Vragen van het lid Dijsselbloem (PvdA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de consequenties van een rechterlijke vrijspraak inzake een kind dat niet aan de leerplicht zou voldoen (ingezonden 16 augustus 2012).

Vraag 1

Welke consequenties verbindt u aan de uitspraken van de rechtbanken van Den Haag en Haarlem waarbij ouders werden vrijgesproken van absoluut schoolverzuim bij gebrek aan passend onderwijs voor een leerling met dyspraxie die al meer dan een jaar thuis zit?1

Vraag 2

Acht u «schuld zonder strafoplegging» zoals volgens de Haarlemse officier van justitie de enige uitspraak was die de wetgeving toeliet, een bevredigende kwalificatie in een situatie waarin de moeder er alles aan heeft gedaan om haar kind wel naar een passende school te krijgen en op basis van een psychologische test met een duidelijk advies voor vmbo-t diverse aanmeldingen heeft gedaan bij de twee schoolbesturen die dat aanbieden in de regio, zonder dat de leerplichtambtenaar met een goed alternatief wist te komen?

Vraag 3

Deelt u de mening dat de kous niet af is met deze vrijspraak, maar dat deze leerplichtige jongere alsnog passend onderwijs moet worden geboden?

Vraag 4

Welke machtsmiddelen staan u ter beschikking om passend onderwijs te bewerkstelligen voor zo’n leerling, in de huidige situatie waarbij de schoolbesturen in de regio niet op voorhand bereid zijn om de leerling te plaatsen?


X Noot
1

9 mei 2012, parketnr. 15/710458–11.

Naar boven