Vragen van het lid Peters (GroenLinks) aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht «NMa heeft andere prioriteiten dan muziekauteurs» (ingezonden 4 juni 2012).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het besluit van de NMa1  van 27 april 2012 waarin zij de besluitaanvraag van Stichting Platform Makers afwijst op basis van prioriteit?2

Vraag 2

Herinnert de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zich dat zij in antwoord op eerdere vragen3 heeft gesteld dat in de betreffende casus de NMa moet beoordelen of er sprake is van machtsmisbruik? Hoe apprecieert u het bovengenoemde besluit van de NMa in het licht hiervan?

Vraag 3

Bent u bereid in gesprek te gaan met de NMa om te bespreken of zij mogelijk toch prioriteit kan geven aan deze aanvraag, aangezien het kabinet zelf de auteurs doorverwees naar de NMa? Zo niet, waarom niet? Tot welke instantie kunnen de auteurs zich nu wel wenden volgens u?

Vraag 4

Is het waar dat de NMa belangenorganisaties van auteurs en artiesten verbiedt actief adviestarieven te publiceren of prijsafspraken te maken, maar nu blijkt dat zij geen prioriteit geeft aan inzet van het mededingingsrecht om mogelijk misbruik van marktpositie van grote opdrachtgevers te onderzoeken? Vindt u dat een evenwichtige toepassing van het mededingingsrecht in de culturele sector moet plaatsvinden? Zo niet, welke middelen staan het kabinet ter beschikking hierin verandering te brengen?

Vraag 5

Wanneer dient het kabinet het genoemde wetsvoorstel auteurscontractenrecht in bij de Tweede Kamer?


X Noot
1

NMa: Nederlandse Mededingingsautoriteit.

X Noot
3

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 284.

Naar boven