Vragen van de leden Van Tongeren, El Fassed en Peters (allen GroenLinks) aan de ministers van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en van Buitenlandse Zaken over het bericht «Shell oil paid Nigerian military to put down protests, court documents show» (ingezonden 10 oktober 2011).

Vraag 1

Heeft u kennis kunnen nemen van het bericht «Shell oil paid Nigerian military to put down protests, court documents show»?1

Vraag 2

Kunt u bevestigen of ontkrachten dat Shell het Nigeriaanse leger en de Nigeriaanse ME betaald heeft om op gewelddadige wijze vreedzame protesten de kop in te drukken?

Zo ja, sinds wanneer bent u hiervan op de hoogte? Zo nee, bent u bereid het gesprek met Shell aan te gaan om uit te vinden hoe dit precies in elkaar steekt?

Vraag 3

Door u in uw brief2 aangeeft dat u de conclusies van het UNEP-rapport «Environmental Assessment of Ogoniland» ronduit zorgwekkend vindt, bent u bereid om in internationaal verband een onafhankelijk onderzoek naar mensenrechtenschendingen door Shell in Nigeria te bepleiten?

Vraag 4

Deelt u de mening dat Shell verantwoordelijk is voor de daden van haar dochtermaatschappij «Shell Petroleum Development Company» (SPDC), die in het verleden olie heeft gewonnen in het Nigeriaanse Ogoniland en die nu nog steeds olie transporteert door Ogoniland en elders in Nigeria ook nog steeds olie wint?

Vraag 5

Deelt u de mening dat SPDC en Shell de vervuiling in de Nigerdelta op moet ruimen, hun excuses aan moeten bieden aan de lokale bevolking en dat ze de slachtoffers van vervuiling en mensenrechtenschendingen ruimhartig moeten compenseren voor de geleden schade?

Zo nee, wie houdt u dan wel verantwoordelijk voor de vervuiling en mensenrechtenschendingen? Zo ja, wat gaat u doen om dit te bewerkstelligen?

Vraag 6

Hoe gaat u ervoor zorgen dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen niet alleen bij mooie woorden van Shell blijft, maar dat het bedrijf de daad ook bij het woord voegt?


X Noot
1

http://www.guardian.co.uk/world/2011/oct/03/shell-oil-paid-nigerian-military?CMP=twt_fd

X Noot
2

Kamerstuk 26 485, nr. 110.

Naar boven