Vraag 6

Wat is uw mening ten aanzien van het oordeel van de Inspectie Jeugdzorg dat Stichting Kind en Toekomst en Stichting adoptievoorziening heeft gefaald bij het verlenen van nazorg? Wat verstaat u onder «een gestructureerde vorm van nazorg»? Komt de definitie van wat u onder «een gestructureerde vorm van nazorg» verstaat overeen met de definitie van de Inspectie Jeugdzorg? Wordt deze «gestructureerde vorm van nazorg» in principe bij alle adoptie gegeven? Zo nee waarom niet?

Naar boven