Vragen van de leden Pechtold (D66), Cohen (PvdA), Roemer (SP), Halsema (Groenlinks), Rouvoet (ChristenUnie), Van der Staaij (SGP) en Thieme (PvdD) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over afrekenbare en controleerbare kabinetsdoelen met betrekking tot beloningen voor leraren (ingezonden 13 december 2010).

Vraag 1

Klopt het dat het kabinet goede prestaties van docenten sterker wil belonen door opbrengstgerichte prestatiebeloningen voor leraren te introduceren?1

Vraag 2

Kan het kabinet aangeven op welke leraren, in welke sectoren van het onderwijs dit voornemen betrekking heeft?

Vraag 3

Hoe definieert het kabinet goede prestaties van leraren? Wat is hierin de rol van individu, team en school?

Vraag 4

Welke criteria gebruikt het kabinet om deze prestaties te meten?

Vraag 5

Hoe gaat het kabinet de prestaties van leraren meten?

Vraag 6

Wat is het uitgangspunt per 1 januari 2011 uitgedrukt in deze meetbare indicatoren?

Vraag 7

Hoeveel meer gaat een goede leraar uitgedrukt in procenten bij het kabinet verdienen ten opzichte van gemiddelde leraren?

Vraag 8

Kan het kabinet aangeven hoeveel leraren naar verwachting aanspraak maken op een prestatiebeloning?

Vraag 9

Hoeveel van deze leraren wil het kabinet per wanneer met de prestatiebeloning bereiken?

Vraag 10

Wat zijn de tussendoelen voor deze doelstelling op 31 december in 2011, 2012, 2013, 2014 en 2015?

Vraag 11

Wat gaat het kabinet doen om deze doelstelling te bereiken?

Vraag 12

Wanneer gaat het kabinet dit doen?

Vraag 13

Welke instrumenten en middelen zijn er beschikbaar om deze doelen te bereiken?

Vraag 14

Op welke manier en wanneer gaat het kabinet jaarlijks verantwoording afleggen?


XNoot
1

Regeerakkoord, pagina 31.

Naar boven