Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over Nederlandse diplomaten die vertragingstactieken gebruiken om uitbreiding van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) te voorkomen (ingezonden 14 april 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat diplomaten vertragingstactieken gebruiken om uitbreiding van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) te voorkomen?1

Vraag 2

Kunt u bevestigen of Nederlandse diplomaten inderdaad vertragingstechnieken gebruiken om de uitbreiding van het EVRM te voorkomen? Indien dit het geval is, wie geeft hiertoe opdracht?

Vraag 3

Kunt u aangeven dat deze werkwijze in lijn ligt met uw visie op het mensenrechtenbeleid in de door u recent gepresenteerde nota «Verantwoordelijk voor Vrijheid- Mensenrechten in het Buitenlands Beleid»?2

Vraag 4

Deelt u de mening dat het wenselijk is dat de EU zich bindt aan het EVRM? Indien nee, waarom niet?

Vraag 5

Op welke wijze wordt uitvoering gegeven aan de breed aangenomen motie Engels c.s.?3


X Noot
1

AD, «Kabinet remt Europese rechten van de mens», 13 april 2011.

X Noot
2

Kamerstuk 32 735, nr. 1.

X Noot
3

Motie-Engels c.s. over afzien van initiatieven om Unierechtelijke grondrechten en de in het EVRM opgenomen mensenrechten te wijzigen (EK 32 500, O).

Naar boven