Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de financiering van Europese politieke partijen (ingezonden 14 januari 2013).

Vraag 1

Bent u nog steeds van mening dat een meerderheid van landen in de Europese Unie Nederland kan dwingen tot invoering van de door de Europese Commissie voorgestelde vorm van Europese politieke partijen, ondanks de zeer brede kritiek op deze voorstellen in de Tweede Kamer?1

Vraag 2

Deelt u de opvatting dat de inrichting van onze democratie voor ons land van zeer gewichtig belang is, ook als het gaat om de verkiezing van de leden van het Europees parlement?

Vraag 3

Kent u het Akkoord van Luxemburg van januari 1966, waarin lidstaten zich hebben verbonden om tot een voor iedere lidstaat acceptabele oplossing te komen als sprake is van meerderheidsbesluitvorming, maar «zeer gewichtige belangen» van een of meer lidstaten op het spel staan?

Vraag 4

Bent u bereid aan de bezwaren van de Tweede Kamer tegemoet te komen en in de onderhandelingen over de voorgestelde Europese politieke partijen een beroep te doen op het Akkoord van Luxemburg?

Vraag 5

Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voordat in Europees verband enige beslissing over de voorgestelde vorm van Europese politieke partijen wordt genomen?


X Noot
1

Algemeen overleg van 11 december 2012, over het EU-voorstel «Verordening statuut en Europese politieke partijen en instellingen».

Naar boven