Vragen van het lid Ouwehand (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de toekomst van apen en andere proefdieren in verband met de reorganisatie bij MSD-Organon (ingezonden 5 oktober 2011).

Vraag 1

Welke proefdieren waren in welke aantallen aanwezig bij het sluiten van de activiteiten op het gebied van de vroege research bij MSD in Oss en Schaijk?

Vraag 2

Kunt u een overzicht geven wat er met de proefdieren, die bij sluiting van de onderzoeksactiviteiten nog op het bedrijf aanwezig waren, tot nu toe is gebeurd? Wat heeft het bedrijf tot nu toe gedaan om voor deze dieren een goed nieuw onderkomen te vinden?

Vraag 3

Is het waar dat er nog steeds dieren bij MSD-Organon zitten, waaronder ca. 80 apen? Zo ja, kunt u een overzicht geven van de aantallen dieren per diersoort? Zo neen, waarom is dit niet bij de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) bekend?

Vraag 4

Hoe worden en/of werden de apen bij MSD-Organon gehuisvest? Kunt u een overzicht geven welke en hoeveel apen in sociale groepen worden en/of werden gehouden, en welke en hoeveel apen individueel gehuisvest werden en/of worden?

Vraag 5

Wat gaat er met de nog bij MSD-Organon aanwezige apen en andere dieren gebeuren? Kunt u garanderen dat deze dieren niet worden afgemaakt of naar andere laboratoria worden overgeplaatst, maar dat er een uitplaatsing op touw wordt gezet naar opvangcentra waar de ex-laboratoriumdieren de rest van hun leven mogen slijten?

Vraag 6

Onderschrijft u dat van artikel 28 van de nieuwe Europese richtlijn een zorgplicht van de gebruikers uitgaat om ex-proefapen, mits gezond, uit te plaatsen bij een gespecialiseerd opvangcentrum? Zo ja, bent u bereid MSD hierop aan te spreken, en hen op te dragen de mogelijkheden te onderzoeken om de apen te laten uitplaatsen in een opvangcentrum?

Naar boven