Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Justitie over de naar Turkije gevluchte mensenhandelaar Saban B (ingezonden 1 juli 2010).

Vraag 1

Kent u de berichten «Vrouwenhandelaar Saban B. op borgtocht vrij in Turkije»1 en «Saban B. waarschijnlijk niet bij eigen zaak»?2

Vraag 2

Is het waar dat Saban B. graag bij het hoger beroep in de mensenhandelzaak voor het gerechtshof in Arnhem wilde zijn, maar dat de autoriteiten in Turkije hem niet wilden laten gaan vanwege een strafzaak in Turkije tegen hem? Zo ja, hoe ziet u die in het licht van het feit dat de Turkse rechter inmiddels wel gemeend heeft Saban B op borgtocht vrij te kunnen laten?

Vraag 3

Bent u bereidt om uitleg te vragen aan Turkije over de reden dat Saban B. op borgtocht wordt vrijgelaten, maar niet naar Nederland mag komen om zijn hoger beroep af te wachten?

Vraag 4

Is het waar dat het gerechtshof in Arnhem geen toestemming geeft om Saban B. «via video of telefoon bij de behandeling van de zaak te laten meepraten of om desnoods het hoger beroep in Turkije te behandelen»? Zo ja, welke overwegingen lagen aan dit besluit van het hof ten grondslag?

Vraag 5

Wat is de stand van zaken ten aanzien het overleg met Turkije over het ten uitvoer leggen van een onherroepelijk Nederlands vonnis in de zaak tegen Saban B.? Hoe schat u de kans in dat Turkije een dergelijk vonnis ten uitvoer gaat leggen?

Vraag 6

Bent u van mening dat de Turkse autoriteiten er alles aan doen om ervoor te zorgen dat Saban B. zijn straf, opgelegd door de Nederlandse rechter, niet ontloopt? Zo ja, waar blijkt dat dan uit? Zo nee, waarom niet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Haersma Buma (CDA), ingezonden 1 juli 2010 (vraagnummer 2010Z10312)


XNoot
1

NRC 30 juni 2010.

XNoot
2

ANP 8 juni 2010

Naar boven