Vragen van de leden Van Gerven en Leijten (beiden SP) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het correct uitvoeren van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) (ingezonden 10 augustus 2012).

Vraag 1

Bent u met de landsadvocaat van mening dat de huishoudelijke verzorging meer taken en verantwoordelijkheden omvat dan alleen schoonmaken, andere vaardigheden vergt van het personeel en gericht is op mensen en niet, zoals bij schoonmaken, op het gebouw?1

Vraag 2

Indien een gemeente, zoals bijvoorbeeld Emmen, in plaats van een individuele voorziening huishoudelijke zorg een algemene schoonmaakondersteuning biedt, voldoet zo'n gemeente dan nog aan de Wmo? Zo nee, wat gaat u daaraan doen?

Vraag 3

Wat moet een gemeente minimaal bieden aan huishoudelijke voorziening om te voldoen aan de wet?

Vraag 4

Erkent u dat, indien huishoudelijke verzorging gericht is op mensen en volgens het kwaliteitsdocument ook vaardigheden om te signaleren omvat, dit minimaal gaat om FWG 15 (Functiewaarderingsschaal) volgens de functiewaardering zorg?

Vraag 5

Deelt u de mening dat vaardigheden die passen bij het leveren van huishoudelijke zorg overeenkomen met minimaal functiewaardering 15? Zo nee, kunt u toelichten hoe je huishoudelijke zorg kan leveren zonder gericht te zijn op de mensen om wie het gaat?

Vraag 6

Indien het gaat om mensen in opleiding, die nog niet op FWG15 ingeschaald zijn, bent u dan van mening dat zij begeleid moeten worden en na opleiding op minimaal FWG 15 moeten worden ingeschaald?

Vraag 7

Vindt u dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van de huishoudelijke voorziening en dus kwaliteits- en opleidingseisen moeten stellen aan het personeel en zich moeten houden aan het kwaliteitsdocument voor verantwoorde huishoudelijke zorg? Zo ja, hoe ziet u hier op toe? Is het acceptabel dat voor het uitvoeren van werkzaamheden die zich beperken tot HH categorie 1 (Hulp bij het Huishouden) geen specifieke opleidingseisen nodig zijn zoals de 19 gemeenten in Noord-Holland stellen?

Vraag 8

Indien gemeenten (zoals Rotterdam en 19 gemeenten in Noord-Holland) in hun bestek2 opnemen dat bij HH1 hoort het signaleren van veranderingen in zorgbehoeften of van veranderingen in gezondheidssituatie, leefomstandigheden en sociale omgeving van de cliënt, hoort dit dan overeen te komen met personeel op minimaal FWG 15?

Vraag 9

Wat is een reëel basistarief als dat gebaseerd moet zijn op personeel op minimaal functiewaardering 15? Klopt het dat je dan uitkomt op tarieven tussen 21 en ruim 25 euro, afhankelijk van hoe lang personeel in dienst is?3 Zo nee, wat is volgens u een reëel basistarief?

Vraag 10

Kunt u een overzicht geven van de gehanteerde tarieven huishoudelijke zorg in Nederland? Hoe gaat u er op toezien dat in elk geval vanaf 1 september gewerkt wordt met tarieven op basis van reële kostprijzen?

Vraag 11

Wat moeten gemeenten doen waar nog oude contracten lopen, waarin tarieven worden gehanteerd die onder de reële kostprijs liggen?

Vraag 12

Bent u van mening dat bij het vaststellen van basistarieven op grond van reële kostprijzen jaarlijks geïndexeerd hoort te worden om de tarieven aan te kunnen passen aan de eventueel gewijzigde arbeidsvoorwaarden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat gaat u doen indien een gemeente nu al vaststelt dat ze tot en met 2016 niet gaat indexeren zoals 19 gemeenten in Noord-Holland? (2, bijlage)

Vraag 13

Erkent u dat door te lage tarieven instellingen zijn gaan bezuinigingen op personeel, met name door het terugzetten van personeel van FWG 15 of meer naar FWG 10?

Vraag 14

Kunt u, of het Sociaal en Cultureel Planbureau, een overzicht of een schatting geven van het huishoudelijk personeel dat momenteel werkt in FWG 10?

Vraag 15

Wanneer kunnen de gemeenten uw handleiding verwachten over het toepassen van de wet inzake basistarieven en aanbestedingsregels? Is deze uiterlijk 1 september 2012 beschikbaar?

Vraag 16

Wat is het macrobudget Wmo huishoudelijke zorg voor 2011, 2012 en 2013? Op welke wijze is dat vastgesteld? Is er nog sprake van onderbesteding of inmiddels van overbesteding? Wordt dit in de toekomst nog gemonitord en, zo ja, op welke wijze?

Vraag 17

Kunt u deze vragen voor 1 september aanstaande beantwoorden?


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2006–2007, nr. 421

X Noot
3

Actiz 30 september 2009, AbvakaboFNV, 11 februari 2010

Naar boven